Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen

900 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1918, 13 April. Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen. Geraadpleegd op 06 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/901zc7sf3p/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

ST'NDIKAAL Orgaan van den Antwerpschen Diamantbewerkers JSond en der Federatie van Vakbonden De redaktie behoudt zich voor, ingezotjden stukken al o{ nict te plaatsen VERSCHIJNT BIJ GE JEGENHEID Redaktie en Administratie : Plantijnlei West, 66, Antwerpen Het Voedselvraagstuk Algemeene Federatie van Vakbonden Ledenvergadering van 7 April 1918 in den EL-BARDO Voorzitter : JAN VAV MEERBEECK De groote zaal was van beneden tôt boven gevuld De Voorzitter de vergadering openende zegt dat hij slechts een beknopt overzieht zal geven der pogingen door de Federatie gedaan ter betere regeling der volksvoeding. Korts na het bombardement zegt spreker deden wij op het stadhuis reeds de eerste stappen daartoe. Het gevolg was het begis daarmee hier en ver-der in andere gemeenten. Korts daarna werd, door initiiatief van den heer Solvay, het begin gelegd van het « Nationaal Comiteit voor hulp en voeding ». De plaatselijke Comiteiten moesten uit de drie staatkundige partijen samengesteld zijn was de grondregel daarvan. Verder moesten de vakbonden erkend werden om reden die lichamen zich steeds ingespannen hadden voor de verzorging hunner leden en dezer familie zelfs en dan ook van zulk eene regeling een groote kennis en ondervinding hadden. Wij riepen onmiddelijk al.e onze vooraan-•taande kameraden bijeen om in gezamenlijk overleg op de meest doelmatige wijze voor de belangen der arbeiders te kunnen optreden. Vandaar dan ook de stichting van het « Inlich-tingsbureel ». Dit bureel heeft zwaar werk te verrichten gehad. Eerstens al in de deelneming onzer afgevaar-digden in de Comiteiten overal. Dat ging niet gemakkelijk. Niettegenstaande de voorscliriften maakte de burgerij zich van heel het beheer meester. Slechts met moeite kregen wij hier en daar een onzer binnen. in de meeste plaatselijke Comiteiten zijn er nu nog geene vertegenwoor-digers der arbeiders toegelaten. De verbeteringen die bevochten werden door ons in zake den steun en loonen, werden daarna trapsgewijze weer teniet gedaan door het opjagen der prijzen der eerste levensbenoodigheden, door de woekeraars van aile soort. Eene verandering in den steun, die aïs «eue verbetering voor de werkende arbeiders bedoeld werd, was het steunen van gedeeltelijke werke-loozen.Door de ongehoorde werking der patroons ging het eigenlijke profijt van dien maatregel echter enkel in dezer zakken over. Zij betaalden minder loon naargelang den steun verbeterde. Voortgaande op het stuk van loonkwestie zet ■preker verder de laatste stappen uiteen, bestaan-de in besprekingen met patroonsafgevaardigden en van het Provinciaal Comiteit over eene verhoo-ging van 25 °/o op de loonen. Wat nu de eigenlijke -.voedingsregeling betreft. In het begin was er voedsel in overvloed. Den steun werd dan uitbetaald onder den vorm van bons voor levensmiddelen. Dat laatste was een gevolg van het stiehten der « Relief Commission » gesticht met de bedoeling onze bevolking en deze van Noord Frankrijk aan het hoogst noodige te helpen. Langzaam echter zag men de produkten van eigen bodem verminderen, wegvloeien. Het voedselvraagstuk begon te nijpen. De R. C. tech voerde maar aanvullende artike-len in ; deze welke ons land niet of in geene vol-doende mate zelf opleverde. Daar door den woe-kerhandel nu echter trapsgewijze de produkten van eigen bodem buiten het bereik van het eigenlijke volk kwamen, werd dien toevosr onvoldoende. Wij richten ons onmiddelijk naar onze open-bare besturen, de Bestendige Deputatie o. a. onzer Provincie, met verzoek ingrijpende maatre-gelen te treffen tôt het te keer gaan van den woe-ker en beecherming der bevolking. Men ontving ons goed maar.... deed niets. En de zaak werd nog steeds erger. Later begonnen de Gemeenten met ariikelen aan te koopen en ter beschikking van het publiek te stellen. Die waren «chtcr van geen nut omdat ze zoo 4 duur waren als deze der woekeraars zelve. Wij zijn dan in voeling gekomen met de groe-pen der raiddenstaoders, welke al zoozeer lijdea door die wantoestanden aïs de arbeiders. Die menschen hadden ook al eens wat be-proefd ; ook vruchteloos echter. Wij kwamenovereen om sasien met hen naar het Gemeentebestuur te gaan met de vraag : het mogelijke te daen om aile voortbrengselen van ons land te doen in beslag nemen en goedkoop ter beschikking der gansche bevolking te stellen. Wij krege» een afwijzend antwoord met.... nog eene vermaaing er bij, op der. hoop toe. Toen hebbea wij ons tôt de Bezettende Over-heid gewend, met hetzelfde verzoek. Men beloofde ons de zaak nog eens te onder-zoeken.Nadien werd de verordening die ge kent aan-geplakt.Dat is dus ook eene afwijzing. Wij zijn dan nog eens terug naar het Antwerp-sche Gemeentebestuur gegaan, met de vraag dit-maal om dan ten minste al wat zij in inagazijn hebben goedkooper te verkoopen. Weer eene afwijzing. Met wat beloften over verbetering der soep ?!? werden wij weder met een kluitje in het riet gestuurd. Wat wij verlangden echter was en is niets an-ders dan een in beslag nemen van aile eerste be-rioodigdheden, om die, aan prijzen voor elk be-reikbaar, ter beschikking van het geheele volk te stellen, dat alleen kan hulp brengen in ,dsn klemmendea nood. Dat is zegt spreker, kort samen gsvat, wat wij deden en wat onze bedoeling is nog steeds te po-gen tôt verwezenlijking trachlen te brengen. Wij vragen er uwe meening over. Of wij in de gosde richting werkten ? Of wij alzoo vsort moeten gazn ? Alwie nog nadere toelichting verlangd zal nu daartoe de gelegenheid verleead worden. Het woord wordt gevraagd door Dillen dia-mantbewerker ; Vermetten boekbrukker ; Koge-lenberg sigarenraaker, en Van Extergem (vader) kleermaker. Dillen diamantbewerker zegt hulde te brer gen aan de verklaring van den voorzitter aangaande de werking van het verbond. Hij protesteert tegen de vermindering van het broodrantsoen. Dit terwijl in vakscholen en spijs-huizen een broodje gegeven word. Onzen stedelijken bevoorradingsdienst koopt de produkten van on» land op. Dat gebeurt op eene slechte wijze, men betaald prijzen die boven de marktprijzen gaan. Als men ergens bij de boeren rek'ameert tegen de duurte, antwoord men : die van de Comiteiten betalen nog rneer. Onzen bevoorradingsdienst is slecht zegt spreker ; de doodsklok heeft dan ook al in vele gezin-nen geluid. Ons stadsbestuur moet zijn plicht doen en ons koopbare waren leveren. Als zij dat niet doen zullen wij ons tôt de Spaansche en Nederlandsche consuls moeten wtnden om door dezes optreden verbetering te bekomen. Spreker vraagt ook cijfers aangaande den in-en uitvoer der produkten. Vermetten (drukker) : zegt dat wij werkelijk kapot gaan door den honger. Maar overal op de wereld komt voedsel te kort nu. Dat hangt volgens spreker samen met den oorlog. Met verzoekschriften helpt men dit niet uit de wereld. De ware oorzaak is den oorlog. Aan de kaplta-listen welke den oorlog deden ontketenen ligt de schuld. Maar ook gedeeltelijk aan de werklieden die niets deden daartegen. Over een drietal weken vergaderde spreker mede over het voedselvraagstuk. Er werden verbeteringen beloofd van wege de stad. Maar daarna werd het broodrantsoen vermin-derd.Dat is een bewijs, zegt spreker, dat het voedsel er niet is, dat er niet meer komer kan zoolang den oorlog duren zal. Wij moeten hier dus tegen den oorlog opkornen. Op «en paar onderbrekingin artwoord Voorzitter : dat het natuurlijk eene algemeen bekende waa b îid is dat uit den oorlogstoestand de eigenlijke c ntberingen voortvloeien. Maar zij konden mince , veel dragelijker zijn, als al wat er is binnei het bereik van het geheele volk komt. D it is de dagorde en ik verzoek Vermetten en ook al e anderen daarbij te blijven. Vermetten zegt dat het oorlogsvraagstuk daar efge Kjk meê in verband staat en hij dus zal voortgaan daarover. Van Berckelaer spreker onderbrekende, noerift het vanzelsprekend dat elk verstandlg arbeider den oorlog vijandig is. Ook moet niemand ons hier nog komen vertel-len zegt spreker, dat men het arbeidende volk buiten zijn willen en weten in dezen oorlog ge-bracht heeft, de arbeidende klasse er dan ook niet de minste verantwoordelijkheid over te dragen heeft. Eh enkel een spoedig einde van den oorlog radikale verbetering brengen kan. Dat is door ons reeds jaren tôt in de treure betoogd. Om dit te bespreken is echter deze vergade-ring niet belegd. Bij het aanvragen daarvan nu moesten wij uit-eenzetten waarover gesproken zou worden ; waar-bij wij de verplichting op ons namen geene andere kwesties in bespreking te laten komen. Als wij eene overeenkomst aangaan dan houden wij die steeds, gelijk tegenover wie. En gij allen die hie heen kwaamt hebt voor plicht ons daarin ter zijde te staan. Het veedingsvraagstuk nu bestaat uit twee, ge-heel van elkaar afzonderlijke, deelen. Het eene is dat wat door de «Relief Commission» ingevoerd wordt. De verdeeling daarvan gebeurt gelijkelijk over de ge' eele bevolking. En de hoofdlijnen dier regeîii 3 worden getrokkerj door de beschermende geza :t ;n in overleg met de bezettende macht. Di a hebben wij hier dus niets mede te maken. Wat hier ter bespreking gebracht werd, js de wijze van verdeeling der produkten van ons land zelve. Dat îu is het wat zoo goed als ailes te wen-achen 1 îat. Mer ziet namelijk het vleesch en tal van andere ailene ste levensbenoodigheden, epgestapeld in de win tels, men ziet woekeraars van aile slag woeke en en geld verdienen in het verhandelen daar •£ 3. Maar dit ailes blijft buiten het bereik van lie massa, van het eigenlijke volk, dat steeds meer t >n gronde gaat. Wii er voor handen is moet binnen aller bereik gebracht worden. Daarheen richte zich, van den begiîir 3 reeds, de werking der Federatie. Dat is de d;^ )rde. Veri letten. De juistheid van dit betoog erken-nende, sluit zijne opmerkingen met den wensch dat c r toch ook nog eenen vredeswensch zal ge-stem 1 vorden. Vcn Kogelenberg (sigarenmaker), protesteert tegei et weinige vergaderen der Federatie. Ve'i.er rneent spreker de voedselregeling eene smef l-ipperij. Hij zegt ontzagelijke misbruiken te hebbîi gezien en aangeklaagd. Hii zag menschen die soep gingen eten afran-seler uoor het personeel. Vervolgens zegt spreker zelve naar den Duit-schen Goeverneur te zijn gegaan en beweert dat door dien stap van hem het gemeentebestuur van daar uit verpiicht is geworden de soep, niet alleen te laten komen eten, maar-ook te laten uithalen. Spaker protesteert verder nog omdat, volgens hem, niemand iets tegen die misbruiken gedaan heeft. Voorzitter wijst er op dat V. K. niet op de hoogte is. Want dat hij in zijn overzicht nog uit-gelegd heeft dat door de Federatie reeds over meer can twee jaren, toen er nog geen te kort was, het mogelijke en noodige gedaan werd. Honderden onzer kameraden weten daarbij wat wij voor hen in de Comiteiten deden. Van Extergem (vader) (kleermaker) protesteert tegen een grooten diefstal, in de stedelijke be-voorrading dien hij over lang reeds vruchteloos aan§e laagd heeft aan de schepenen der stad, per 1 r ef. En dat herhaalde malen. Verder wende hij zich daarover nog tôt de heeren F. en D. Vec zitier merkt den spreker op dat hij daar-med : eigenlijk op het politiebureel zijn moet en niet op deze vergadering. Van Extergem voortgaande, zegt dat hij, nu er Duitsche rechters zijn, daar zijne klacht over die zaak zal indienen. Voorzitter merkt op dat door hem geprotes-teerd werd over eene soort diefstal van een anderen aard. Het opeten van het aanwezige vleesch enz. door de rijken alleen, ten koste van het eigenlijke volk, daar gaat het hier eigenlijk over. Laroche. Na dat elk zijn woordje gezegd heeft komen wij weer terug tôt de eigenlijke dagorde. Het doel der Federatie, zegt spreker, is : binnen deze omstandigheden eene zoo goed mogelijke regeling van het voedselvraagstuk te bekomen. Wij deden stappen bij het Provinciaal, bij het Gemeentebestuur. En zelfs bij de Bezettende Overheid. De vraag was de produkten van den Belgisehen bodem onder officieel beheer te nemen en zoo-doende goedkoop ter beschikking van het geheele volk te stellen. Er protesteerde hier iemand over het weinige optreden der Federatie. Mij is mis. En nu komt het Bestuur der Federatie te vragen of dat goed bedoeld was en wij kunnen voortgaan op dien weg. Toen de werklieden uit zekere vakken niet meer konden werken uit zwakte, de patroons hen aankloegen veor luiaardij om hen de uitkeering te doen onthouden, heeft Van Meerbeeck hen in het Plaatselijk Comiteit hier verdedigd en uitkeering verkregen. Datzelfde gebeurde met de sigarenmaker# in de zaak Van der Elst. Voor een paar sigaren die één man ontvreemd had, ontnamen de schatten verdienende patroons aile hunrie werklieden hunren duurte-toeslag. En toen hunne werklieden zich zulk eene smade-lijke en hebzuchtige behandeling niet lieten wel-gevallen en het werk, in die voorwaarden, wei-gerden, toen trachten de patioons hen ook nog den steun te doen onthouden. Door Van Berckelaer werd «chter in het Komi-teit te Borgerhout, maar ook in het Provinciaal Komiteit de zaak dier kameraden zoo ter harte genomen, dat door het Provinciaal Komiteit de patroons formeel in het ongelijk gesteld werden en de Plaatselijke Komiteiten opdracht kregen die sigarenmakers te steunen. Dat zijn maar een paar voorbeelden uit honderden.Zoo is langs aile kanten in de mate van het mogelijke, door de verschillende bestuurders onzer vakbonden en Federatie, hardnekkig ge-werkt om toch een schijntje van recht voor onze menschen te bekomen. Ook de middenstanders voelen nu aan den lijve hoeongelijk de bejegening is. Zij ook deden reeds vruchteloos menige poging ter verbetering daarin. Zoo is dan de samen werking der Federatie met die ook zoo zwaar geteisierue medeburgers ge-komen.Zij deelden onze meenirg dat geheel onze werking zich naar de regeling vaa het voedselvraagstuk richten moest. In de verschillende besprekingen nu met dezen die de macht in handen hebben voelden wij wel dat die heeren ons als te revolutionnair aanzieH. Maar wij gaan voort daar in die middens de misbruiken en tekortkomingen aan te klagen. Door dit optreden hebben wij reeds vele verbeteringen bekomen, zullen er nog meer verwezen-lijken.Wij zullen dus blijven voortgaan eene betere bevoorrading voor het volk te eischen. Niet alleen voor nu toch is dat vao beteekenis, maar ook voor na den oorlog. Want die werklieden die nu verkwijnen door slechte voedselbedeeling.vormen de toekomst van ons land. Want zij zijn dezes werkkracht. Onze kameraden wijzen daarop in de openbare besturen, komiteiten enz., wijzen ook op het ge-vaar dat onze, in het buitenland werkende arbei-dert, niet zullen terugkomen als de toestanden hier niet verbeterd worden. Die handelwijze, dat optreden, op de juiste plaatsen is het hetwelk ons toegelaten heeft reeds zoovele verbeteringen tôt stand te brengen in steunregeling en bevoorrading. Door J. Verdonck wordt daarna de hiervolgende dagorde voorgelezen : ZATERDAG \3 April 1918 3d* JAARGANG n' 24

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1915 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes