Recht door zee: orgaan van den Liberalen Vlaamsche Bond

582 0
01 januari 1914
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1914, 01 Januari. Recht door zee: orgaan van den Liberalen Vlaamsche Bond. Geraadpleegd op 01 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/fx73t9f29x/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

8e JAARGANG TANUARI 1014 NUMMER 8 RECHT doorZEE Orgaan van den LIBERALEN VLAAMSCHEN BOND VERSCHIJNENDE ELKE MAAND Bureel van. txet Tolad : 18, Regentstraat, Antv/erpen Abonnementsprijs : 1 fr. per jaar. — Âankondigingen volgens overeenkomst ^M——mWTirTWmUT^T—1——.g—CTI. *. »■. — - m,.jj m.u HOOGERE KULTUUR Waarbij komt het, dat hier in ons Ylaamsche land, al de schoone plaatsen in handen zijn van vreemdelingen ? Waarbij komt het, dat onze zoo knappe en verstandige arbeiders niet hooger klimmen kunnen, ondanks al hnnnen goeden wil en gedoemd zijn onderge-sehikten te blijven ? Omdat wij, Ylamingen, geen volledig ]ager, middelbaar en hooger onderwijs hebben in eigen ta al. Een kind, dat begint te stamelen en spreken leeren moet, vangt in zijne weeke, gevoelige hersenen de beelden dp, die het rondom zich ziet en zal langzamerhand door de lessen van zijne beste leermeesteres, zijne moeder, namen geven aan al de voorwerpen, die het ziet. Zoo, b.v., vier pooten met een blad erop, zal het tajel leeren noemen. en, elko maal, dat liet datzelfde beeld voor de oogen zal krijgen, zal liet dienzelfden naam gebruikén. Zoôdoende, zal liet voor elle beeld een naam leeren zeggen. OO Zooals liet gaat met tafel gaat het met ailes, met de vogels in de_ lucht, de vîsschën in het water, de bladeren, de boomen, in één woord met al wat 1 jestaat. Die beelden en hunne benamingen voi'men eene basis voor de geestelijke methodische pntwikkeling van het kind, dat, op een gegeven oogenblik, aan de zorgen van onderwijzers en schooloversten toevertrouwd wordt. Die ondenvijzer nu, de opvolger van de moeder in de opvoeding van het kind, moet die beelden zien te ver-meerderen, uit te breiden, daarbij gebruik makende van de benamingen, die liet kind reeds kent. Dat moet zoo voortgaan tôt het kind zijn volledig lager onderwijs genoten heeft. Maar, wat gebenrt er 1111, wanneer papegaaienwerk geleverd wordt in plaats van opvoedkunde ? Dan zegt mon aan het kind : •• Da.l beeld daar voor 11 en dat gij tafe, noemt, heet table; de kas, l'armoire, enz.». gij kent den gewonen rommel, dien wij. Ylamino'en. allemaal moeten doormaken O Nu ontstaat verwarrim? in den o-ee«1 O O van het kind, de beelden, die in ziji weeken geest gegrift stonden, worden als uito'evaaoxl. en het werk valt te O O ' herbeginnen. De uitslag is ? Op het einde van het lager onderwijs, kunnen wij, Ylamingen, noch goed Ylaamscli, noch goed Fransch ! Want. de keukentaal, de koetsiers- of tafél-kneehtentaal, die wij machtig zijn, heet ik geen talenkennis. Dezelfde fouten worden begaan in liet midd elbaar onderwij s. De meeste vakken worden aangeleerd bij middel van het Fransch en zoo blijven vele kinderen, alhoewel niet dwazer dan hunne medescholieren, achteruit. Hoe gemakkelijk verstaan en onthouden wij, Ylamingen, in de meetkunde niet de Nederlandsche benamingen : hoek, drielioek, veelhoek, ôve.rhoekslijn, recht-staande lijn en waterpaslij 11 in de plaats van polygone, diagonale, perpendiculaire, enz. Een Franschman of Waal heeft alleen af te rekenen met de moeilijkheden van het vak. Wij, Vlamingen, met ons verfranscht onderwijs, hebben daar 110g bij de moeilijkheden van de vreemde taal. Z06 komt het dat wij niet hoogerop kunnen. Zôô komt het 00k, dat er zoovelen bij ons zulk gebrekkig Fransch spreken zonder nochtans i>-oecl Vlaamsch te ken- o nen. Dit zijn de schoone gevolgen van ons tweetalig onderwijs. Als een jongen, die bestenid is om werkman te worden, gelieel zijn lager onderwijs in 't. Maamsch ontving-, zou liij al wat hij leert goed kennen en geschikt zijn 0111 verdere technische studiën te doen als hij daartoe de 1100-dige wilskracht bezat. Zôô 00k voor de vreemde talen. Met een degelijk Ylaamseh lager 011- • uevwijs tôt basis, zal dix", jongen het ! ■ groob te gemak hebben om rap en degelijk andere talen aan te leeren. Hetzelfde voor het middelbaar onder-vvij s. Ilet -Nederlanclsch moet de voertaal , i zijn ran al de vakken, de st.udie der vreemde talen uitgezonderd. 1 ■» Voor de volledige vervlaamsching van het onderwijs van omlaag tôt omhoog, strijden wij. Wij strijden voor eene landbouwschool in eigen taal (de Walen hebben er eene te Gembloux). Wij strijden voor eene lioogere technische school in eigen taal (de Walen hebben er eene te Charleroi). In één woord, wij strijden voor de verheffing van het Ylaamsche volk door beter onderwijs. Wij verwachten daar van meer welstand voor ons volk. Meer welstand voor ons volk verwachten wij 00k van de vervlaamsching der Gentsche Hoogeschool. Die moet ons geven de leiders van ons volk : hoogleeraren, dokters, advo-katen, die tôt het volk gaan en zeggen : Wij zijn van de uwen, Ylamingen als ' -ij. en onze kennissen stellen wij ter uwer beschikking. De vervlaamschina: der Gentsche Hoo-gescliool moet ons geven specialisten in de techniek en in den landbouw, ver-breiders van beroepsonderwijs in eigen taal. Zôô zal er voeling komen tusschen hoog en laag. Zoo zullen de Ylaamsche intellectneelen de voorlichtcrs worden van hun ras. ZÔÔ zullen betere tijclen aanbreken voor onze werklieden en bedienden van allen aard. Dan zal het uit zijn, dat nog aile jaren duizenden en nog duizenden Yla-mingen het zware werk gaan doen op Fransche graan- en beetenvelden en in de stëenbakkerijen van Duitschland, ter-wijl de vreemdelingen met de vette postjes gaan strijken. Uit de Oade Doos Zôô besloot in vrosger jaren de Am sterdamsche raad : « Yermits sedert eenigen tijd onder de dienstboden zoôdanige uiterlijke I160-vaar-dij in het dragen van kleederen, 1 kanten, krullen, lokken. strikken, enz. I is ingevoerd, dat er geen of weitiig onderscheid tusschen de kleedin»- van o hare \"rouwen en haar zelf gezien kan worden, en dewijl dit strijdend is tegen de betamelijkheid en de goede zeden : — buiten en behalve dat de dienstboden, die zulks uit haar loon niet kunnen bijbrengen en echter met de an der en willen gelijkstaan, daardoor tôt ontrouw, dieverij en andere vuiligheden vervallen'; — zoo ordonneeren Mijne Heeren van den Gerechte : " De kameniers, keukenmeiden,_ naai-sters, noch andere dienstboden lioege-naamd, die in vaste uur verbonden zijn, na 1 Mei aanstaande voor hare boven-kleeding, zoolang zij dienen en in vaste huur blijven, niet anders zullen mogen dragen dan een modest en zedig kleed, namelijk : geen zij de, noch fluweel, noch fulp. Hare kleeding zal bestaan in een jak en scliort zonder dat zij tabberts, sa-maren of andere dergelijke kleeding zullen mogen gebruiken. Ook zullen zij in 't allerminst niet mogen dragen eenige gemaakte krullen, strikken, noch eenig ander dergelijk afhangend sieraad ; ook niet eénige kanten, alsmede geen boordsel op boven- of onderkleederen ; geen gond, gesteente noch koralen : ailes op verbeurte van 't opperste kleed, zo'o menigmaal iemand daarover bekend wordt... De zorg werd nog verder riitgebreid door — op strafle. van zes weken in de boeien op water en brood — te verbieden haar meesters of vrou'wen kwalijk te bejegenen met woorden of werken. En — heerlijke bepaling tocli ! — zoo de dienstboden iets van hetgeen voorviel ten huize, wâar zij dienden, buitenhuis ovei'bablielden, vvachtte haar het spin- of tuchthuis voor dfn tijd van drie maànden. 0, tijden van Grootmoeder, komt nog eens weer ! ERNEST GILON. (Slot) Gilon, evenwel, was er de man niet naar om blind te blijven voor het gevaar waartoe eenzijdigheid leidt. Dat arbeiders een dag- of weekblad lazen, waarin hun wenschen met voorliefde vertolkt en be} leit werden, bevredigde hem maar h al f. Andere lectuur nog moest in hun bereik ge-bracht worden, lectuur, welke een geuster licht in hun geest opflikkeren, een verwarmend en sterkend gevoel in hun gemoed rondwaren liet. Dit, bij middel van kostelooze bibliotheken voor de armen, alsook door goedkoope boekjes voor de ietwat beter bemiddelde, die zieh de weelde eener geringe geldelijke uitgaaf ver-oorloven kouden. Aan die behoeften dankte de Bibliothèque Gilon haar bestaan. * * * De ouderen van dagen herinneren zich onge-twijfeld de in gelen omslag gehulde eenvoudige en smaakvolle door hun inhoud alleszins intéressante werkjes, welke gansch den lande door, aan zestig centiemen per deel werden te koop gesteld. Zij vonden veel aftrek, eendeels, door de aantrekkelijkheid van het nieuwe, anderdeels, omdat eenieder in de steeds aangroeiende ver-zameling zijn gading aantrof, Mannen, die reeds naam verworveu hadden als kunstenaars met het woord of als beoefe-caars van dezen of genen tak der wetenschap, achtten, het niet beneden zich, hun steuu te verleenen aan een onderneming, waarvan de ontwerper, op grond van onomstootbare be-weegredenen en met een aanstekelijk enthu-siasme liet nut had blootgelegd. Ook geleerden in don dop en litterators, die dongen naar de eer in de Republiek der Let-teren te worden aanvaard, schonken hun eerste proeven, die voor een aantal hunner beslissend waren voor hun verdere wetenschappelijkc ot letterkundige loopbaan. Wanneer wij nu den blik laten -weiden over de tweehonderd en meer boekjes door de Bibliothèque Gilon gepubliceerd, wanneer wij de verscheidenheid der behandelde stof nagaan en do simpele, genietbare, echt-populaire taal waardeeren, waarin zij gesteld zijn, dan be-kruipt ons een gevoel van spijt, omdat deze uitgave gestaakt werd. Want, zij streefde er niet enkel naar om in de onderste lagen der maatschappij de geesten te ontzwachtelen, de gemoederen, terneerge-drukt door den harden strijd om de korst brood, bij middel van de scheppiagen der phan-tasie op te monteren, den zin voor het huise-lijke, met âl de genoegens, welke hij mèt zich voert, aan te vuren, in één woord de verschop-pelingen der samenleving met het leven te verzoenen door hun vertrouwen in het leven te schenken, Die uitgave was daarbij een ernstige poging 0111, bij onze Franschkennenden bevolking, tiek te doen geboren worilen naar het boelc — le livre, la joie de la vie, volgens Léon Claretie. Dit gévoél,"van spijt moet bij ons, Vlamingen, des te dieper dôordringen wij 1 de Bibliothèque Gilon aan enkele ônzer schrijfsters en schrijvers een gui onthaal vooi behield. Alvast Mevrouvven Gourtmans, Rosalie en Virginie Loveliog, Isidoor Teirfinck, om mij bij dit viertal te beperken, leverden novellen, ketirig vertaald en voorafgegaan door een levensschets. Zôô — daadwerkelijk — bevorderde Ernest Gilon, de verbroedering der twee rassen, welke op Belgischen bodem schrap tegenover elkander staan. Zôô, door de producten van den eenen stam op den anderen in te enten, en, in ruil voor het gesmaakte genot, symphatie te oogsten.... Ondanks wonderen van beleid, slaagde de bestuurder dezer inrichting er niet in, haar tegen ondergang te vrijwaren. Geldelijke steun bleef uit. Het wanhopig tegen tij opvaren bleek nut-teloos....* * * Doch, ik loop de feiten vooruit!.... Nôg was de Bibliothcque-Gilon in vollen I bloei, toen de leider ervan den grondslag legden 11 ■mim—P— —mw ■hwbmwm———— eeuor nieuwe vereeniging, saraengesteld uit dagloonsters en geiiteld : De Bien en Mieux! Waren bij cl ko poging om de arbeiders te groepeeren de moelijkheden talrijk, thans sche-nen zij onoverkomelijk Wie had er ooit aan gedacht aan de vrouwen wijs te maken, dat haar horizon verder moest reiken dan de vicr wan-den harer keuken ? Aan de fabrieksmeisjes voor te houden, dat zij niet alleen geroepen ziju om van haar prilie jeugd zich af te slaven in de ateliers, te huwen en nôg te slaven en kinderen te baren, maar dat zij reclit hebben op een menschwaardig bestaan, dat zij, iu de gezinnen, de ontwikkolde opbeursters moeten zijn der mannen en gedu-rende de eerste jaren althans de goed onder-legde opvoedsters — onderwijzeressen der kinderen ? Wie ? Gilon ! Gilon, die het een voor het andere na, al de steegjes van Verviers en liet omliggende had doorwandeld, do ellende met haar nasleep van onzindelijkheid, van brutaliteit van zede-lijke verrottieg van nabij had gezien, en op zijn aftocht, geergerd, gegiiefd, met schiij-nend gemoed op middelen zon 0111 er iu te verholpen. De Bien en Mieux zou er côa wezen—bij gebrek aan beters ! Gcdiplonicerdo onderwyzo.rri.sscn uam-n er het bestuur van waar en Liolden r.causcrics•' over reiuheid, over kinderverpleging, over

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Recht door zee: orgaan van den Liberalen Vlaamsche Bond behorende tot de categorie Liberale pers. Uitgegeven in Antwerpen van 1907 tot 1914.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes