Gazette van Gent

1810 0
15 september 1914
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1914, 15 September. Gazette van Gent. Geraadpleegd op 02 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/028pc2x92n/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

H47e JAAR - Nr 221. — B. 5 OENTIEMEN DINSDAG, 15 SEPTEMBEE 1914 GAZETTE VAN CENT INSCHRIJVIXOSPRIJS : VOOR GENT : VOOR GEHEEL BELGIE : ■j jnar fr. I2-ÔÛ iïen jaar fr. 15-00 inaandcn. . . . , > 6-50 6 maanden » 7-75 maanden » 3-50 S maanden > 4*00 Voor Hollancl : 5 frank per 3 maanden. Voor de anclere lànden : fr. 7-50 per 3 maanden. NIEUWS-, HANDELS- EN ANNONCENBLAD Gesticht in 1667 BESTUUIt ES REDACTIE VELDSTRAAT, 60, GENT De lurèélen sijn open van 7 ure 's morgends tôt 5 ure 's avonds. TELEFOON nr 710 De inschrijvers buiten de stad Gent moeten hun abonnement nemen ten Postkantoore hunner woonplaats. inni1ir(Tirfrrrrm|tii|t||aJ | ""HIIIIIMI ■Mllllil——■ DE EUROPEESCHE OORLOG Uityave goedgekeurd door de Krijgsoverheid. DE OFFICIfiELE MEDEDEELUCr De Vooruitgang der Verbondenen )E OVERGAVE VAN MAUBEUGE DE ENGELSCHE LEGERINRIOHTING DE LISTES DER SERVI ERS Als Duitschland Honger krijgt Officiëele msdetieeiing s krijgsvorrichtingen rond Antwerpen volkomen gesiaagd Antwerpen, 14 september, om 10 ure s avonds. (Officieel). De goede uitslagen van den veldslag ezer dagen door onze troepen tegen het luitsche waarnemingsleger geleverd, orden door de laatste inlichtingen ten «lie bevestigd. De verliezen, door den vijand onder= lan, zijn zeer aanzienlijk en bewezen, oor de voltedige werkeloosheid, zondag g maandag vastgesteld. Het terugtrekken onzer aideelingen op intwerpen gebeurde zonder dat de ijand de minste poging beproefde om et te belemmeren. Een geschenk aan den Koning der Belgen Een Russisch blad heeft eene inschrij-ing geopend, om een eeregeschenk aan e bieden aan den koning der Belgen. bpwinningen in Frankrijk Generaal Joffre bevestigt dat de over= finning der verbondenen hoe langer hoe ollediger en schitterender wordt. De vijand is in vollen aftocht, met ach= erlating van gekwetsten, gevangenen en naterieel. N'a een heldhaftigen strijd, die duurde an den 5 tôt den 12 september, zet het eger der verbondenen eene achtervol» ing voort, eenig door hare uitgestrekt= isid en hare hevigheid. NAAR BERLIJN De va! van Breslau verwacht De voorwacht van het Russisch leger rukt op naar Berlijn. De troepen hebben Silezie overroin= peld en de val van Breslau wordt verwacht.De kroonprins nrlaat zijn bevelhebiierscbap in Frankrijk Men zegt dat de kroonprins van Duitschland, die te vergeefs gepoogd heeft de Fransche troepen van Verdun af te snijden, benoemd is tôt opperbeveI= hebber der Duitsche strijdmachten, die tegen Rusland oprukken. De Engelsche legerinrichting Een bijzondere medewerker van een dagblad van Amsterdam, schrijl't uit Oostende : Men zal zich herinneren dat Uvee we-ken geleden eene at'deeling Engelsche mariniers naar Oostende gezonden werd om deze stad in tegenvveer te brengen. Ik was getuige van de landing dezsr troepen, die na een verblijf van 3 dagen aldaar de stad weer verlieten voor een onbekende bestemrning over zee. Of zij terug gingen naar Engeland of verder trokken naar Calais of Havre is niet be-kend geworden. Als staaltje van onvolprezen tuclit en inrichting is de vvijze waarop deze ex-peditie-afdeeling van 3000 man geland en na 3 dagen vveer ingescheept werd, waard vermeld te worden. De troepen kwamen in 2 passagiers-booten van de Oostende-Folkestone lijn 's morgends om 7 ure voor Oostende. De 3000 man waren om 1 ure ont-sçheept met hun mitrailleuzen, commis-sariaat, muiiitie, met ailes was bij een landingskorps van 3000 man behoort en dat is niet gering. 's Middags, om 2 ure, kwam ik 10 mijlen buiten Oostende, reeds de Engelsche patroeljes tegen. De geheele landing had zonder om-haal, zonder noodelooze drukte plaats. Een ieder wist wat hij te doen had en deed het. Wat mij het meeste trof, was dat ailes zonder zichlbaar toezicht ging; er was geen gecommandeer — men kreeg den indruk dat aan eenieder over-gelaten werd zijn werk zoo goed moge-lijk te doen. llet was volkomen « team work ». De officieren waren allen bezig kaar-ten- en orders te bestudeeren en zij wis-ten dat zij gemist konden worden bij de daadwerkelijke landing, daar deze immers reeds van te voren voorbereid was en eenieder wist wat hij te doen had. Ik heb de laatste weken geleei'd te midden van Duitsche, Fransche en Bel-gische troepen en heb ze onder allerlei ômstaridigheden kunnen waarnemen, maar zonder een weifeling geel' ik den palm aan de Engelsche troepen, die Ai te Oostende zag. Prachtkerels, die kalm zonder gewoel, zonder fierheid, maar volkomen zelt'bewust hun werk deden en het goed deden. En de inrichting was volkomen. De Duitsche inrichting wordt terecht luide geprezen, maar gedurende die 3 dagen, dat ik de Engelschen te Ooskende waarnam, werd ik wedefom versterkt in de overtuiging, dat de Engelsche wijze van inrichten de juiste is. Zij regelen ailes beter en juister dan de Duitschers, want in hunne inrichting bereiken zij hun einddoel door ontwik-keling van den persoon — als zoodanig — als het ware weg te cijferen. De inscheping der troepen naar de onbekende bestemrning ging even kalm en keurig. 's Morgends, om 4 ure, kreeg de generaal — geheel onverwacht — het order dat zijne troepen vertrekken moes-ten.'s Middags, om half twee vertrok de laatste sleepboot uit de haven van Oostende en om 3 ure 's namiddags, stoomde het expeditiekorps weg. Indien men in aanmerking neemt, dat in die 10 uren 3000 man ingescheept werden met ailes wat daarbij behoort, dat een deel dier troepen 20 mijlen van Oostende patroeljeerden, dat aile re-keningen waren betaald — zoowel de of'ficieele als de bijzondere van de sol-daten — en dat dit ailes gebeurde zonder eenige drukte of gewoel of noodeloos omhaal, dan zal men mij toegeven, dat er iets groots is in het stelsel van inrichten dat zulk werk levert. De mariniers gedroegen zich voor-beeldig in Oostende. Geen dronfceu-scliap, geen hinderlijk optreden en, ge- lijk boven gezegd, het flinkste, schoon-ste vechtmateriaal dat ik ooit zag. Ik be-grijp nu ook waarom de Franschon de Engelsche soldaten « le ïommie au sourire » noemert; nooit zag ik beter gelai mde menschen aan het werk. -Als het Engelsche expeditiekorps in Frankrijk op denzelfde zakelijke wijze te werk gaat als de 3000 man in Oostende, dan zullen de Duitsche troepen een harderi dobber hebben. Een onderhoud met den Ouitschen Keizep De nieuwe Duitsche gezant in Mexico, van Eckhardt, is te New-York aan geko-men. De gezant vertelde dat hij eveïi voor zijn vertrek een onderhoud had met den Duitschen keizer. De keizer zou hem hebben gezegd : " Wij moeten Frankrijk overmeesteren of sterven. Parijs moet worden genomen en het Fransche leger onderworpen, daar de bedreiging van het Fransche militarisme voor goed vernie tigd worden. Hoe lang het zou duren eer het doel was bereikt, was natuurlijk niet te zeggen, maar het Duitsche leger zou Parijs nemen. Als Duitschland honger krijgt "Het vorige jaar voerde Duitschland in : Tarwe uit Rusland, 81 millioen mark. Tarwe uit Canada, 51 millioen mark. Tarwe uit Argentina, 71 millioen mark. Rijst uit Engeland, 46 millioen mark. Spek uit Amerika, 112 millioen mark. Te samen 361 millioen mark. Dus 361 millioen mark aan voedings-middelen, wel te Verstaan, die in het îarid zelve worden opgeëten, want 4e doorvoerhandel is al van bovenstaande cijfers afgetrokken. Het komt er nu maar op aan om een beslissende overwinning van het Duitsche leger zoolang mogelijk tegen te hou- ' den, en dat is ook wel de taktiek van de betrokken partijen. Want nog een ander factor is er, die wel niet in cijfers is uit te drukken, maar misschien nog wel zoo krachtig blijk. Bekend is het gezegde : War de honger de deur in komt, gaat de liefde (ook de Vaderlandsliefde !) het venster uit. Nu is Duitschland een eiland geworden in den Oceaan, en met een veel te sterke bevolking,die bij aankomst wel eenigen voorraad heeft mede gebracht maar op den langen duur van honger moet omko-men, temeer nog omdat tevens een me-nigte personen aan den landbouwarbeid zijn onttrokken. En met het goud uit den toren van Spandau kan men geen hongerige magen vullen. Het geld ontbreekt Eene nieuwe leening. De Duitsche pers begint te spreken van «ene nieuwe leening. (Reeds in het begin van den oorlog, werd de regeering door den Rijkisdag ge- machtigd, eene leening aan te gaan van » zes milliard twee honderd en vijftig mil lioen. Volgens de laatste bérichten zou de nieuwe leening 5 t. h. opbrengen en aan 97 worden. uitgegeven Volgens een Duitsch blad evenwel, zou de Duitsche regeering, in plaats van 97 te vragen, ailes aannemen wat zij ki'ij-gen kan, Waaruit blijkt dat ^-een enkele bankier voor de leening wil instaan of dezelve aannemen. Hetzelfde blad zegt, dat er weinig kans bestaat een deel der leening in den vreemde onderschreven te zien. Zooals het moratorium werd ingevoer l in de oorlog>voerende landen, werd de-zelfde maatregel ook genomen in onzij-digie Staten, zooals Italie, Zwltserlanof, Denemarken, Noqrwegeoi, Zweden, Hol-land, Bulgarie, Griekenland, Turkijo, Egypte, Argentina, Brazilie, Mexico' en China. De Duitsche financiers rekenen ook weinig op de Vereenigde Staten. iDe inlandsche Duitsiche geldmarkt schijnt eene zekere drukking te willen uitoefenen voor het welgelukken der lee-ninig, ©p ©ene nieuwe soort nationale credietinstellingen, Darlehlenkassen ge-naamd. Doch er valfc af te wachten wat zulks zal opbrengen. Het eerste deel der oorlogsleening door Duitschland gesloten,bedraagt 1 milliard mark. De baniken, verzekeningsmaafcschap-pijen en gouvernementeele verzekerings-instelli-ngen schijnen geld genoeg te hebben om het eer&te deel der leening te be strijden. Yolgens den bilan der Rijksbank was er op einde augus-ti een inkas in goud, van 1,945,000,000 fr., of 250,000,000 fr! meer dan op 23 juli, waaruit blijkt dat van dien laatsten datum af Duitschland in het vooruitzicht van den oorlog zijn voorraad^.goud heeft vermeerderd. Integendeel daalden de effecten in om-Ioop, van 5,293,000,000 frank op 23 juli, tôt 2,925,000,000 fr. Het geld in kas daalde van 418,175,000 frank tôt 102,850,000 frank. De krijgslisten der Serviers De Serviers hebben de Oostenrijkers goed beet. Deze laatsten hebben zich ook aan dat kleine land mispakt; z;j worden nu gewaar tegen wien zij te strijden hebben. De Serviers bezigen voornamelijk voor het verbergen hunner artillerie allerlei krijgslisten. De veldstukken worden geborgen onder stroo-oppers en het is slechts wan-neer cle Oostenrijksche-Hongaarsche artillerie er in gelukt bij middel hunner schrapnels het stroo in brand te steken, dat zij juist de plaats ontdekken der Servische kanonnen. Dikwijls is het reeds gebeurd dat de Oostenrijkers tôt dicht een stroo-opper genaderd waren, met het gedacht het stroo te bemachtigen", aïs plotseling het lcanon in werking werd gebracht en de soldaten die daar omirent waren, werden weggemaaid. Maar de Serviers hebben nog iels be-ters gevonden. Oude kanonnen plaatsen zij in de zeer goede stellingen en laden ze met bus-kruit en groote keisteenen om de grana-ten te besparen. De oude kanonnen hebben reeds veel dienst gedaan; ■ menige Oostenrijkers, door 't buskruit of een hoop keisteenen getroffen, werden gedood. De goede kanonnen worden maar in werking gesteld, wanneer de Oostenrijkers waarlijk denken, dat de Servische artillerie tôt zwijgen is gebracht en zij zich op de oude kanons werpen. De Serviers hebben op die wijze aan de Oostenrijksch-Ilongaarsche légers buitengewone verliezen toegebracht. De Neue Freie Presse, die voornoemd verhaal medecleelt, vindt die krijgslisten ongehoord. Wat moet men dan zeggen van de Duitsche krijgslisten ? De Pruisen, die niet-strijdendenden, vrouwen en kinde-ren voor hen doen marcheeren om zich tegen de kogels te beschutten. Dat is lal'heid, waarâan de Dnitsclie soldaten zich sedert verscheidene weken in Belgie plichtig rnaken. Bede van Generaal Smuts ^Generaal Sanuts, die bij zijn binnen-treden in de Parlementsaitting levendig werd toegejuicht, ke.urde het voorstel van Botha goed, om eene betuiging van 1 loyauteit' aan den koning te zenden. Smuts herinnerde er aan, dat de slacht-offers van de gewelddaden der Duifr-schers eigen broeders waren en zonen van gemeenschappelijke voorouders. De voïkeren van Belgie, Frankrijk en Engeland zijn gewikkeld in een reuzenstriji voor de vrijheden, zoo dierbaar aan de • Zuid-Afrikaanders, die levendige sympathie koesteren voor het kleine Belgie, dat_ zooveel gemeen heeft met Zuid-Afrika. Vele Zuid-Afrikaanders hebben Belgisch of Fransch bloed in htm aderen. Waar Engeland, het moedea-land, ver-plicht was deel te nemen aan dezen oorlog, kunnen wij, zegde Smuts, dit niet lijdelijk aanzien. Aanslagen op eene mijn=onderneming. Officieel wordt gemeld, dat zes bom-men werden gevonden op de spoorlijnen van de mijn Luipaardsvlei, te Johannesburg. Aile Duitschers en Oostenrijkers, in dienst van deize onderneming, zijn ont-slagen.TE BRUSSEL. Tusschen Duifsclie en Beiersche soldaten Te Brussel en omtrek en natuurlijk ook in het koninklijk verblijf te Laken ver-blijven Duitsche soldaten. Die zouden er onder elkaar aan den sl^g geweest zijn, en ziehier waarom : In het koninklijk verblijf hangen tal- P Feuilleton der Gazette Tan Gent. Het Geheim van de Theems door FLORENCE WARDEK. avond van zijn komst viel allen e,'en lang en Cora was blij, toen hij om ras. Toen zij en freule Bensington den vol-'enden morgend aan het ontbijt kwamen 'as Hugh nog niet verschenen. De dames misten hem niet ; maar toen let half tien, tien ure, elf ure, twaalf lre geslagen had en geen Hugh verscheen 'eken zij elkaar toch eens aan en einde-)k zond freule Bensington iemand naar '"'ven om te laten vragen, of haar neef 10®s in bed wilde ontbijten. Zij ging door met haar breiwerk en ! °fa nam het dagblad weder op, die zi] laten vallen. Na eenige oogenblik-jen hoorden de dames snel boven, met ®en slaan en luide stemmen door het tais weerklinken. ^"ra stond doodsbleek op. — Weet gij, zegde zij op angstigen 0°n, wat dat lawijd beteekent? ~~ Stil, zegde freule Bensington heesch. iemand liep vlug de trap af en Ri-enards kwam bleek en bevend de kamer "innen. . ^ora keek hem aan en keerde zich tôt ellle Bensington. T. Hij is dood, zegde zij. «chardsknikte. p () juffer, hoe wist gij het? tente Bensington greep de leunin-van den stoel. Hoe is het gebeurd? stamelde zij, nauwelijks in staat om een woord uit te bjçhgen. —Ik weet niet, mevrouw. Ik kan u niets vertellen. Hij ligt daar, heel rustig, alsof hij slaapt, haperde de jongen. Het was waar. Freule Bensington ging naar boven en zag den jongen man daar liggen, koud en dood, maar zoo rustig, als was geen trek van pijn op zijn ge-laat, geen spoor van een doodstrijd. Lord Bensington was verslagen. — Deze keer, zegde hij heesch, moet... de policie geroepen worden. HOOFDSTUK XI. — De policie ! O vader ! stamelde freule Bensington angstig, terwijl zij van het bed wegging en zich tôt haar vader wend de. Lord Bensington, die op een stoel bij het raam zat, lette niet op haar. Zij keerde zich weer naar het bed en streelde het gelaat van haar neef. Het was ijskoud ; hij moest al uren geleden gestorven zijn. Hij lag op zijn zij, de dekens had hij tôt den hais opgetrok-ken, en zoo kalm lag hij daar, geen spoor van een doodstrijd. — Iîebt gij den dokter laten halen ' vroeg zij heel bedeesd, na een stilzwijgen dat haar vader niet wenschte te verbre-ken.— Ja ,natuurlijk. Maar hij kan niets doen Waarschijnlijk zal hij ook niets kunnen vertellen. Hij zweeg weer en ook zij dierf niets verder zeggen. Want in dit onverwacht sterven was weer iets geheimzinnigs, dat de' beide andere keeren niet aanwezig was geweest. De hoogwelgeboren Cyril Bensington was plotseling dood gevonden, maar met een uitdrukking van pijn op zijn gelaat, die deed veronderstellen, dat hij geleden had, Brady had dien plotselingen pijn-aanval gehad, eer hij stierf, en in beide gevallen had men hetzelfde gif kunnen vermoeden ; bij Brady was het inderdaad bewezen. Het een of ander prikkelend vergif, waarschijnlijk colchicum, dat Cyril Bensington gewoonlijk in zijn geneesmidde-len gebruikte, had vader en zoon gedood. Maar nu, bij Hugh, had men geen enkele aanwijzing, dat hij geleden had. Freule Bensington keek de kamer eens rond. De ramen stonden wijd open, maar het was ook heel zoel weer, ofschoon einde october, en zij wisten ook eigenlijk niet genoeg van Hugh zijn smaken en gewoonten om te weten, of dat iets bij-zonders was of niet. Freule Bensington echter ging naar al de ramen en over-tuigde zich, dat het onmogelijk was om op die manier in of uit de kamer te ko-men.De kamer was niet rommeliger dan men redelijker wijze van een student mocht verwachten. Hugh zijn kleederen had hij den vorigen avond overal in de kamer rondgstrooid en een sportblad, dat hij bij kaarslicht in bed scheen gele-zen te hebben, lag op den grond, als had hij het in zijn slaap uit zijn hand laten glippen. Freule Bensington wrong de handen samen. — Och,als ik maar goed had gevonden, dat zijn hond in de kamer bij hem sliep, zooals hij mij gevraagd had, dan, zou dit ailes niet gebeurd zijn ! riep ze berouw-vol uit. Lord Bensington stond langzaam op. Hij scheen nog verdoofd door den schok, maar toch antwoordde hij onmiddellijk met een stem, die geen tegenspraak duî-de : — Gij hebt u niets te verwijten. Hij moest zich aan de regels van het huis onderwerpen. Toen, hoe doof hij ook gewoonlijk was, hoorde hij stemmen buiten de slaapkamer. Wie is daar 1 vroeg hij geprikkeld. Freule Bensington wierp de deur open en daar stond Cora, heel bleek, maar uiterlijk zeer bedaard met Richards te praten, den jongen huisknecht, die Harn-mond zijn plaats vervulde. Zij had hem nauwkeurig ondervraagd omtrent ailes, wat hij gezien had, toen hij de kamei was binnengekomen en wist nu al, dat hij de deur niet op slot en de beide ramen wijd open had gevonden en dat Hugh zoo vredig en rustig lag, dat fuj pas toen hij vlak bij het bed stond en den jongen mijnheer had aangeraakt, wist dat mijnheer dood was. Cora vroeg verder, of Richards ook iemand had hooren binnenkomen den avond te voren, of hij ook een verdachte persoon om het huis had zien sluipen en of hij ook kreten had gehoord. Richards beantwoordde al deze vragen ontkennend, maar op eene wijze, die Cora, ofschoon zij er als een echte vrouw geen logische reden voor had kunnen geven, overt-uigde, dat hij meer wist, dan hij durfde zeggen. Hij sliep heelmaal beneden, zegde hij, zcodat zelfs als mijnheer Hugh had geroepen, hij hem niet zou hebben kunnen hooren. Cora sliep op de tweede verdieping, terwijl Hugh zijn kamer op de derde verdieping had, naast die van zijne tante. Geen van beide dames herinnerden zich in den afgeloopen nacht iets gehoord te hebben, toen freule Bensington plotseling bedacht, dat zij misschien door het -een of ander geluid om een uur of vijf was wakker geworden. Zij herinnerde zich, dat zij toen gekeken had, hoe laat het was en toen was zij zonder meer iets bijzonders te hebben gemerkt, weer in slaap gevallen. Cora had in het geheel niets gehoord. Freule Bensington kwam in de deur van de kamer staan luisteren naar Cora haar verhoor en lette nauwkeurig op do antwoorden van den jongen man Richards wasl heel zeniuwachitig en sprak zich zelf herhaalde malen tegen, Maar beide dames vonden dit niet meer dan natuurlijk en geen van beiden had maar het minste vermoeden, dat hij ook maar iets te maken kon hebben met de misdaad zelf, ofschoon Cora overtuigd bleef, dat hij meer had kunnen zeggen als hij maar gewild had. De dokter, lord Bensington zijn lijfarts dezen keer, kwam nu de trap op en ont dekte onmiddellijk iets, dat aan aller aandacht ontsnapt was. — Er hangt een gaslucht door het huis, zegde hij, en in deze kamer is het nog sterker. Ik zou zoo zeggen, dat het hier een geval van gasverstikking is. Een nauwkeurig onderzoek bevestigde het gezegde van den dokter. Maar deze uitspraak maakte de zaak nog duisterder aangezien het onmogelijk was, dat de jongen op deze manier zou zijn gedood, terwijl de rainen wijd open stonden en Richards hield vol, dat hij ze open gevonden had ; deze bewering werd nog bevestigd door een dienstmeisje, die op de trap aan het werk was geweest, toen hij de kamer binnenging . Verschillende bedienden konden nu vertellen, dat zij dien morgend vroeg al gas hadden geroken, maar niemand had kunnen ontdekken, waar de lucht van-daan kwam. Nadat het eerste onderzoek was afgeloopen, hielden de dokter, freule Bensington, haar vader en Cora een kort oogenblik krijgsraad. De heer des huizes bleef volhouden, dat hij de policie in deze zaak wenschte gemengd te zien ; zijn dochter protesteer de heftig, en wees op de afsçhuwelijke gevolgen, die dit onvermijdeïijk hebben zou — De dagbladen zullen er vol van staan, papa, en zij zullen de zaken, die hieraan voorafgegaan zijn, ook niet laten rusten, pleitte zij. Maar haar vader bleef op zijn stuk staan. — Als wij ze er niet vrijwillig in halen, zegde hij, dan komen zij er toch achter. En dat zou veel, veel erger zijn. Cora knikte begrijpend. — Gij hebt gelijk, lord Bensington, zegde zij vol overtuiging. En zij keerde zich tôt de anderen en fluitserde betee-kenisvol : Maar allemachtig, dat zal mij wat geven! De dokter ging weg en beloofde later op den dag terug te komen met anderen geneesheer om het verdere onderzoek te verrichten. En toen ging Cora brutaal-weg naar lord Bensington en deed een voorstel. — Gelooft gij niet, zegde zij, dat gij Randolph en Matthew allebeï hier moet laten komen, als er een gerechtelijk onderzoek moet plaats hebben? Laat hen ailes vertellen, wat zij weten ; het is voor den naam van de familie toch ook veel beter als men ziet, dat gij volkomen be-reid zijt aile inlichtingen te geven. Dit denkbeeld was zoo goed, dat lord Bensington, ofschoon het zeer tegen zijn persoonlijke neiging streed, wel toe moest geven, en Cora zelf zond twee te-legrammen af, waarin zij geen andere aanduiding van het treurspel deed, dan deze : —; Ivom onmiddellijk. Overkomst nood-zakehjk.(Wordt voortgezet.)

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Gazette van Gent behorende tot de categorie Liberale pers. Uitgegeven in Gent van 1814 tot 1940.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes