DE VLAAMSCHE SMEDER Ie Jaargang. — Nr 9. Zondag, 9 Juni 1918. Prijs 10 centiem. DE CHINEESCHE MUUR. — Komt niet bij een gekonfijte volkt- of taalverd; ukker voor uw Viaamich recht op, of hij tnauwt U toe : Waar gaat gij met uw Viaamich? Gij zijt isgsn Het aunleeren van vreemde talen, gij wiiï een Chineeichen muur rond Viaanderen oprichten. Een klein land heeft behoefte aan eene wer«idtaai. — Achter dien oazin steken de vijanden hunaen haat tegen on» Volk, hunne blinde iiefde voor ai wat vreemd is, hunne verbasterings-plannen v/eg. — MEl ONS VLAAMSCH MOETEN WIJ NiiRGSNS GAANr — Wij moetan in het Vlaamsch het na uur ijke middel vinden om on» te ontwikkelen, kennis op te doen, verttandig te worden en op aile gebied vooruit te komen. MET ONS VLAAMSCH MOETEN WIJ ALLES WORDEN IN VLAANDEREN! zôpaia de Engel»chman aile» worden kan met Engelsch in Enge.and, de Franachman met zijn Fransch aile» in Frankrijk, de Nederlauder aile» met zijn Ncdcrlandsch in Nooidaederland. — IEDER VOLK MOET ZICH IN ZIJM EIGEN TAAL ONTWIKKELEN. — Zoo spreekt de wetenachap, zoo doen aile volkeren, in Viaanderen alleen moet het onderwij» dienen om de Viamingen te ontvlaamschan, te vermuilezeien, te verdrukken. — WIJ ZIJN NIET TEGEN HET AANLEEREN VA V FRANSCH, noch tegen het aanleeren van EngeUch, Ru»»i>ch, Italiaanach, Spaansch; hoe meer talen men kent, hoe meer middelen tôt ontwikkeling men heeft, maar de vreemde taal mag niet dienen om het volk te ontaarden, de moedertaal te doen verkwijnen, ons volk kapot te maken. Vreemde talen moeten dienen al» hulpmiddeUn tôt meer kultuur, tôt verbetering van eigen wetenschap, tôt verhooging van eigen leven, niet om een ka»te te vormen, die vie» is van het eigen volk, die bij de kloof der standen die der taal voegt, die zuigt «n uitbuit, maar niet meevoelt met het Volk, omdat zij in de vreemde taal denkt, geniet en zellzuchtig leeft. — DE VLAMINGEN ALLEEN WERKEN VOOR DE VERSPREIDING DER VREEMDE TALEN Zij richten bloeiende scho'en op om aan hun volk allé vreemde talen te onder-wijzen. Zij spreken bijna allen veracheidene vreemds talen. Zij lezen boeken en tijdschriften in vreemde talen en nemen dus deel aan de Kultuur van het Oosten en het Westen. Un het goede der beschaving van aile volkeren willen zij het beate, het jezondste, het edelste voor hun volk. — D# FrSnS" kiljon aliten wlS sen Ghineeschan muur rond Viaanderen optrekken. Hij moet willen of niet de groote Vlaamsche maj»a in hareu verstandeiijhen groei veiminken ter wille van een klad Franach; hij »teelt den tijd van de geeslesontwikkeling om wat vreemde klanken te leeren uitbrengen; hij doodt de geestesgaven van een Volk om het eene vreemde taal te doen «prekefit. — WIJ WILLEN VLAMINGEN ZIJN, OM EUROPEEERS TE WORDEN. Eer»t door 't Vlaamsch tôt meer kennia, tôt meer verstand, en dan door Franach, Duit«ch, EngeUch, Spaansch, Italiaansch, tôt meer kultuur. — Dat WlllOfl d@ ViQHlin^Onl — Wie durft doordenken, moet FLAMINGANT zijnl llïMlll ■■PIHSI» IWMBIljl IHII mil—l—l'l ■■ I I !!>■!■■ !■ I Bill I iTTll 11 Il ■■IIIMWIII II II II Vil lliir Tf illilll ■ Il llUShl'lll I II I —III il t ■■■Pli | TTIlUlil 11* jj I I IWiUlTiMi NATIONALISTEN, de Groote Verkiezing voor den NATIONALISTENRAAD, bestuur van den Nationalistenbond heeft plaats Zondag, 16 Juni 1918, te 10 uur, in de "Aula,, der Hoogeschool. Maakt.bij vrienden en kennissen propaganda om Vlaamsche Staatsburgers te vormen, door onder-teekening derVolledige Zelfstandigheidsformuul en zendt ze dan aan de Propagandacommissie. DAGKLAPPER j . mthwsm mirt vi—ass^zr JUNI Zondag 9° Juni. — Geboorte Tan Daniel pleins, dicL:«r> Ge;ù 1€30. Maandag 10e. — Geboorte van C. Seirure, geschiedschrijver, Gent 1835. Dinsdag II'. — De H. Rembert van Thor-- hout, bisschop. St-Vitus. — « Zorgt wel voor de kinderwiegen. St-Vitus brengt men hem de vliegen », zegt de Volks-wijsheid.Womsàag 12". — Geboorte van Frans de Pauw, Rozendael 1808. Donderdag 13e. — Geboorte van Bern ter Haar, dic'nter, Amsterdam 1806. Vrijdag 14e. — Geboorte van Jacob Neyis Carry, tooneelschrijver, Brugge 1727. Zaterdag 15'. — Geboorte v*n Jan ten Brink, prozaschrijver, Apping 1834. V aderlandslief de, eene Deugd Wie herinnert zich niet den strajd, tôt voor den oorlog, door de zoogezeg-de Integraal-Katholieken uit Viaanderen tegen het Belgische Partij-katholi-cisme zoo nijdig gevoerd?... 1k hoor nog een hoofdman der Integralen, pas na zijne terugkomst van Rome met een bijzondere zegening van den Heiligen Vader, een leeraar uit een bisschoppe-lijk college toesnauwen : « In uwe scholen voor de zoons van den gegoe-den stand is het vormen der jongens tôt oprecht christelijke burgers bijzaak: uw voornaamste Zorg in uw Instituut en zijns gelijken is voor uwe partij vaste kiezers maken met drie en yier stem-menj... » Die mentaliteit van de onder katho-liek paviljoen schoollui opleidende meesters is, met de noorlog, nog vree-selijker aan 't licht gekomen. De ka-tholieke regeering van België, door haar Entente-avontuur, zoo bloedig in 't nauw gebracht; door haar trouwste steunen, als graaf Woeste, afgekeurd, verlaten, ging zeker ten val en moest doodvergeten geraakt door al haar in 't land gebleven kiezers, indien daar niet een Verlosser opduikelde om 't Geloof in de katholieke partij kliek warm te houden. Die Verlosser was in 't Vaderland voorhanden gebleven, steeds van top tôt teen uitgerust : de partij-clerus die, hij zelf opgevoed in kiezersscholen, de on^antaitbare par tij altijd boven de kerk, ja boven den Godsdienst, had weten te stellen, en daarom door de nooit door Rome ge-desavoueerde Integralen zoo onyerbid-delijk werd nagejaagd. Met een specimen van die partij -priestera hebben de aankondigingen-iezers van Den Vlaamschen Smeder verleden Zaterdag, kennis gemaakt : den almoezenier van een broedersge-sticht te Gent, die, om Havere te red-den, zijne tôt Vlaamsch-nationalisme neigende Ieerlingen voor de hel wil bang maken, bij middel van een in verkiezingstijd veel gebruikt « manœuvre de la dernière heure... » « Le patriotisme est une vertu en tout ce qui est contraire à une vertu est ite très grave. » — Zeker, monsieur l'abbé, de Iiefde tôt het Vaderland is eene deugd, de Iiefde van den Vlaming tôt Viaanderen, de Iiefde van den 1er tôt Ierland is eene goddelijke deugd. En de door en door katholiek-godsdienstige Ieren, aan de stichtende stem van hunne priesster gehoorzaam, zijn bezig, in hunnen heiligen opstand tegen het perfide Albion, aan uwe Vlaamsche Ieerlingen een zalig voorbeeld te geven. De Ieren en hunne geloofsbroeders de Viamingen — stel uw geweten gerust, Eerwaarde, — zullen nooit dompelen in de ondeugd van onvaderlandsch-heid, want daarom beseffen zij te goed het verschil tusschen twee dingen, die U, Eerwaarde, als perfekte partijman, goed vindt te verwarren : Patriotisme, eene deugd der Iiefde; loyalisme, zelfs geen eigenlijke deugd der rechtvaar-digheid.Het lersche, het Vlaamsche vaderland moet ieder 1er, ieder Vlaming be-minnen; het Britache rijk, de Belgische staatsmacht mag iedereen betrouwen en dan nog op voorwaarde dat men door die vrijwillige getrouwheid aan de rijksregeering, door die berusting in het vergankelijk staatsverband niet schaadt aan het goddelijk gebod van Iiefde jegens zich zelven, jegens zijn volk, zijn stam, zijn natie, d. i. zijn Vaderland. Dat begrijpen de priesters die hun heilig ambt aan eene partij, aan de politiek niet verschacherd hebben; dat verkondigen de negen-en-twintig bis-schoppen van Ierland met, aan hun hoofd, hun primaat, kardinaal Logue en den artsbisschop van Dublin. De eerste werd nooit, zooals zekere andere kardinaal-primaat, voor buitensporig-heid, te Rome in huis gepakt; de twee-de heeft, zooals zekere andere a artsbisschop, zijn tnijter niet te danken, tegen t avies van 't Kapittel, aan de gunst van een niet overareven kui-schen vorst. in ruil van rebenrlijk wat complaisance « in extremis. » iaaif aiiiintittiaeii Daar is in onzen tijd van licht Veel licht, dat niet verlicht. Daar zijn veel lichten, die, och arm ! Verlichten noch verwarmen. BiesG9 ■■•naieiieii*ii . ... ■ . «..W -■■Jli.WJlA—■ made in Germany Waaraditig, zei Ward, daar zijn nog altijd nuohtere menschen die meenen dat Engeland en Frankrijk vecliten voor Bel-gië's schoon cogen. Die mens&hen willen maar niet mzien dat de romanUsahe tij-den vooriiij zijn, en de tegenwoordige oorlogen gansdi andena ondergronden ■hebben dan voor drie, vier bonderd jaar. Ook de oorlogen in hunne oorz&ken zijn gemoderniseerd. — Zoo, zei. ik verwondend. — Zeker, Kobe, 't gaat onder de volkeren als onder de enkelingen. Hebt gij een gebuur die u m den weig staat of u 't gras van onder de voeien wil weg maaien, dan zult gij ailes in 't werk ste.llen oni hem van de baan te schuiven. De vroegere vriend-schap koelt af, natuuràjkl En niet zelden slaat ze om in vijandschap. In dergelijke gevallen zal het, als men wat kittelachtig is en om de rneest kleme reden, tôt hand. g cm een komen. Zoo ook onder de volkeren. Zie, Kobe', ik heb h-er een Engelsch boekje van E. WiJliams dat putten in de aarde klaagt ovsr het toenemend over-wicht van Duitschland op Engeland. Mag ik U ©en en ander vertalen, Kobe? Dan kunnen we besluiten. — Zcfcer, Ward, zei ik. — Welnu luister: Made in Germany! men hoort èn men ziet haast niets anders — Aldus begint sdhrijver — Kijkt maar eens rondom u en gij zult vinden, dat de stof van eenige van uw eigen kleederen waarschijnhjk geweven werd % Duitschland. Vermoedelijker nog is het, dat som. mige kle'edingstukken van uw vrouw duitsche invoer-artikelen zijn, terwijl het fe.telijk buiten twijfel is, da de rijke man-teis en keurslijven, waarmee haar mei-den zich op haar zondagsch opzetten,door Duitschland gemaakt en door Duitschland verkocht werden, want alleen daar konden zij zoo vervaardigd worden. Het speel-goed en de tollen en de prentenboeken,die uw kinderen mishandelen in de kmder. kamer, zijn gemaakt in Duitschland; meer nog, het papier van uw geliefkoosd vaderlands 1 ievend dagblad heeft deselfde geboorteplaats... Doorloop uw huis, en het getrouwe merk zal u bij elken draai begroeten. van de piano in uw salon tôt de kom op uw keukenschap... Daal naar de diepten van uw huis, en gij zult vin. den dat de ^aterbuizen zelf in Duitschland gemaakt werden... Gji duwt iets in het vuur en maakt de opmerkmg, dat de (1) Vervaardigd in Duitschland. pook, die gij in uw hand hieldt, gesmeed werd in Duitschland. Als gij van uw haardtapijt opstaat. slaat gij een versie. ring over op uw s'choorsieenmantel; terwijl gij de eindjes ophoudt, leest gij op het- plaatje, dat het grcndvlak uitmaakt: <■ Vervaardigd in Duitschland >'. En gij krabbelt uw akelijge bescnouwingen neer met een potlood, dat gemaakt werd in Duitschlaiid. Te middemapbt komt 11 w vrouw thuis van een opéra, dat gema-ikt weird in Duitschland. dat hier opgevoerd w«rd doo^r zangers en een bestuurder en spelers, die gemaakt. werden in Duitsch. land, met behu-p van nn/t-kiuia.'n en gedrukte muziekb!«den,dL? gem .aKt wer. den in Duitschland... Williams laat het met bij woorden, hij geelt ook bewijzen. zei Ward. Om maar van het îjzer te spreken. De Engelschen. waren de îjzer- en staalbazen Van 1^'Jl tôt 1S96 verminderde de Engelsche uit. voer met 1 millioen ton, terwijl de Duitsche met een half mill-oen vermeerderde. » Britten, treuri om uw v«rval » roept Williams uil En zie eens voor den scheepsbouwIMe* meende Iang, dat Duitschers geen achip ken er reeds talloos vele, mser en meer, ken er reeds talloos vele, meer en mer, kloek en goedkoop. En grooter wordt ook aanhoudend Duitschlands tonnenmaat; z.jn schepen doorkruisen steeds in groo. ter getal de zeeën en oceanen; in de laat-ste tijden was Engelands aangroei slechts 3 1/2 % enDuitschiands 8 a 9 %. En de messen- Vroeger kwamen ze na. genoeg aile uit Sheffield, nu al meec eu meer — in angstwekkend toenemen — van Solingen en eiders uit Germanje. En de drommelsche Duitschers hebben er de kneep van weg om het monopoiie voor den engelschen neus weg te kapen. En koper. en blik- en metaalwarenI 'i Loopt ook al erg uit. Om enkel een land tel noemen; Roemenië: van 1884 tôt 1893 daalde zijn invoer tait Engeland van 29.390 ton tôt 20,872 ton; en in diezelfde tijdsruimte steeg zijn invoer uit Duitschland van 12,670 ton tôt 34,565 tan. En zoo voor ailes verder: stoom- of zaai- of pik. of dorschmacbnes of welke ook. Treurt, Britten, men klopt u ongenadig! Voor 't rijk der weefsèls kan het toch zeker we] roosikleuriger zijn? Wacharme! Neem eens de katoenspinnerij. « We mo-gen 't wenden waarheen we willen» schreef het vakblad « ïhe Textile Manufacturer » in Oktober 1895: we ontmoeten ake 1 ig-beteekenisvolle aanduidingen, dat de toestand gedurig van slecht naar slech-ter gaat. » En Williams ontwikkelt dit en laat weeraj een sprekende lijst hierop vol'gen. En in de zijdestoffen kunnen zij, Engelschen, het evenimm nog zoo mooi ophaien als weleer. In de garenzijde — om die alleen te vermelden — is de uitvoer uit Groot^Britannië van 1891 tôt 1894 tôt de helft gezakt. En waar de Engelschen in 1891 voor 11 miHioen pond sterling zijde-stoffen invoerden, teekenden zij in 1893 reeds een invoer van 15 millioen aan. En waar vandaan? Ja, waar va'jdann dan van Duitschland. Wol: dç klaaglitanie gaat voort. En zoo al maar door. Door de Duitschers geklopt of met klopping bedreigd zijn de Engelscheni ffr de scheikunde — « dien barometer van den voorspoed van een volk », volgens Beaconsfleld. Hier is het efïenaf wreed en in aile chemische stoffen: drogerijen. alkalis, meiststoflen, zout, kina, reu^waren enz. Verder ook speelgoed en glaswaren, pottewerk en ce. ment, Ieder en papier muziektuigen en prenten: beschouw en bestudjeer aandach" tig toe en hef, na lezing mijner cijfer»' het miserere aanl Zeg, Kobe, wat was er aan 't gebeurea met Éngeiand's aloude overmacht? Wachtj laat Williams ihet maar z«lf zeggen; , Wat er aan 't gebeuren iis, zoo vaart Williams los, ik zal 't u zeggen; er is aan 't gebeuren. dat onze oude glor-e heen-fiaat, dat gij 't nog niet eea? wilt inzien, dat g^j dat lijdelijk îaal, begaan, en zoo yerblind zfjt, dat ge 'i nog als een licht zaakje opneemt. dat Engeland onder-gaat, zoo 't niet vlug en kracrhtig wordt verholpen... Nu zult ge best begrij.pen dat een land dat achteruit gaat aile middeltjes zal ge. bruikem om zijn tegenstrevers een voetje te lichten. Een oorlog is- daartoe een prachtige gelegenheid. O, natuuriijk zal men niet de ware reden opgeven. Men zal met zeggen: Duitschland doet ons eene te- groote ooncurrentie aan, komt jongens, laat u doodbloeden om de belangen onzer groot nijveraars te verdedi^en, want dan zou men durven antwoorden: die handeisstrijd komt ons, kleuieren, t® goede, neen men vindt er iets anders op: Wat b. v. heel mooi klinkt is: de pUcht voor de grootere om de kieine naties te beschermen. Daar zweept mtn gemakke-bjk de'passies mee op. En 't volk laat ziah bij den neus leiden. Denkt ge dat Engeland een zijner zonen zou laten doo. den u:t pure Iiefde voor ons? — 't Is zoo', Ward, maar dat moogt ge toch wel niet zeggen of ge heult met den vijand — 't Is waar, zei Ward, maar waarheid is waarheid. En al is de waarheid hard om hooreni, is het daarom mander waar. he:d? Kobe jongen wat heeft men ons al leugens opgedijscht! Al zoo min of men vertrouwen mag hebben in de woorden van een politieker in kiezingstijd al zoo min mag anen vertrouwen hebben in de woorden van eene regeering in oo-rlogs-tijd. Al die groote mannen beweeren voor ons goed te staan. Gekheid! Laat ze dan maar eens beginnen met ons gansch kos-teloos te dienen. en ge zult wat zien. Schaft al de groote traktementen al van ministers én generaals en 't spelleke zal gaaaw gedaan zijn! De Iiefde tôt ons is in verhouding van 't goud waarmee ze hun zakken vullen. Wij, het volk, wij zijn hun,. coffre-fort. — 't Is zoo, zei ik. — Zeker is 't zoo, maar wie zal 't ver_-anderen, zei Ward. 't Heeft altijd zoo ge-weest eh 't zal altijd zoo zijn, omdat de mensch onvolmaakt is. — En waar zijn! Dag Ward! — Dag Kobe! Kobë. ig~è 11 m i»#iMi»Baép&n In het levensgedrang Worden helden geboren. Maar ook heeft er menig Zich zelven verloren. Vanwaar dat veel vreugd Veikeert in verdriet? Wijl rozen verwelken Maar doornen niet! Gewerkt met lust, zoo kloek als ooit, Want rust baart roest, en roest rust nooit. il £ 11 e si » ai » • n 9 is • 11

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.