Het Sint Herman-Jozefsblaadje voor de katholieke Vlaamsche jeugd

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

PRAATJES VAN HEEROOM. Nieuwsgierigheid. IF. El, waar was ik weer met het sprookje van die bedelares, die heelemaal met tevreden was over O. L. Heer ?... Ha, juist zoo !... De vrouw had dus aangenomen, om den 2ak in de zee te werpen, zonder hem los te maken. En nadat zij met den vreemden man afgesproken was, waar zij elkaar zou-den terugvinden, stapte zij met den zak naar de kust toe. Onderweg moest zij door een klein bosch. Daar gooide zij algauw den zak van haar rug, en keek om. De man was niet meer te zien : de boo-men verhinderden immers het uitzicht. — « Ben toch wel benieuwd, wat daar zoo bijzonders mag in zitten, » mompelde zij, en betastte den zak. Jn den zak wriemelde en krieuwelde er iets Echt vreemd ! — « Och kom, waartoe al die angst?... Ilij ziet het immers toch niet.... » Daarop nestelde zij het koordje los. Op hetzelfde oogenblik vloog er zoo iets als een kever uit, naar den dicht^tbijen boom toe. Zij liep het dauelijk achterna, om het te vangen. Maar het ding vloog weer weg, steeds verder en hooger. Zij er nogmaals achter, en nogmaals te vergeefs ! Nu gaf zij het op en keerde naar den zak, terug. Daar was 't me een spektakel ! In de lucht en in de boomen één gonzen en ronken ; op den grond en in het gras één sluipen en kruipen : overal gewemel en beweging en gezoem en gebrom. Aile slag van ongedierte : krekels en spinnen, sprink-hanen en kevers, vliegen en muggen, mie-ren en slakken en motten en wespen maak-ten dat zij weg >wamen. De zak was ledig. De vrouw liep en sprong, greep en grabbelde, — maar 't was bitterweinig wat ze nog kon beetkrijgen. En lijk zij er nu over dacht, welk een straf haar te wachten stond, werd zij re^ds gestraft : zij was in een vogel veranderd. Haar veelgelapte plunje was een bont ge-vederte geworden : daarom heet die vogel nu bonté specht. En nog heden ten dage trippelt hij door gras en gestruikte, en van boom tôt boom, orn weer te vangen en in den zak te krijgen wat toentertijd ontsnapt is. Zal hij er wel ooit mee klaar komen ? Heeroom, 3° JAARGANG Bijljsge aan «Averbode's Wcelcblàd» 8 Februarî NUMMER 6

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.