De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad

1103 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 11 April. De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad. Geraadpleegd op 26 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/862b854j9v/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Éefste Jaargang N°. 70 Zondag 11 April 1915 S Cents DE VLAAMSCHE STEM ALGEMEEN BELGI8CH DAGBLÂD £sn volk zal niet vergaan / Eendracht maakt machti REDACTIEBIJREEL 9 PALEISSTRAAT 31, AMSTERDAM. — TELEFOON No. 9922 Noord. De Vlaamsche Stem verschijnt te Amsterdam elken dag des morgens op vier bladzijden. Abonriementspr^js by vOoruitbetàlin'g : _ Voor Holland en Belgio per jaar / 12.50 — per kwartaal / 3.50 — per maand /1.25» Vocr Engeland en Frankryk -Frs. 27.50 per jaar — Frs. 7.50 per iwartaal — Frs. 2.75 per rnaand. Hoofdopstellen s Mr. ALBERIK DESWARTE Opstelraad : CYRIEL BUYSSE - RENE DE CLERCQ Mr. JAN EGGEN, - ANDRE DE RIDDER Voor ABONNEMENTEN wende men zich tôt de Administratie van liet bîad: PALEISSTRAAT 31, AMSTERDAM. Voor AANKONDIGINGEN wende men zich. tôt de Administratie van de VLAAMSCHE STEM, Paleisstraat 31, Amsterdam. A DVERTENTIES : 25 Cents per rege. TWEEDE KONING ALBERT NUMMER l M beware onzen feras, ; Âiart I, ira gerschte. i God spare onzen Koning, en schenke hem A eene regeering, welke in iengte van jaren \ en in voorspoed en in roemrijke vruchtbaar-Xlieid ailes overtreffe wat onze vaderland-Xsche historié van zijne voorgangers heeft X gezien ! Zoo wenschen en bidden, op den 1 dag van ;s Konings verjaren, 7^ millioenen X van Belgen, als uit één liart, en meer mil-X lioenen nog van bewonderaars, nit aile na-( tien der wereld, stemmen bij opdat het zoo { wezen moge........ ( Nooit kon een Vorst zicli beroemen op ( cene meer onverdeelde trouw van zijn on-X derdanen, nooit op meer onverdeelde be-Xwondering van zijn tijdgenooten. In de vol-Uedigste onthecliting hebben de vreedzame X moeders liunne zonen geschonken, de vaders X hunne. gezinnen vaarwel gozegd, opdat zij (met hun lijfelijke borstweer hunnen Vorst Azouden dekken tegen het oprukkend geweld, a en ôfschoon de vijand met overmach't van *(wapenen en ongekende wreedheid het land Ttèmeesfcerde en de monden knecht, over de (harten keerscht onaangevochten onze Ko-a ning, hij alleen ! Hij, de Koning der Belgen, Mgens recht en werkelijkheid. Want de Jkruitdamp en de rookwoïken, welke sedert / acht raaanden drijven boven zijn land, heb-Hsn zijnen naam niet verduisterd, het bloed \ dafc opspat als de moordgranaten inslaan T heeft geen vlek op hem geworpen, en het T namelooze wee dat uitgebroken. is over hem (eu zijn volk heeft hem niet neergeworpen. I In de schitterende uitrusting van zijne on-f gerepte koningseer staat hij, ongebogen, redit op zijn recht en van op het drassige (laagland, waar hij zijn vlag lieeft geplant, t rijsfc zijn figuur boven dezen ontzaglijken Jtijd uifc, gelijk een znil van gerechtigheid f boven een berg van ongerechtigheden. î De meest gezaghebbende woordvoerders nan de bevriende naties hebben hem een r koor van lof en bewondering toegezongen. r Zij hebben in hem de meest verscheidene Neugden genoemd en er zijnen naam als jjkenmerk toegevoegd. Maar ik zie de ko-ninklij"kc koningsfiguur van Albert I bij voorkeur in het licht der rechtvaardigheid, en.de geschiedenis moge hem noemen Albert, den gerechte. Nieb zoozeer in tegensteliing met de ge-/wetenleosheid, met welke tegenover hem en /zijn land het recht der volkeren in elk zijner ' ouderdeelen te schande is gemaakt'; niet /alleen. omdat door de bloedige gebeurtenie-)^n, te midden van welke wij leven, hij tôt Me hoogste menscheiijke hoeder van het )recht is gewijd, als hoofddrager van het ) martelaarschap van zijn volk en als voor-) sfcrijder. niet met het woord alleen màar )mefc de daad, met de hoogste daad, het ) leven, voor het hersfcel en het gezag van ) hefc zuivere recht ; maar omdat de liefde tôt ) rechtvaardigheid, en het hooge en het on-) verkreukbare plichtsgevoel dat uit haar jwordb geboren den waren grondslag "uit-)maken van zijn karakter. ) De zedelijke grootheid, welke onze Ko-) ning, bij de ontzettende en plotse tragiek )vau zijn lot heeft getoond, was voor de we-)reld een veropenbaring. Maar de wereld (kende hem niet. Nooit liet onze Koning )Zich drijven door persoonlijke behoeften, ) welke bevrediging zoeken in valsche schit-> tering noch in luidruchtig vertoon. Hij is ) D°ch 1 ijdel, noch machtgierig, noch genot-(ZUchfcîg, noch avontunrlijk, maar bedacht-eenvoudig en vooral degelijk en echt. I Met klater was hij niet te bekoren en menig I gebruik, dat rook naar verouderde stijf-l heid; dat slachtte naar achttiendeeuwsche i °Pgeschroefdheid, heeft hij spoedig uit zijn I «rfhouding verwijderd. En toch was zijn ) ûofhouding niet wat men met een pejoratief I tintje noemen zou burgerlijk. Hij voelde en )^rad op met koninklijk bewustzijn en zijn )°ntvangsten waren vorstelijk in den vollen l21.11- Maar hij wilde geen Koning zijn vol-• kinderverbeelding, hij was het vol-) gens .zijnen tijd en zijn roeping— ) Omdat hij zijn roeping zoo gewetensvol )j>pnani, voelde Z. M. Albert I ook geen be-) om met zijn bemoeiingen te treden )n.°ch buiten zijn land, noch buiten de j ®acht8grenzen welke zijn onsterfelijke ji sj"oofcvader, op welken hij voorbeeld nam, )r. ^rondwettelijk vorst in een zeer vrij- ^ k ^dslievend land had aanvaard. Maar het ! p, ]inbaar bescheiden kader van zijn Ko- . jj^gschap wist hij met een voorbeeldig ^ * eî1 s^even te vullen. Met zijn klein ç ' hij groote dingen bereiken. Hij spoorde onze nationale bedrijvigheid voort-durend a an tôt o'ndernemingslnst en tôt ge-zonden durf op koloniaal en algemeen eco-nomisch gebied; hij wilde zijn volk veilig zien naar buiten en bewerkte met zijn lioofd-minister De Broqueville de uitbreiding van 011s militair instituut; maar zijn hoofdbe-kommernis was samengetrokken op de zede-lijkc; sterkte en grootheid van zijn volk : op staatkundige .eendracht, maatschàppelijke rechtvaardigheid, gewetensvrede, opeiibare zedelijkheid en op geestelijke verheffingen door kunst en kunde.... Zijn levensprogram was pas ingezet, toen het vreeeelijk draina, onder hetwelk onze harten zwoegen, almeteens inviel. Niets had ons het uur voorspeld. En toch vonden de gebeurtenissen onzen Koning niet onvoorbereid op zijn ontzettende verant-woordelijkheden. Hij was gewoon nauw te letten op de aanwijzingen van zijn geweten en te k'oersen langs de breedtegraden van het recht', en de weg van het recht was dui-delijk aangegeven. Tegenover de brute be-dreiging en gewelddaad van het Duitsche rijk stond voor ëen eerlijk mail geen keuze open: het ging om den strijd of de schande. En onze Koning bleef het recht en zijn ge-weten getrouw. Maar hij deed het met een grootmoëdigheid, met een onversaagdheid eii een zelfbeheersching, welke ontzag in-boezemen.."..Geen opwinding ôp de dagen van bij'val, geen neerslachtigheid als de tegenspoed op-treedt. In onverstoorbare gelijkmatigheid, in onbuigbare volharding, in onverwoest-baar vertrouwen, heeft onze Koning zich sedert den eersten dag van den oorlog tôt op heden vertoond aan zijn leger en zijne omgeving en er gaat van zijn hooge per-soonlijkheid ovér al die hem naderen eene kracht uit, welke sterkt en sticht. Ik heb die kracht ook op mij voelen inwerken, toen ik het hooge voorreclit had op het gewijd plekje van Veurne tôt hem te worden ge-roepen en ik zal dien dag niet vergeten.... Albert, de gerechte. En het is aan dien hoogen rechtszin, en de verhevenheid met welke hij de ingevingen van zijn geweten opvat, als zijnde de uitspraken van zijn persoonlijke rechtsplichten tegenover God, zijn volk en de volkeren, dat hij dat door-schijnend maar elk oog ziclitbaar Ko-ningsgewaad ontleent, dat hem koninklijk maakt van hcofd tôt voeten, ook als hij vërschijnt, zooals ik hem zag in het half-duister van dén winter in de gothische zaal van een kleinsteedscli gemeenteliuis. Want koning zijn is vooral de hoogste dienaar zijn van het lieiiig recht, zonder hetwelk de volkeren niet bestaan kunnen, en schen-ker van genade, dat is liefde door recht. Maar het recht sterft niet, en ook niet een volk, dat aan het recht zijn heil heeft toevertrouwd. En het is lijk een teeken der Voorzienigheid, opdat de onvergankelijk-heid van het recht zichtbaar worde en opdat aan de zwakheid van de toescliouwende volkeren de oneer worde gespaard dat zij het gruwelijkste onrecht van vele eeuwen onder hunne oogen ongestraft zouden laten gebeuren, dat ons dat heilig hoekje gronds aan den Yzer, van vijandelijke voetsmetten ongeschonden is bewaard gebleven. En boven de wateren der zee, welke als reddende dekking zijn aangespoeld over het lage wei-land, liebben onze soldaten een heldenpoort s;ebouwd, rood van bloed, onder welke onze Koning weldra zijn land triomfeerend zal binnenrijden.... God spare onzen Koning en leîde hem fcerug aan Zijn almachtige hand. Reeds staat het volk op den drempel van zijn woonst en de kinderen richten zich op in hun \vieg, op het hoorngeschal -dat zij uit de verte meenen te vernemen, en al de oogen worden vochtig van ontroering, bij de ge-dachte.., dat de Koning komt. God spare mijn Koning, want in hem leeffc het recht. En de da.g van zijn verja-ring, luide zijn terugkeer in... FEANS VAN CAUWELAEKT. ' mm. : m ,m [en Welsprekend ïelegram. HULST, 10 April. Tijdelijk afwezig vernam ik Jaattijdig Atlberthulde. Mag ik nog telegraphisch lansluiten ? Aan de grootste gebouwen ver-7iïllen ook kleine steentjes een roi. Laat nijn dankbaar hart aan Albert's eeretempel vijden wat het nog kan. LEO MEERT. Oorlogswee. Oorspo'ottkeliïke feekenistg van Alfred Ost "•y s ' ' .... Uit de bossclien, logge raven, Overhaast, overtuimelt de velden. Yeel lijken liggen onbegraven, Lijiken van schurken en helden. Ivromt uw krallen, uw b'skken van stalen lioo.M ; Tuimelt en krast, Menschen versmullend als kiemend koorn : Een keizer vergast. Roem moest hij Duitschland brengen; Schande bracht hij en nood. Een knechttrouw volk aiïet een vrij volk mengen D'at kan slechts dood. Met de sterksten zou hij beginnen, Met de zwaksten is 't gebeurd. Gelijk de steenraaf een lickaam scheurt. Sclïeurt hij de huisgezinnen. Zijn er geen moeders in dat land Yan woestontbonden krijgers? De zonen groeien op tôt tijgers. Zijn er geen moeders in dat land? Zijn er geen vaders bezorgd om hun huis, Geen oogsten te zamelen, geen. liongers te spijzen? Zijn er geen brouwers-,. werkers, wijzen? Zijn er geen kristnen beschaamd voor het kruis 1 IJzeren volk, wat baat u Die zwerm ulanen en spionnen, Uw trotsch helmen en donkre kanonnen ? De wereld veracht, de wereld haat u,. Wie daar sïerven sterven te vroeg.. Die landman heeft geen spaden genoeg En de grond is liard om graven. Hoort , de raven ! RENÉ DE CLERCQ. 1 Toespraak gehouden door Mr. Alberik Deswarte op het avonilfeest van 8 April 1915 op de ,,Belgische Unie" te Amsterdam. Mevrouweir, Mij ne Hiseren ! Ik zeg het onzen Ylaamschen dichter lia: De Scliepper wist een heil bij elke ramp te stichten : De haagdoorn draagt d'3 roos, de bergrots heeft de bron, De nacht praa-lt met een kleed van glin- sterende lichten, En ieder blad des wouds biedt schaduw voor de zon. De storm, die ced'ers velt, jaagt misten weg en dampen, Db schrikbare Oceaan brengt schatten overmaat, En 't menschdom, samenhang van boosheid en van rampen, Heeft als een zagening, de moeder tôt siéra ad ! Aldus, geen schaduw zonder zoiinezijde, nevens het dierlijke het engelachtige, met het laag-mensch'elijke het heldhaftdge. Ook zoo in bangen ooriogstijd^ wanneer de ver-aiederendste driften zich botvieren, komen opwellen aan de oppervlakte, helder en schitterend, de bîoemen van 't men6chen-geslacht.Deze meest tragische aller tijden hebben zoo'n bloem op onzen vaderlandsolien bodem doen ontluiken, in zonnige kleur en lelieglans, een verrassing, een veropenbaring, een verrukking voor het geheele menschdom. Heden, bij den verjaardag van dit Zon-dagskind, vergaderen wij om reukwalmen va-n hulde en dank te doen stijjgen tôt de troon die Hij in ons aller ziel yerworven heeft. Het toonbeeld Zijner gavten heeft de eensgezinde vervoering zoo hoog ge-braclit, dat aile Belgen, in een symphonie van broederlijkheid, buiten welk onder-sch'eid ook naar taal of oorsprong, naar rang of stand, naar geloof of partij., maar één liart hebben dat klopt in één bons met zijn Koninklijk hart. Ja, diegenen die zich weleer verklaarden tegen aile erfelijk gezag, zijn niet de laat-sten of de lauwsten om op zijn jonge, be-proefde, maar meer dan ooit belovende re-geering uit te spreken het vivat, crescat, florcat! Dat zijn hoogste aller koningschap-pen leve, groeie, bloeie! Heimelijke en wondervolle lotsbestem-ming! Niets bij zijn geboorte kon doen vermoeden dat Hij de troonopvolger wor-! den zou. En juist Hij — de naar geboorte onvoorbestemde — heeft het bewijs gele-verd onovertroffen te zijn in de opvatfcing en in de dagelijksclie toepassing der Vor-stelijke zending. Zoodat de Kroon, die niemand voor Hem voorzag, nu door ons aller handen op 't stœre, edel voorhoofd wordt gedrukt. Die waardeering zonder wanklank, die liefde zonder afbreuk weet Hij, en dit staalt zijn aangeboren zielestea*kte. Edoch, nog iets anders is Hem balsem en verkwik-king, steun en weldaad bij Zijn wezenlijk bovenmensclielijike beproevingen en inspan-ningen, namelijk dat zijn sterren Hem heb-b>3n beschoren het heerlij'kste kroonsieraad eens Vorsten, den stelligsten rijkdom eens menschen, dat is een allerwaardigste levens-gezellin. Bewonderende Gade van den mannelijkste der Mannen, behebt met al de igaven der vrouwelijke natuur^ de echtie Koningin op de fierste aller tronen, van Haar is het dat, zonder grootspraak noch vleitaal, weer met 's dichters woorden kan worden getuigd: De zachte lijdzaamheid, 't verheven zelf-verachten,De balsemende troost in rouw en bange smart, De liefde in al haar schoon, de liefde in al liaar krachtlen, En, wat geen tong ooit meldt, het moeder lijke hart 1 Beminde Landgenooten ! Hiermede heb ik nog niet tôt uiting ge-bracht wat werkelijk in Albert6 roem onstefelijk wezen zal, wat in zijn vlerdien-ste het onverwelkbaarste is, wat de toeko-mende geslachten eener beter'a menschheid in Zijji geschiedenis als aanspraak op on-sterfelijkheid zullen weten te gedenken. De al lier hoogste eeretitel, welke tijd en vergetelheid trotseeren zal, is Zijn onwan-kelbaar vertrouwen in het Recht tegen den waanzin van de Macht, Zijn rotsvaste weerstand namens lilst verpande Woordr tegen het gewetenlooze krij,gsbelang, Zijn x* betrachting der voile P 1 i c h t tegen de on-beschaamde vertrapping der tractaten, zoo- K* dat Hij, waakzamle uitkijk op den wacht-toren der beschaving, het opperste goed des V® menschdoms,, dat is R e d e en Vrede,r van ondergang zal gered hebben in worste-ling en verweer tegen den aanval der he-1-sche machten van bloedkamp en vuurdood. Kampioen der reine cultuurwaarden, V® toevlucht der louter zedelijke factoren, y® ziedaar de witblanke stralenkrans waarme- v® de Hij, in de tijden die komen zullen, voor aller geisst versohijnen zal. j3Il faudra ^ l'appeler Albert l'H o 11 n e u r, — tout v® simplement." (Comte de Mun.) 0® E:n nu, om ons aller meest opgetogen, V® meest geestdriftigen, meest gloedvollen «heil- en huldegroet Hlem toe te sturen, y® kunnen wij niet beter dan Zijn eigen Ko-ninklijke belijdenis te herhalen : 0® ,,7/j heb vertrouwen in onze Zotshes'tcm- y® ming; een land, dat zich weert, dvnnçyt d® aller eerbied af : dat land zal niet vergaan! v® ,,God zal met ons zijn in deze rechtvaar- Ç® dige zaak: „Leve het onafhankelijke Belgïè/" S® «M» ■% • u— V® Koning Albert. | Uit hart en ziel een toornkreet viel ST toen s nabuurs woord Hem schande bood! 2 Maar, stout en koen, ^ weervoerde toen \® ,,Mijn eer voor ailes, zelfs den dood!" S® Koning Albert ! X® En 't gansche land, k® En 't gansche land, K® ln vromen band v® eenstemmig met den fieren Vorst v® greep ras en fluks V® geweer en buks v® en sprak: ,,Uw schild is onze borst, J ^® Koning Albert!" v® Het toog ter slaclit v® met kalme kracht, <?• voor dood en rampen onbevreesd, 4® en bij die schaar, 0® stond in 't gevaar 0® vooraan steeds als een zêgegeest, V® Koning Albert! (3® Nu is het land, (J® de eer ten pand, ç® vertrapt, verbrand, verwoest, verpuind 0® Maar even fier, «I zijn volk ten sier, staat oiigeknakt, door krijg verbruind, Ô* Koning Albert! (M Uw land blijft trouw trots ramp en rouw, (m die erfdeel zijn der eerlijkheid ; A# en kwam de stond weerom, dan vond A# die schandtaal weer uw volk bereid, Koning Albert ! (m Geen zucht, geen klacht! ■Wat woe6te macht vergruist, bouwt eens weerop de moed I (m En richt den blik steeds, zonder schiik 3® noch vaar, de toekomst tegemoet, Koning Albert ! Eens worden wij weer kloek en vrij: dan heelt zich zelfs de diepste wond ! En noe6te vlijt ^ herschept, bevrijdt uit puin eu hoop zeegbaren g rond, Koning Albert ! PRANS DECKERS. S? ™ .mm* ■>.<■!. Eeresaluut! | Ik geloof, dat Albert de Eerste thana 'n Eenige Vorst is in Europa. ^ En met den diepsten eerbied groet ik Hare Majesteit, de Koningin der martela-ren.FIRMIN VAN HECKE. 5

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks De Vlaamsche stem: algemeen Belgisch dagblad behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Amsterdam van 1900 tot 1916.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes