Het Vlaamsche nieuws

962 0
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 19 Juli. Het Vlaamsche nieuws. Geraadpleegd op 18 april 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/qf8jd4rb83/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

[frîaandag 19 Juli 1915. Herste Jaarg. Nr. 186 Priis : 5 Centiemen door geheel België Het Vlaamsche Nieuws I Het best ingelicht en meest verspreid Niëùwsblad van België. - Verschijnt 7 maal per week ABONNEMENTSPRIJZEN Per week 0.35 ; Per 3 maanden ♦.— Per maand 1.60 S Per 6 inaanden 7.60 Per jaar 14.— ■ •»•- ïwie*«^;.»rïsriw^çwt'fl)ÇT»af ht/ra»?»^îff^vSSWKSfcMfseM~*<-tiXKmtoyf*jX2>i.i» *>«jitw-** -■- —. IHHMI MMI «r^»-ni>r i AFGEVAARDIGDEN VAN DEN OPSTELRAAD: Dr Aug. BORMS — Albert VAN DEN BRANDE g BUREELEN i ROODESTRAAT. 44, ANTWERPEN. Tel. 199Ô -1i<Hraw * mwnwi r*3Hq«*c^.<«x-w « < -• I AANKONDIGINGEN Tweede bladz., per regel 2.50 ; Vierde bladz., per regel,. O.Stt IDerde blad., id. I.— j Doodsbericht S.— Voor aile annoncen, wende men zich : ROODIîSÏRAAT, 44. , Wat de Vlamingen wsnschen en wat za vreezen ! f Qnder dezen iitel . « Wiïnïche und htlûnhtimgen der Hamen », verschijm y jolgende trtikel in « Die Deutsche fTafieszeilung » van Berlijn, en in de llheiïiisck-Weslfàiiscke Zeitung». ■ 'i ls van al te groote aangelegenheid ■:oor ons, Vlamingen, dan dat wij het iWi» ùin geheel en onverminkt zouden hpnemen. | De brief van professor vrijheer von IBissing, a an de Utrechtsche Studenten-jafdeeHng van het Algenieen Neder-[iandsch Verbond gericht, heeft zooals [gemakkelijk te begrijpen is, in geheel i België bij de Vlamingen en verder zelfs, iii Holland, Engeland en Frankrijk grootopzien gebaard. In de « Vlaamsche Stem », een in Holland verschijned dagblad, voert de [boofdopsteller in eigen persoon, de heer [Alberik Deswarte een polemiek over be-[doeld stuk, tegen professor von Bissing. ' mijnoemt de Duitsche beloften onbe-touwbaar ; de Vlamingen zouden van 'de Duitschers hetzelfde lot te vreezen fcebben als hetgeen de Polen, de Elzas-Eothariogers en, in Noord-Sleeswijk, de Denen hebben ondergaan; de laatsten lijn daarbij eveneens van Germaanschen oorsprong. De door von Bissing genoem-de nauwe verwantschap tusschen den pitschen en den Vlaamschen volksstam tou in de oogen der Duitsche regeerders de oplossing der Vlamingen vergemak-ielijken en verrechtvaardigen. De plots opduikende Vlaamschgèzindheid van de Duitschers zij door haar overr1 even i'jver des te meer verdacht. Wat vou Bis fcing over de Vlaamsche beweging weet pou hem alleen sedert gisteren btkend Rjn, namelijk sedert den 4 Augustus fôU, zooniet zou hij moeten weten, dat 6lle zelfbewuste Vlamingen gekant zijn Ren het aanleeren eener tweede taal in Je lagere scholen, of het nu Hoog- ; puitsch of Fransch is, dat blijft het- i pelfde. Wil men daarmee bedoelen dat de îuitschers zich voôr den ocrlog in 't ge- ; leel niet om het lot van den Vlaamschen , "olksstam bekommerd hebben, en niet in jetrekking wareu met de Vlaamsche be-veging, dan is dat onjuist. Wij willen , elfs niet wijzen op de zeer nauwe be-rekkingen, die tusschen Duitsche intel- , ptueelen van gezag en de flaminganten , (i den aanvang der Vlaamsche beweging ptonden ; eenieder weet dat Hoffmann ^>n Fallersleben, Klaus Groth en ande-j®, rond het midden der vorige eeuw . (efdevol en ijverig met de Vlaamsche pders samenwerkten. Wij willen alleen e wbeurtenissen van jongen datum . pnhalen, gebeurtenissen die ock den , «t Deswarte zullen bekend zijn. In ■ p96 werd na een langdurige onderbre-Pn?> opnieuw een poging gedaan, om F, nauwere betrekkingen tusschen putsch en Vlaamsch geestesleven te pken, tôt welk doel het Vlaamsch-|°ogduitsche tijdschrift « Germania » te russel gesticht werd. Van Vlaamsche p behoorden tôt den opstelraad van 11 tijdschrift de heeren... (1). vol?ende Duitschers maakten deel uit , p de groep : ] ,')r Richard Andrée in Brunswijck, P'-Vaardigde van den Rijksdag; Dr. |f^ndt in Berlijn, Dr. Beumer in Dus-|orl'i prof. Dr, Bornhak in Berlijn j- H. Brunner in Berlijn, Dr. Ellen-k in Krefeld, prof. Gaedertz in Ber-> rpgeeringsraad M. R. Gerstetihauer 'leiningen, syndicus Hirsch in Essen, j Jaensch in Charlottenburg, prof. E. -• rt'c in Straatsburg, Dr. Reismann- < 'ne in Essen, prof. Thode in Heidel- ( Prof. Dr. Viereck in Brunswijck, i Otto Weddigen in Charlottenburg, j Ludwig Wilsen in Heidelberg, prof. ; Volf in Breslau, prof. Dr. E. Wolff in 1 '> afgevaardigde van den Rijksdag ? Wolff in Weenen en anderen. } et standpunt van die Duitsche groep < u I als volgt omschreven : alleen kultu- 2 Q betrekkingen vormen tusschen het ; Fçhe volk en den Germa ansçh-Ne- 2 «iitscheh volksstam der Vlamingen, r nationale wenschen en eischen on- r ■!i:unen en de Vlaamsche beweging c j' ^eren. Zij verklaarden zich bereid 1 ' «n samenwerken met het Algcmeen t • jjlandsch Verbond en ondersteun- " «m volksgezinden strijd der Neder- ' s';v'e volksstammen in Noord-Frank- c ' ; oord-Belgie en Zuid-Afrika, even r r,f^illig als de Hoogduitsche bevol- C < vin Zuid-België, Oostenrijk en c panjç. Het are te betreuren ge- g feoeston alleen de volksstammen ( - — j met het Hoogduitscii tôt moedertaài, een schrijftaal ontwikkeld hebben, en die welke het Nederduitsch tôt moedertaal hebben, daarentegen niet. Het ontstaan eener Nederduitsche schrijftaal van het Nederlandsch moei met vreugde begroet worden, aangezien het Nederduitsch de onontbeerlijke ver-binding, de brug vormt tôt de Skandi-naafsche gedeelten van het Germanen-doin, waaraan het enger verwant is. Aldus waren de Hoogduitschers er ver van verwijderd de Nederlandsche schrijftaal in haar tegenwordig gebied te bedreigen of te beperken ; ze streefden er wel inte-gendeel naar de kennis ervan 00k in het bereik der Hoogduitsche schrijftaal te verspreiden. V6ôr ailes echter wilden ze in die richting werken, dat de Nederlandsche taal in Vlaanderen en Zuid-Afrika zou behouden blijven en de plaats bekomen waarop ze recht heeft. " Op dit standpunt hebben de Hoogduitsche vrienden der flaminganten en Nederduitsche Afrikaanders van af 1896 tôt op don huidigen dag gestaan, en wat tneer is, ze hebben volgens dat beginsel gehandeld. Bij de Vlamingen kon alleen van zedelijken steun spraak zijn, bij de Boeren 00k van stoffelijken ; het Duitsche volk heeft miljoenen uitgegevcn, niet alleen voor de slachtoffers der kon-centratie-kampen gedurende den Engel-ichen uitroeiings-oorlog tegen de Boeren, maar 00k later voor de opriefiting van Nederduitsche scholen, voor h-it be-houd der Nederduitsche taal in Zuid-Afrika. Tegenover de Vlamingen beperk-ten zich de Duitschers tôt z-uiver kultu-reele betrekkingen, omdat de Vlamingen zelf niet anders wilden. Nooit deed Duitschiand wat Frankrijk bijna reeds 100 jaar gedaan heeft voor de verove-ring der geesten en der harten in België : het uitgeven van overgroote som-men gelds bestemd om de pers te beïn-vloeden, het vcrleenen van ordelintjes, ^eretitels en dergelijke middeltjes. Maar Dnvermoeid hebben wij, Duitschers, ge-îproken en geschreven over de kostbare liepte en den bew«nderenswaardigen rijkdom van den Vlaamschen geest en de Vlaamsche kultuur, over de groote da-len in de wereldgeschiedenis van den Vlaamschen volksstam. Wij hebben de imdere en jongere kunstenaars, dichters, ïchrijvers en toondichters van de Vlamingen in de wij de kringen van ons iolk doen kennen. Onzç sympathie voor Vlaanderen en onze kennis der Vlaain->che toestanden is reeds tientallen van iaren oud. Of wil de heer Deswarte ont-kennen dat vroeger, in de laatste 10 jaar /an de vorige en de eerste tien van deze ;euw, onze sympathie en ons meeleven ,an den strijd der Vlamingen onbaat-aichtig is geweest? Wat we toen deden, ieden we omdat we dezen kernachtigen Vlaamschen volksstam, zijn overouden NTederduitschen volksaard en zijn ge-noedelijke taal liefhebben, en dat is toch leel natuurlijk, want 00k in het Duitsche rijk wonen er 20 miljoen Neder- . Iuitschers. Nooit zullen wij dulden dat leze Vlaamsche taal en kultuuT, waar-'an wij de geschiedenis en de verstande-ijke schatten als het kostbaarste gœd : 1er geheele Germaansche geschiedenis -•11 kultuur waardeeren en bewonderen, , >pgeslorpt en uitgewischt worden.Neen, :ij moeten behouden blijven, gezuiverd ; ^an aile verbastering. Dat daartoe noo-lig is dat Vlaanderen een zuiver Vlaam- : che hogeschool bekome en dat in de la-;ere scholen de moedertaal alleen heer- : che en iedere tweede taal er van verwij- i lerd blijve, dat weet in Duitschiand ie- ; ier vakkundige in onderwijszaken, iede-e kenner der taalstrijden en schoolwet-;evineen in Oostenrijk-Hongarije en « Îuid-Afrika. Dat daartoe verder noodza-:elijk is de bestuurlijke scheiding, of, ' ooals de Vlaamsche Stem nu liever zegt : îet dubbele zelfbestuur voor Vlamingen 1 ■n Walen, kortom de volledige nationale ! elfregoering der Vlamingen, dat weten ! vij evengoed als heer Deswarte en de 1 ijnen. Daarom zullen wij — laat de hee-en Julius Hoste en anderen 00k tien- 1 naal uitroepen : « Non tali auxilio !» — 1 len strijd der Vlamineen voor het be- < loud van hun.nen volksaard en hunne 1 aal blijven steunen. I Het is nu eenmaal zoo, dat de belan-;en der Vlamingen en die der Duitschers venwijdig loopen. Of wij het willen of lict, wij zijn de voorvechters van al de 1 ïermanen op het vasteland. Dit weten le Noordgermaansche volkeren zeer < ;oed, niet alleenlijk de Zweden, maar 1 )ok de Denen on de Noorwegerg ; zie, 1 b.v., Sven Hedin, Bjôrn Bjôrnson, Mon-telius, Pontus Fahlbeck ! Dat het Duitsche volk zou geneigd zijn, zooals het Fransche, tôt gelijkma-king, en den eigen aard der andere Germaansche volkeren zal rrachten te ver-nietigen, kan enkel vooruitgezet worden, door ieniand die volstrekt niets af weet van het Duitsche wezen. De hoofd-trek van het Duitsch wezen is juist het scheppen van een rijke menigte bijzon-dere, eigenaardige vormen, de achting voor de andere, ja 00k de vreemde ge-aardheid.Indien de heer Deswarte maar in het minst bekend was met dé nieuwe geeste-lijke stroomingen, dan zou hij weten dat sedert graaf Gobineau, Paul de La-garde, Ludwig Woltmann, Houston Ste-wart Chamberlain en hunne talrijke ge-loofsgenooten hunne waarschuwende stem hebben laten weerklinken.men gin-der met groote bezorgdhe;d aan de toe-komst van het Germaansch wezen en van het zuiver Germaansche ras gedacht heeft ; dat men deze het zuiverst verte-genwoordigd acht in den Nederduitschen stam en bij de Noordgermacnsche volkeren, en in hunne beschavingen ; dat men dan 00k vandaar versterking en hulp verwacht. De vrees, als zou Duitschiand de hulpbronnen zijner eigene beste kracht, n.l. de nationale kulturen der Nederduitschers en der Noordgermaansche volkeren, trachten te niet te doen, is volkomen onzinnig. Zoo onze vijan-den kampen voor de ailes niveleerende Latijnsche beschaving, en voor het, aile eigenaardig, nationaal leven terneer-drukkend Panslavismus ; wij daarentegen verdedigen de voile onplooiing der veelzijdige, vormenrijke Germaansche kultuur. Verliezen wij, zoo zijn aile Ger-manen tôt den ondergang gedoemd.en in de eerste plaats en zonder de minste hoop op redding, de Vlamingen, welke spoor-loos in de golven der « Latijnsche beschaving zullen verzwinden. Zijn we overwinnaars, dan zijn 00k aile Germa-nen gered en worden zij in staat gesteld, in vreedzamen wedijver hunne nationale beschavingen te ontwikkelen. ONS ANTWOORD. Er is veel juist in bovenstaand merk-waardig artiKel, doch wij zijn er zeer verre af met ailes t'akkoord te kunnen gaan. Ons antwoord zal kort wezen. Wij nemen het diJemma van den heer Reg. Gerstenhauer niet aan. Wij zeggen integexideel : Indien iJiutschland niocht zegeviere.u, wat wij niet kunnen noch mogen wenschen, dan zullen de flaminganten een harden, een bijna hopeloozen strijd te voeren hebben tegen het Hoogduitsch. Dan is het mogelijk dat handelslieden en 0, Commerce-iiumncn, dat voordeel-na-jagers en toonaangevende kringen zich uogmaals afwenden van hun volk, van tiun taal, van hun landaard om zich te keeren naar de inachtbezitters,doch wij, flaminganten, zullen de onverzoenlijke bestrijders zijn tegen het indringen van het Hoogduitsch. Ondanks ons hardnekkig streven, vreezen wij echter vroeg of laat het lot te deelen van de twintig miljoen Nederduitschers of Platduitschers van het Duitsche rijk, die heelemaal verzwolgen werden door het Hoogduitsch. Waar is in Duitschiand hun Nederduitsche Hoo-geschool, ja hun Nederduitsch lager en middelbaar onderwijs? Wat is er gewor-len van de Nederduitsche literatuur na Klaus Groth, na Fritz Reuter? Waar cijn hun verstandelijke middens en waar le oudersteuningen van de Duitsche Re-jeering? Dit zou 00k ons lot wezen,want tvij die het nu eeuwen onverdelgbaar en ïegevierend volhouden tegen Franschen, :egen vreemd Latijnschen invloed, wij couden uiteraard geen weerstandsvermo-ïen bezitten tegen de rnachtige, heer-ichende Duitsche wereldtaal. Stoffelijk jelang, beweegredenen van allerlei aard, '.ouden medewerken aan onzen onder-ïang.Indien de Duitschers anderzijds het mderspit delven, zullen de tachtig à îonderd miljoen Germanen van Duitsch- : and en Oostenrijk niet ondergaan en îog altijd veel sterker en invloedrijker in le wereld blijven en steeds worden dan iet Fransche ras, aan ontvolking lij- ; lend, en samen geen veertig miljoen tel-end. 1 Verre van reddeloos verloren, zullen 1 vij dan van onze eigene Belgische regee-ing, door bestuurlijke scheiding, of als ; lezelfde zaak zachter klinkt onckr de 1 >enaming dubbel zelfbestuur voo? Wa~ en en Vlamen, aile onze taalrcchten, d<i • /laamsche Gentscbe Hoogeschool inbe- ' »repen, verkrijgcn. Dat is hetgene wij willen en zooals vij het wenschen voor de toekomst. ; Dat is 00k de reden van den strijd, 1 lien wij van nu af voeren, en dien wij 1 >egonnen zijn juist hierorr : dat een < VTapterlinrk, een Gérard Harry en zcki • menig Waalsch en Fransch schrift, ons recht van nu af vernietigen wilden, in het toekomstig Onafhankelijk België Daarom nemen wij 00k de Oekaze niel aan van eenige zoogezegde Vlaamschc leiders, waarover wij gisteren schreven en die, naar de N. R. Ct beweert zouden willen uitvaardigen : Nu geei: Vlaarasche strijd, nu geen Vlaamsclu beweging, Wij betwijfelen nochtans zooals wij het aantoonden, de echtheic van dit stuk, 't schijnt ons erg apokrief Wij kennen onzen vaderlandschen Viaamschen plicht en wij betrachten diei onversclirokken en onverzwakt. De op rechte klaarziende Vlamingen die ir Holland, Engeland of Frankrijk vertoe ven, 00k die welke aan het front staan denken zooals de oprechte, klaarziende Vlamingen van hier, 't Is dus zeer een v'<mdig en helder wat wij willen. Dat er dit alleen willen al de medewerkers var HET VLAAMSCHE NIEUWS. (1). — Wij laten hier een twintigtal tianier van Vlaamsche strijders en schrijvers, vai advokaten en hoogleeraars, wegvallen om dat er hier tegenwoordig genoeg domkopper of kwalijkgezinden rondloopen, gereed he hun euvel te duiden dat ze twintig jaar ge leden met Duitschers samengingen, op taal en lettergebied. Wij doen het des te onbevangener omdal er niemand van de vroegere noch huidigt medewerkers van Het Vlaamsche Nieuws on de - vermeld i». Onze Letferkunilige Prijskamp RENIER SNIEDERS 1812-1S88 Renier is de oudere broeder van Au-gust, doch verwierf minder naam, hoe-wel zijn dorpsnovellen in natuurlijk- en waarheid die van zijn broeder overtref-fer.•tveiiier Snieders was geneesheer, bleei te Turnhout en omstreken en leerde als dusdanig beter de plattelandsche bevol-king kennen. Hij 00k was te Bladel geboren. Het was den 22 Nov. 1812. Hij studeerde in de geneiskunde te Leuven en werd dok-ter te Turnhout in 1838. Daar stichtte hij de maatschappij De Dageraad, die t>eoefenaars aldaar louterde. oefenaars aldaar louterde. Na een werkzaam leven, overlecd hij te Turnhout, op 9 April 1888. Zijn werken zijn : Het kind met den helm, 1852 ; D-e hut van Wantje Nult>h, 1854 ; De meesterknecht, 1855; Amanda, 1855 ; Dr. Marcus, 1860 ; Op de Gren-zen, 1860; De gouden Willem, 1866; Op de Pijnbank, 1867 ; Mentor, doctors-raadgevingen, 1870 ; De Geuzen in de Kempen, 1875 ; Het wonder van Sint-Hubert, 1888, enz., enz. Volledige werken, Turnhout, 1882-87. Het werk der LIEDERAVONDEN Een onzei' medewerkers wees over eenige dagen op het belang der volkslie-deren en op den heilzamen invloed ervan op onzen stam. En waarlijk, de versprei-ding van het goede lied is de verzedelij-king van ons volk ; het lied vormt het §;emocd, veredelt het hart, ontspant den çeest, onderhoudt de vaderlandsliefde en lele andere deugden. Het Vlaamsche Nieuws heeft dit zeer goed begrepen en ;en aantal liederen onzer beste kompo-tiisten naar onze gevangen soldaten in Duitschiand gestuurd. Wij bezitten een groot aantal schoone volksliederen, ivaarop wij mogen fier zijn, en waarvan vele 'in de scholen aangeleerd worden. Velc pereltjes worden in aile Vlaamsche jewesten gezongen, want geen volk dngt zô6 gaarne en zôô veel als het on-se,Reeds in 1852 verzamelde Dr Snellaert -cnen bundel Oude en nieuwe Lied j es, lie door het Willemsfonds werd uitge-ïeven en veel bij val had. In 1862 gaf 1 et Willemsfonds eene tweede vermeer-ierde uitgave ervan, met 125 liederen, }ijna allen voorzien van begeleiding. In 1888 bereidde het Komiteit ter bevorde-âng van den Nederlandschen zang ons :one volledige verzameling van Noord-N'edcrlandsche en Zuid-Nederlandsche ■ fi ZiudrNederlandsche liederen. Daar-/an was FI. Van Duysç de bijzonderste eider. I11 het Nederlanrsche Liederboek ver-icheiien oude en nieuwe vaderlandsche ;n historische zangen, oude en nieuwe Dalladen, verhalende liederen, minnelie-leren, studentenliederen, kinderliederen -u îuiinige liederen. Later werden ons 00k nog prachtigel verzameling en aangeboden door Dr Kali en De Lange en door M. Hen-arickx \bt. iNiKiaas.) Tusschen die nouuerden liederen zijn er vvaaiaijK. eclite parels te vuiaen ; gecii wonuer uat zij overal met geeauiriu ont-. iiaaiu werùen . : De Lieaeravonden nebben voorai veel ' bijgeUragen tôt cie verspmumg uer goe-[ (le neucren. . ? ttecus îang werd er in sommige verga-, dermg^n ouz,er Viaaiuscne luaalacuajj-1 pijen — yooral in lict vvniemsiouas eu ■ 111 net Daviasioiiàs — gezongen. x\u 1 een au-tai jarcii geieden, ieerue cie be- • trc-urUe onuerwijzcr ùuang, viaauiscnc , zaugtn aan in aoiunnge Jjiu^jclbciie too-- ' neci- en lettcrKuiiuige kniigcu. j toniua een ueucâi jaren uiucit en groeit 1 j het eUel W cl'K uel" i,lcuciavuuuen in ue 1 meeste V iaaiuscne steuen en Oui peu. Uit WerK siouu zens meiugiuaal aan nel liooia ui uen itnjd voor ontvoogumg, taal en Kuiiat. ' I11 rtniu tsrpen stelde de groote hande-1 laar en nieiiseiieiivrieiia lje lieuiveiaci eeiie praeliLige zaal tell tliensle uer i<ie-' (leravonuen. Van al iboi geeit net Alge-meen ineuerianusen Veiboiid re^eluiau-ge iiederavonueil ui de leesiZaai « li-voii », aie zeer goed gevoiyd worden. i.iet Uoé^je dier .uldeenng oevat reeua isou hederen, die aile getui^en van edeie gedaenieu, gezonue nolde ol treiienue leiten. Ue vereeniging « Liederavonden voor het VoiK » lieeil tijiien zetei in de Petei Benoit-zaai (iianueisiei) en bekoint grooien en verdieiiden uijvai. .tiet is 00k te ^viuwerpen dat, over eeinge jaren, de liederavouuen, onder de teiding van den jongen en kiiappen Can-dael, uieei" dan ouuo per^oneu op ue onlt-Janspiaats verzainelden om 111 voile gees.driit de beat geKende liederen sa-uien te zingen. in de belieluestad werden immers altijd grootsene muziek- en zaïiguitvoermgen gegeven, en wel in de ruiiue teesizaieii van den Dierentuin eu der Jtiarinouie. Ziuks inag volksverede-ling genoeuid worden 1 Te Uent beJrwam deze instelling, waaraan Fl. Van Uuyae zijn beste kracn-ten vvijdde, 00k veel bijvai en otlicieeie ondersieunuig. Daar 00k werd hei Viaainscii volksgevoel wakker geschuu door heiieame* oude en nieuwe gezan-gen. Ja, de liederavonden brengen niaeii-! tig veel bij tôt volksontvoogding, tôt het j opwekken van eigen leven, eigen kunsi en eigen taal. Te Leuven streeft de populaire Rik Van Steenbeek voor hetzelide doel eu daar 00k werden d« liederavonden door '200 tôt 300 vrouwen en înannen bijge-woond.In de stad Aalst stonden muzieklee-raar De Paepe en de welbekende strijder A. Bnjs aân het hootd der beweging en daar 00k werden Vlaamsche kantaten door 1200 perscnien uiigevoerd. Vele andere Vlamsche steden volgden deze voorbeelden na, want weldra be-merkte men dat de Liederavonden meer en meer aan eene behoefte voldeden, eu met recht de genegenheid der bevolking verdienden. Brussel was niet achteruit gebleven. Een wakkere Clauwaert werkt reeds b jaren aan 't verspreiden van degelijke liederen, die, volgens ieders wensch, de straatdeuutjes, de onzedelijke en ones-thetische zangen moeten vervangen. Hij werd ondersteund door eenige onderwij-zers en door aile Vlamingen der hoofd-stad.ledereen herinnert zich nog de groot-sche uitvoeringen van de Wereld in, dt Van Rijsn-ijcks-kantate, de Conscience-kantate, Gloria Floria, enz.,en de prach-tige liederavond van Brussel-Kermis, in-gericht gedurende de Tentoonstelling van 1910. Dikwijls weergalmden 00k Vlaamsche klanken uit het Vlaamsch Huis en dt echo bonsde tegen de bouwkunst-juwee-len van onze statige Groote Markt. En wie een aangenamen avond wilde genieten, richtte zich naar de school der Zespenningenstraat.waar elken Dinsdag moeders en kinderen, werkjongens en burgers, allen broederlijk en vol vuui vereenigd, eenige pereltjes van bunnen liederenschat uitboezemden. Dààr moest ge dien onvermoeibaren Clauwaert aan gang zien ! Ouders, dai waren deftige, leerrijke en aangenaine stonden ! Arm en rijk, jong en oud, ie-dereen was er welkom en kostelcos aan-genomen. En wie zal er twijfelen aan den grooten invloed dezer werking op taal- en kunstgebied? De instellingen der Liederavonden zijn echt nationaal ; zij hebben het volk wakker geschud ; hunne beschavende werkimr is zekerder,een-voudieer en gemakkelijker dan die van vertooninsren en voordrachten. Dank aan hunnen bloei, zijn menige volksdichters en komponisten opgestaan, om onzen • reeds trroatc-n liedorschât uit te breiden ^ Daarnaast kwamen 00k goedkoope uit-gaven, zooals « De Liederen voor het Volk)) (Antwerpen, «Voor Taal en VoiK » (iVieciitienj en andere, de ver-spreiding vergemàkkelij ken. iin aizoo iiomt liet dat wij ons mogen veruiijden in een grooie keus van eclite volksliederen, die in het gansche Vlaam-sciie land aangeleerd worden. Alleen sciioone, eenvoudige of nuttige zangen blijven vourtleven ; daarom nioet de keus opperbest zijn. Zienier, volgens onze bescneiden meening, de liederen die den grootsten bijvai genieten en dm waaruig zijn overal gezongen te worden. Onze iijst zal voorzeker onvoiledig zijn, maar aile mgewijden zLdien haar naar eigen goesiuig aanvuilen : iriet lyied der Vlamingen (Hiel en P. Benoit); Ue Vlaainscne L,ueuw (Van Pee-ne en K. Miryj, King-Jving (±Je Clercq en HullebroeCK), Aan u alleen (Gijsseis eii iiuilebroeck), iiet Kiooster van ôint-Arjaan (i* raus De Cort), xVnjn Viaantte-ien lieb ik iiarilijk het (Coopman en rinttieums), iiij aie geen hedje zingen Kau (Lrija&els en lluliebroeeicj, lieiaard-lied (De Lreyter en P. Benoit;, ivermis-ued Uvielis en Huilebroeck;, Wat zal îk u geven (Liekens en Candaei), Daar ging een pater iangs liet land (oud lied), Den-leiied (Antueuins en Deniol), Van 't ±vj.aagdekeii (Vernulsten De Vos),Vlaan-dren onze bruid (liiel en Van den Le-deii), De twee ivoimigskinderén (oud lied], Het groetend kindje (Lambreehts en De BoecK), Bellotteken (De ttciiutter en Van iNieuweuliove), Des Vvinters als het regeut (oud lied), Visschersiiedeken (Dautzenberg en Blockx), Wat îk bfc-111111 (Sevens en Van iiooi), Lied van den ciiind (Diekens en Andelliot), lk ken een lied (Antiieums en Deniol), Aiijn vrijer is een kerelken (E. De Weert en Jim iiroêckx),Schoentjelap (E. De Weert em Al. Mathijssens), btrijdlied (j. De Gey-Ler en P. Benoit), (jus Vaderland (Sevens en Blockx), Moederke alleen (D« Clercq en Hullebroeck), Daar reed 'ne* uoer naar Leuven (Uscar Roels), Groc-ninghe (G. Gezelle en Van Hooi), Mijn nart is vol verlangen (Hiel en P. Benou), O Schelde ! (Sevens eu Mestdagh), Arte-veldehed (Destanberg en Gevaert), Te gemoet gaan (Loveling en Blaes^ Vlaanderen (Van Rijswijck en R. llol), Roos-jeii uit de dalen (Van Rijswijck en Vol-Kerick), Een vrouwken gezwind te spin-nen zat (Hiel en Antheunis), Reuzelied (oud lied), Van Pier den maudénmaker iDe Clercq en Schrey), Marleentje (Gijs-sels en Hullebroeck, enz. En nu stelt zich de vraag : Moeten de Liederavonden herleven? Mogen wij dit vverk van echte volksbeschaving uit het uog verliezen? Sommige lezers zullen jordeeleu, dat het oogenblik niet gepast is 0111 te zingen, maar inoet men ons volk /.edêlijk laten lijden? De ontspanning en le heropbeuring zijn noodig 0111 den noed op te wakkéren, om de vcrvelinj te keer te gaan, om de harten te vc-rlich-ren, 0111 hoop op herleving en vrijheid#-/.in daar te stelllen. Het gemeentebestuur der hoofdstaé heeft dit goed begrepen en is begonneu aiet.publieke voordrachten en feestavoa-den in sommige scholen in te richte*. Dit Werk van Volksouvoeding wordt voorai ondernomen in de volkswijken. Daarom 00k heeft Dolf Clauwaert d® îedachte opgevat de Liederavonden te Brussel te doen herleven. Na het llde Julifeest, dat in het Vlaamsch Hui» plaats had en zoo wel lukte, drukten V0-le Vlamingen denzelfden wensch uit. De heer Clauwaert heeft dan aan M. Jacq-'nain, schepene van onderwijs, eene vraag gestuurd, om over het vroeger ver-kregen lokaal der Zésoentiingenstraat te mogen beschikken. Wij denken vast, dat M. Jacqmcin die vraa«; zal ondersteune* opdat wij zoo spoediç mogelijk de Liederavonden t* Brussel z*ude« zie« bloeien. Misschien zullen ândere steden het voorbeeld van de Vlamingen der h(x»fd-stad volgen. A MA A T 0AGELIJKSCH NIEUWS ONZE LETTERKUNDIGE BLOEM-LEZING. — Uit plaatsgebrek moest gisteren op 't s lie ri astis te oogenblik de B'oemlezing- uit het werk van Alignât S",ieders wegvallen. Vandaag deelen wij een siuk rnee van Renier Snieders. Deze \/eek. zonder fout, kondigen wi; de bevoégde kommis^ie aan alsook dé ! t j s t van al de schrijvers die hesproke* vvarden in onzen prijskamp. De belangstelling neemt zoo toe dat ndg slechts een kleine voorraad tiummers van de voorafgaande beschikbaar is. De mededingers die nummers rnissen en die de prachtige geldprijzen willen Winnen, moeten zich dus spoeden en zich in regel stellen bii onze deochniders

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Het Vlaamsche nieuws behorende tot de categorie Gecensureerde pers. Uitgegeven in Antwerpen van 1915 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes