De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk

1576 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1918, 01 Juni. De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk. Geraadpleegd op 28 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/4746q1v02b/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Derde jaargang, Mr 22. i Juni 1918. Prijs : 10 cantierneri. Derde Jaargang, Nr 22. — 1 Juni iqiS. DE EENDRACHT Prijs per Jaargang fr. 5.20 » » drie maanden » i.3o Postchekrekening Nr 86. _iLaiiLUjaLMWi ai ■■■!—■ ■ iiiiM"TT-irn — i r rr wm i n i Weekblad voor het Vlaamsche Volk Redaktie en Bureel : Lange Nieuwstraat, 108, ANTWERPEN. GEESTELIJK VERZET In onzen eeuwenouden Vlaamschen strijd tellen wij vele en macbtige vij-anden. Ruw* is onze strijd geweest en onze daadplegende Vlamingen zijn wel de martelaars door ieder edel streven gevergd. Zonneklaar is de waarheid en de deugdelijkheid van ons prineiep ons stceds voorgekomen ; hardnekkig was onze verdediging, het getal vijanden sclierpte onzen mosd. Soms toch scheen ons de strijd zoo naar, zoo vermetel, wanneer wij ons tegenover geestelijke overheid bevonden. F.en vuile fransche poppen beschaving bevechten, eene hatelijke anti-vlaamscbe politiek bekampen was ons een aange-naam worstelen. Maar wanneer voor ons stonden, zij die de leer van Christus voorhouden, en bekleed zijn met een zwaar geestelijk gezag, dan vermurwde soms onze Vlaamsche taaiheid, voor die, ons zoo vijandige geestelijke macbt, werden dikwijls Vlaamsche belangen geoilerd ! Indien wij den strijd voort-zetten zonder de hoogere geestelijkbeid dan was het met bloedend hart, voort-gestuurd door den innigen drang van ons Vlaamsch-katholiek streven, overtuigd dat onze hoogere geestelijke overheid ons door vooringenomenheid en slechtbegrepen godsdienstbelangen vijan-dig is. Bitter weinig heeft onze geestelijke oyerhèîd in zake Vlaamsche beweging bewezen, maar veel gedreigd ! Het eischen eener Vlaamsche Hoogeschool werd door haar als onnoodzakelijk be-titeld. Waarom ? Was zulks schadelijk voor den godsdienst ? Niets daarvan ! Als rede van verzet zegt ze ons, dat de Nederlandsche taal geen wereldtaal zijnde de wereldinvloed, welke eene Hoogeschool moet. verspreiden en onder-gaan, een Vlaamsche Universiteit voor haar kultuurtaak rtiet berekend is. Lode-wijk Dé Raet heeft dat meesterlijk weer-legd. Is dusdanige opvatting niet het recht op hoogere ontwikkeling van Denen, Zweden, Grieken, enz. betwisten? 1s zulks niet loochnen, dat een werk wereldinvloed heeft, niet alleen omdat liet in eene wereldtaal geschreven is, maar omdat de ir.nerlijke degelijkheid ei'van de ganschs wereld te nuits komt? Hoe dan den wereldvermaardheid van Ruusbroec, Pierson, Ibsen, Bjornson, Mistral enz. uitgelegd l Waarom werden met geestelijke straf-fen bedreigd zij, die zich op eene echt Vlaamsche kiezerslijst lieten inschrijven ? Waarom werden met geestelijke straffen bedreigd zij, die hun stemrecht gaven aan die daadplegende Vlamingen, in de piaats van ze te gunnen aan onze al te vvelgekende Vlaamsch-onverschillige ver-tegenwoordigers ? Waarom ? Waarom dat stelselmatig kleineeren der Vlaamsche taal in het vrije onderwijs ? Waarom die geheime vervolging tegen Vlaamsche katnolieken en geestelijken? Waarom ? Het Vlaamsche vraagstuk kan nooit naar de tôt nog toe„geldende Belgische opvattingen opgelost worden. Noodzake-lijk "moest het volledig involgen der Vlaamsche belangen eene scbêiding te-weeg brengen. Twee rassen hebben niet dezelfde belangen, niet dezelfde mi-ddelen tôt ontwikkeling en vergen dus een zelfstandig bestuur. De bondstaat België moest vroeg of laat de slotsom wezen van ons ijveren. Nu eens die Bondstaat gesticbt welk zou, op godsdienstig gebied, de toestand der twee staten zijn ? Vlaan-dren, en 't is voor ons eene eer, zou heelemaal katholiek zijn. Het katholi k Wallonie zou heel waarschijnlijk voor het socialist-liberaal Wallonie moeten onderdoen ! Daar is de knoop ! Vlaan-deren moet blijven dienen om door zijn groot getal katholieke vertegenwoordigers het bewind in Bslgië aan de katholieke partij te laten. Moeten wij Katholieke Vlamingen om dusdanig doel te verwezenlijken al onze rechten op Vlaamsch-gezonde ontwikkeling prijs geven ? Neen ! Zulks ware Wallonie voor eenen min of meer grooten tijd redden, maar hetzelfde lot aïs Wallonie zou ons natuurlijk later te beurt vallen. De Fransche invloed zal hier in ons Katholiek Vlaanderen, hetzelfde uitwerk-sel hebben als bij onze buren. Met de Fransche beschaving, waaien ons ver-pestende winden van athéisme, anarchis-me en zedeloosheid binnen, die harten en geesten dooden. Ziet Wallonie ? Vergelijkt het getal plichtvervullende christenen^ Het getal priesters, klooster-lingen ! Voegt daarbij voor Vlaanderen den gapenden afgrond tusschen de hoogere, rijke, ontwikkelde klassen en de arme, ongeletterde menigte, afgrond door onze domme tweetaligheid gedol-ven ; afgrond, die aan een vijand vrij spel laat, om het volk, in wat godsdienst aangaat, te misleiden. De hoogere klassen kunnen tôt het volk niet spreken en aile dwaalleer in volkstaal weerleggen. Wij geestelijken,, in nauw verband met het volk, voelen zulks maar al te wel. Moeten wij dan om die rede gewillig onze rechten afstaan ? Zeker niet ! Dat men in Wallonie eene meer nationale, Waalsche beschaving verwekke. Dat Wallonie, evenals gansch Fransch België, Ffarfknjk riiLt meer skafs veïgt. !V>t men in Wallonie en in Vlaanderen. in de vrije gestichten, minder beteekenis hechte aan de uitbuitende broodvvinnings-kultuur. Dat men in Wallonie eene eclite, gezonde, door en door godsdien-stige, Waalsche beweging stichte, zooals in Vlaanderen. Bretagne, Provence, enz. Omdat onze gebuur vergaat, moeten wij dan ook aangeta^t worden î Zeker mag men steeds op onze hulp rekenen, maar onze rechten prijsgeven en aan onze volkszelfstnndigheid verzaken, dat nooit. Daar . llgt de reden van het verzet .des hoogere geestelijkheid. Ik zeg van de hoogere geestelijkheid, svant priesters en kloosterlingen, die voor de vlaamsche zaak gewerkt en geleden hebben, vor-men scharen ! Ik neem aan dat het voor echt-kàtho-lieken en voor ons geestelijken, bitter is in dergelijke omstandigheden het goede te bewerken. Niets is zoo striemend wreed, zoo pijnlijk kwellend dan van onze overheid, ons door God aangewezen, soms zoo bitter hoonend te worden beleedigd ! Geen « tand voor tand » ont-snapt onzen mond noch ons hart ! Altijd blijven wij de trouwste, de eerbiedigste schapen ! De geschiedenis is daar, die ons menigmaal toont, dat de goeden soms de goeden vervolgen ! Was F'enelon het niet oneens met Bossuet, Louis Veuillot met M. Dupanloup ? Hopen wij en bidden wij d.^t de klare waarheidszoïi herders en schapen weldra verlichtte en hunne harten van weder- zijdsche liefde ontsteke. In afwachting wezen wij, aktivistische katholieken, de eerbiedigste, de vurigste christenen en laat ons tevens rotsvast op onze begin- selen staan. Den godsdienst schaadt ons streven niet, bevordert integendeel de uitbreiding van het Rijk Gods op aarde. Vooruit dan, de daad gepleegd, de banden losgeiukt met al de macht om door onzen Vlaamschen leeuwenaard en ons t vurig geloof geschonken, God en Vader land ten goede ! Ailes voor Vlaandren ! Vlaandren voor Christus ! BROER. jiscx:pt .a-ct-- - .ao. nwo. u, rv» Stel het niet uit tôt morgen als U vandaag nog kunt inschrijven op « De Eendracht. » PASSIVISTISCHE ZELFKRITIEK Als men in aktivistische kringen ^egt dat VRIJ BELGIK weer eens ttgoed» was, dan wordt daai mede gewoonlijk bedoeld dat in eent opstel van Van Cauwelaert of Hoste een passas voor-Icomt, die, uit de vpoi"ichlige watte der begeleidende antimktivistische ver-klaringen gen'ikkelci. ^eer kranig Viaamsch en dus ook aktivistiscli moet klinken. Wie steeds innig v-.'n de opreqfcte en weerbare Vlaamschge,, indheid van Hoste overtuigd bleef, kan, telkens in VRIJ IÏF.LGIE weer een i.drdate geloofsbe-lijdenis voorkomt nid met blijde ver-ba\ing de eindelijke oekeering van af-gedwaalden gaan omjuichen... En ik lees in VRIJ BELGI' nog maar liefst die opstellen — 7e ^{j.i helaçis een beetje ^eldjaam — die, {ond;r in pseudo-acti-vistisch vaarwatçr te' ver\eilen, begin-selen voor staan, een stindpunt aangeven, eischen stellen of een irerking schetsen, die niet alleen de politiek van het VLAA MSCH BELG'SCH VERBOND maar ook het algevtren Viaamsch be- O Ti | lang slechts bevorde) jn kunnen. In het nummer va 1 Vrijdag 24 Mei 1018 heeft Hoste een>- opstel geschreven, waaraan wt werkel;k « iets gehad » hebben. Hoste oefeni kritiek uit op de passiviteit van sommée passivisten. Indien wij hier vragen voor dit opstel, dan is Kêflièti'scli 'nrefont met ïelfvoldaan leedvermaak te hooren hoe een hunner leidende geestesgenooten on^e poliiieke tegenstrevers wegens hunne dwa^e ontoereikendheid eens duchtig kapittelt. Want dat « Vrij België » ein-delijk de publikatie van dergelijke opstellen aandurft achten wij een tee-ken van kracht. Dat bewijst niet alleen hoe \ij een veel klaarder inpcht in de Vlaamsche oorlogspolitiek gekregen hebben, maar ook dat depositieve werk-dadigheid van de niet-aktivisten op goed Viaamsch gebied een flinke uitbreiding nain. Wij werden door heetgebakerde akti-visten nog wel eens voor defaitisten g'escholden (en de ironie van het politieke leven heeft nu gewild datdit juist door de grootste verdedigers in Ulaanderen van de vaderlandsliefde van Caillaux en den Bonnet Rouge geschieden moest) omdat wij op een paar verkeerdheden we^en in ons eigen midden. Maar als wij de revolulionnairen, à la Don Quichotte, durven op de vingers tikken in het openbaar, bewijst dat eenvoudig dat daar een overgroot aantal verantwoor-delijke elementen moet tegenover staan voor wie aktivisme volstrekt niet 'n kaasratterij is. Indien persoonlijk bêla r. g algemeene drijfveer was, \ouden wij natuurlijk met ons vuil linnen niet naar de openbare waschinriehting. De groote \wakheid van de niet-aktivisten lag hierin dat \ij enkel negatief werk konden verrichtten. Wordt die bekrom-pen houding thans voor het eerst door de leiders openbaar gelaakt, dan leveren die het bewijs dat %ij 7ich door hun positiej Vlaamsche daden persoonlijk voldoende gedekt voelen om de achter-blijvers eens op te schudden. De kritiek van Hoste is wel een heel \achtmoedige. Maar, al \ou een alciivist haar, en met recht, heel wat scherper geformuleerd hebben, aan de waarde van het artikel doet dit niets af. Elostes polemiek met de aktivisten heeft \ich steeds door een \eli\ame gematigdheid onderscheiden die de histoi ikus van het aktivisme later \eker ^al weten te waardeereu. Onrechtvaardig is hij wel vaak geweest tegenover ons omdat hij te veel aandacht aan de bokkespron-gen der extremisten schonk en dan ging generaliseeren. Ter rechtvaardi-ging kan wel aangevoerd worden dat Vrij België er steeds van overtuigd scheen dat heel het Aktivisme konsekwent op een < Anglicdemng n-politiek uit-loopen moest en loyalistische opstellen enket maar \and in de oogen van de goê gemeente waren. Wij hopen dat de lektuur van de l Eendracht » en de houding der Unionisten in den Raad van Vlaanderen hem eindelijk van het tegen-deel julien overtuigtn. Wij kunnen slechts wenschen dat dit opstel van Hoste door de goede passivisten uit het belette gebied eens flink {al overwogen worden. L. * * * Stellig heeft «le regeering door haar onbegrip, haar dralen en haar treuzelen heel wat op haar kerfstuTt, wanneer wij de vraag stellen : wie heeft aan den warboe) schuld en hoe wordt ailes op-gehelderd.Maar, langs Vlaamschen kant, werd daar ook niet bij herhnling heel wat bedreven, dat den stempel draagt van minderwaàrdig gedoe '? Wij weten allen, dat de Vlaamsche minderwaardigheid ook in dezen ge-weldigen tijd slechts het gevolg is van de politieke onkunde, waarin de Vlaamsche geslachten werden opgeleid tenge-volge van misstanden, die voor een oppervlakkigen beoordeelaar tôt i83o maar in feite veel verder reiken. Alleen Belgische toestanden konden een aktivisme ten gevolge hebben, dat op een zoo treurige en soms op een zoo onbe-nullige wijze te keer gaat. Maar hebben de andere Vlamingen, die daartoe gelegenheid hadden, in voldoende mate getuigd ? Bestaat er reden om ingenomen te zijn met het Vlaamsche woord, zooals het vrij moçht tôt uitiiig komen ? Al de volkeren, die in oorlog zijn, hebben hun âichters, hun denkers, hun ekonomisten en hun staatslieden, die aan den -gedachtenstrijd deelnemen. Wij bedoelen hier niet, dat onze Vlaamsche geleerden zich moeten in het gelid scharen zooals de Duitsehe geleerden van « Es ist nicht wahr :>. Het komt bij ons ook niet op elle Viaamsch oorlogsvers tôt een meester-stuk te bestempelen ; aan zelfoverschat-ting lijden de Vlamingen maar al te veel, zooals elk volk, waarvan de beschaving niet volgroeid is. Maar dat neemt niet weg, dat wij met leedwezen vaststellen, hoe velen, die buiten het bezette gebied verblijven en die iets te zeggen hadden, blijven zwijgen. Sommigen, die een stap op het glib-berig aktivistisch pad hadden gezet, zwijgen, alsof het vanwege iemand die het verkeerd voorhad en het tijdig in-zag, zelfs niet veel schooner ware voor zijn Vlaamsche oveituiging op te komen dan vanwege lien, die zooals de mede-werkers van dit weekblad, maar steeds langs gebaande wegen gingen. Andere Vlamingen durven te nauwer-nood het woord Vlaanderen neerschrij-ven, en zouden het zelfs hebben over « Belgischen » jneester Rubens en meer dergelijken onzin ; zoo angstvallig is hun optreden. Laat het ons maar bekennen, ten-gevolge van al die samenloopende omstandigheden, is het op Viaamsch gebied meestal « armoe troet ». Vlaamschgezinde overtuigden bij de vleet en door het onrecht Sgestaald, maar weinig hooger ontwikkelden, die de begrippen helpen ophelderen en die overtuiging trachten te brengen tôt in de zwaar omstormde haven van het recht. Wij, Vlamingen, moeten ook thans zonder schroom, het boek opslaan eener onvervalschte geschiedenis, waarin wij Vlaanderen leeren kennen als een een-talig Viaamsch gewest en Brussel als de oude Vlaamsche stad, waar hertog Jan zij» Vlaamsche verzen dichtte. Wij,Vlamingen, moeten duidelijk laten hooren, wat wij verwachten inzake bui-tenlandsch beleid, opdat dit beleid ook in eenklank blijve met onze duurzame Vlaamsche belangen. Wij, Vlamingen, moeten duidelijk weten wat onze ekonomische belangen meebrengen en niets laten gebeuren buiten ons om. Wij, Vlamingen, moeten hooghouden tegenover de wereld den roem van onze Vlaamsche kunst, die wij onder geen Belgische etiketten laten verwelken. Wij moeten Vlaanderens zedelijken groei betrachten ; wij moeten getuigen en nog maar getuigen ! Wanneer wij op elk gebied ons le-vensrecht niet laten gelden, dan zijn het geen staatslieden, die als door een wondere intuïtie gedreven zullen worden om het op te delven. Wij moeten lien voortstuwen op de baan, die leid naar de verwerkelijking van onze idea-len in een vrij land. Wie daartoe bijdrag'en kan, kome dan ook aan zijn plicht niet te kort. Wij helpen de onafhankelijkheid van hel vaderlandsch grondgebied waarborgen, doordien wij op voorhand vreemde in-mengingen van waar ook uitsluiten, en wij dienen Vlanivi-v iv d..-lap van hoogen nood met bel vroom ge-moed eener onwankelbare overtuiging. Ja, 't zal wel gaan, indien Vlaanderen deze ure genoeg mannen telt, dichters, denkers. sociologen, volksvertegenwoor-digers die Vlaanderen willen dienen met hoogen burgerzin en uit de op-laaiende gevoelens, waardoor de Vlaam sche 'gedachte gedragen wordt, de slotsom weten te halen en op 1e dringen eener praktische en nuchtere verwerkelijking.J. HOSTE, Jr. Iiitellektueele Krachten. « Er 7al eens aan de bestaande worste-ling een einde komen. Mocht Nederland het geluk hebben, daar buiten te blijven, dan 7al hel het groote voordeel hebben van een intakt gebleven volk. Dit sluit in \ich, dat wij dan paraat moeten 7ijn. Het klinkt materialistisch, indien men hier bij op de stoffelijke dingen let. Het laat 7ich echter voo; \ien, dat voor ons na den vrede niet een tijd %al aanbreken waarin lut beroep hetwelk de staat doet op de burgers, sterk \al verminderen. De koopkracht van het geld en de levens-Standaard julien lager blijven dan 7ij vroeger waren. Willen wij niet als een verarmde staan, dan moet on\e econo-mische weerkracht groot pjn. Staat en volk julien krachtig moeten çijn en het is 1111 maar de vraag, welke de beste wegen 7ijn om dit doel le bereiken. Op aile gebied moeten wij \orgen dat wij niet worden weggedrukt tusschen de naties van Europa, die $ich 700 snel mogelijk julien trachten te lier stellen. Geen volk kan flink 7ijn, fonder de noodige ontwikkeling. Wij julien dus niet alleen on^e belaslingcn moeten be-talen en {orgen dat de bodem voldoende opbrengst geeft, maar wij julien ook moeten arbeiden, goed onderlegd moeten -ijn. De noodige voorbereiding \al uit on\e instituten tôt ons volk moeten komen; de staat \orge, dat er ruimte is voor ontplooiing en ontwikkeling, voor het vormen van 1°en \elfstandigen geesl. Het is meer waard samen iets te weten, dan te krakeelen over de een of andere leu^e. ) Aldus P of. T)i . F.' -dmans in een kies- S\TE1t£

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De eendracht: weekblad voor het Vlaamsche volk behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1916 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes