De legerbode

1187 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 04 Maart. De legerbode. Geraadpleegd op 29 maart 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/c53dz03m2t/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

DE LEGERBODE den Dinsdag Donderdag en Zaterdag verschijnende Dit blad is VOOR DE BBLGŒSCHE SOîLDATEN bestemd ; iedere compagnie, escadron of batterij ontva-ng't tien of vijftien Fransciae en Nederlandscke exeraplaren. Se cHuItup» en de Qorlog De oorlog wercl gewild door gansch de Duitsche natie. Hij werd voorbereid langen tijd op voorhand door enkele mannen. Sedert vijftienjaar vooral werd de bedrij-vigheid van de alduitsche bonden koortsach-tiger en krachtiger, en hunne liandelingen hebben ten slolte gezegevierd. M. Paul Bi-ranlt heeft in een zeer wel gedocumenteerd artikel in L'Opinion weleer op een trèffende wijze het aangroeien bewezen van die bewe-ging, die krachtig dejonkers en de militaire parti] steunde, en getoond hoe ze eindig-de met den Keizer en de regeering mede te slepen. Een andere schrijver haalde de woor-i den aan door den Keizer over twee of drie •jaar gesproken tôt een diplomaat : « Reken op mij niet meer (voor den vre-de). Ile kan er niet meer aan uit...» Roerende bekentenis, welke echter geens-zins de verantwoordelijkheid vermindert van het hoofd van het Duitsche rijk. Men weet hoe behendig de Machiavels van het pangermanisme de feiten hebben voorge-xteld op het oogenblik van de oorlogsverkla-ring, en hoe ze den geest van een gelieele natie hebben op liol gebracht. Duitschland werd aangevallen ! Er moest een einde aan komen. De overwinning was overigens zeker en het voordeel zou « kolos-saal » zijn. Tegen Kerstmis zou ieder weer thuis zijn: Rusland zou verslagen zijn na de verovering, de verplettering van Frankrijk. Het waaraclitig beoogde doel werd niet da-delijk bekend, maaraanstonds na de overwinning van Charleroi en Bergen en de snelle marsch op Parijs gin g er een geroep op, en de vredesvoorwaarden werden opge-legd. Frankrijk moest een derde van zijn gebied afstaan met 10 millioen inwoners, i5 millard betalen, 3 millioen geweren afstaan, een verbond teekenen voor a 5 jaar, enz... Wat België betreft, daar werd niet cens over gesproken. Wel is waar spreekt men er heden opnieuw over, vermits, met de toelating van de Duitsclie censiuir, een schrijver uit Dresden een smeekenden oproep doet aan Frankrijk en haar den vrede aanbiedt, met de eenige voor-waarde aan Duitschland af te staan... juist België, ofschoon in het ultimatum pleehtig verklaard werd dut men niet zou raken aan het Belgiseh grondgebied ! 0 ! die lafaards !... Dat is wel een teeken dat het officieele en ontwikkelde Duitschland de angst van de verantwoordelijkheid begint te gevoelen ; en die wreede onzekerheid wordt grooter, naar-tnate de oorlog blijft duren, en het duitsclie *olk weer kalm begint te redeneeren. Het volk ziet inderdaad klaar in dat het op geen schitterenden buit meer mag hopen; dat Frankrijk niet. als een slaaf zal overgeleverd worden; dat tijdelijke voordeelen behaald op de Russen deze niet doen achteruitwijken aan de Duitschers zelf schrikkelijk duur kosten; dat Warschau niet ingenomen is, evenmin als Parijs en Kales, en dat liet, ondanks de clenkbeeldige « blokkade » van Engeland, zelf K-K brood mag eten. Het duitsclie volk begint zich af le vragen of het eenige uitwerksel van den oorlog niet zal zijn zich zelf voor zeer langen tijd prijs te geven aan den hciat van de drie vierden van den aardbol? Is het wel zoo zeker dat het aangevallen werd? Waarom bleef I Italie neutraal, tenzij omdat de oorlog werd. jwkverwekt, lang op voorhand beraamd en in 't Stilaan gaan de oogen open, en om le begrijpen hoe moeilijk het ticht tôt hunne hersens doordringt, is het voldoende na te gaan hoeveel honderden dagbladen, brochu-ren, proclamaties de vertegenwoordigers van de « Kultur » rondstrooien. Een onlangs krijgsgevangen genomen duitsclie officier bekende dat reeds de oorlog der wanhoop begonnen was. Maar het duitsclie volk merkt het nog niet. België is bezet, de geallieer-den komen niei vooruit, en het is gemakke-lijk te spréken over onmqchl, terwijl alleen het winterweer heel natuurlijk die schijnbare immobilisatie uitlegt, en er ondertusschen jlink gewerkt worclt om de overwinning voor te bereiden. Het duitsclie volk kan dat nog niet merken, want het is nog niet voldoende ontwaakt uit zijn zware roes, en het kan nog niet kalm en klaar zich de zaken voor-stellen en ze beredeneeren. De « Kultur » doet al wat in hare macht is om te profiteeren van de laatste weîcen, de laatste dagen die nog overblijven. Heel behendig wordt de openbare meening voorbereid op een mogelijke nederlaag. Een geschil met Amerika schijnt zelfs niet on-gewenscht om een opwelling van wanhopige wilskracht te verwekken of om zich door de heele wereld roemrijk overwonnen te verkla-ren. En vermits de schatten van Frankrijk, hare koloniën, al den buit waar men op voorhand op juichte, de schandige geneugten, die men in verbeelding reeds smaakte, terwijl de duitsche helclen zich dronken zopen in België en in Champagne, en zich voor altijd met schande bedekten, vermits dat ailes ontsnapt, hervat de duitsche Tartufe het refrein van de « Kultur », poogt de bedreven gruwelen te rechtvaardigen, spreekt weer met nadruk over zijne goddelijke zen-ding van hoogere beschaving, en beweert al-zoo den oorlog uit te leggen, niet inziende dat hij daar door zelf te veel drukt op zijne voorbedachizaamheid, vermits noch Frankrijk noch Engeland, «a fortiori » België ooit beweerd hebben hunne kultuur op te dringen aan Duitschland. De laatste pogingen van den duitschen « ubermensch », om zich vrij te pleiten voor de oogen van de wereld, dragen het merk van gebrek aan samenhang, van gejaagdheid en koortsachtigheid, eveneens als de krijgsver-richtingen. En ook van machteloosheid overigens, vermits graaf Bernstorff beslist mis-lukte in de Vereenigde Staten, dat het geknoei van den prias von Bulow niets uithaalt in Italië, en dat, stilaan maar beslist, verschil-lende andere neutraXe staten zich met sympathie tôt de geallieerden wenden. In slijk en bloed sterft de « Kultur » weg voor de oogen van de wereld. Als weldra het duitsche volk, dat zich reeds verbaast en on-gerust wordt, zal willen onderricht worden, zal het niet meer vinden dan een slijmerige zieltoogende gesiatte, naast den pruisischen, jonlter met zijne overmoedige verwaandheid. Al de wijsgeeren van de wereld hadden de beschaving geroemd. Maar het moderne Duitschland had de a Kultur» uitgevonden : Het had enkel knoeiwerk vervaardigd en dat knoeiwerk zal de ontzaglijke beproeving van de neerlaag niet overleven. Zij hadden Gœthe, en Beethoven, en . Wagner, al de groote Duitschers, die liefde voor hun land hadden opgewekt. Met de geesten te willen. disciplineeren, militariseeren en verknechten, is de Duitsche « Kultur » er enkel in ge-slaagd zich hatelijk te maken en ' ons de> meerderheid van het gevoei op de methode te doen gevoelen. De g 3 ontwikkelden, die het beruchte ma-nifest hebben onderteekend en dciardoor hun-ne minderheid hebben bewezen, — hetgeen ze verklaard hebben was beslist onnoozele praat, — zullen weldra liiïnne falliet ver-staan. Maar wat zal het Duitsche volk zeg-gen, bedrogen door den hoogmoed van die « parvenus » van de beschaving ? Wat zal het zeggen aan de schrijvers, aan de kamerleden, aan de geleerden, aan de kunstenaars, aan de professors, aan al die-genen die het hebben willen voorstellen als een uitverkoren volk, van Godswege belast met de zending de « Kultur » aan Europa uit te reiken, na zijne beste kinderen te hebben vermoord en Europa te hebben aitgeplun-derd ? Heden is die falliet van de « Kultur » nog maar een ellende ; wie kan zeggen wat ze morgen zijn zal ? Eetroawen ! De oorlog1 was verklaard. Geen klachten konden baten, Ik moest en huis en haard En moeder lief verlaten. Nu ben ik ver van huis En veel heb ik geleden, Maar 'k heb den vuigen Pruis Met heldenmoed bestreden. Ik heb bij dag' en nacht lu groot gevaar gezeten, Doch moeder lief en zacht Die heb ik nooit vergeten. Ik zag haar lieflijk beeld Steeds voor mijn oogen zweven, Haar blik heeft mij gestreeld En blijde hoop gegeven. Eens komt de schoone stond Dat ik naar huis mag keeren, Dat 'k weer op vrijen grond Mijn moeder lief mag eeren. Dan viert men 't feestgetij, Men dankt den Albehoeder. Dan schijnt de zon weer blij, In 't huisje van mijn moeder. J.-M p. mamm De fesnftiii&g ier SÉachfen (25' Februari 1915) Te midden van een uitgestrekte weide met eea "wit sneeuwtapijt overdekt, aan den voet van een molen met onbeweegbare "wieken, vormden, op dien helderen Februarimorgen, de sehachten van het 6° regiment de zuiderzijde van een ontzag-lijk vierkant waarvan de drie andere zijden bezet waren door debataljons deroude en taaie verde-digers van den Yzer. Men wachtte op Z. M. den Koning voor d® plechtigheid van de voorstelling der rekrutea aan de ouderen. . Om kwart voôr 11 ging een heele zijde vandea vierhoek open op de roerende toonen van de « Brabançonne,» en indrukwekkend kalm kwam Koning Albert, gevolgd door generaal Drubbel en door zijnen staf, de door bajonnetten bezetta omheining binnen, welke hem de hoogste huld« van den militairen groet brachten en hem zwij-gend den eed van getrouwheid zwoeren. Te midden van de voorloopig in open lucht op» gestelde wapenzaal, klapperden vrij en blij de belgische klcuren van het regimentsvaandel, terwijl in de verte het kanon aanhoudend bronide. Na heA den militairen groet te hebben gebracht, ging de Koning voor die fier een levendi-ge kleuren staan ; ailes door zijne hooge gestalte beheerscheiul, bleef hij daar gedurende heel de piecîiti 'heid staan. Meer dan eens, beurteling» - À Maart 1915 Niimmer 77

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De legerbode behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1914 tot 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes