Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen

849 0
16 februari 1918
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1918, 16 Februari. Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen. Geraadpleegd op 06 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/tx3513vv7k/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

✓ • ZATERDAO i6Februart 1918 3" JAARGANG n' aa MEDEDEELINGSBLAD SYNDIKAAL Orsraan van den Antwerpschen Diamantbewerkers Bond en der Federatie van Vakbonden - - -V / - - - - De rcdaktie behoudt zich voor, ingezonden stukken al of niet te plaatsen VERSCHIJNT B1J GELEGENHEID Redaktle en Administratie : Plantijnlei West, 66, Antwerpen WAAROM TOCH ? Terwij-1 de arbehlerspartij in Engeland steeds meer naar een helderen, duidelijken uitleg der eorlogsdOeleinden en een zoo spoedig mogelijk einde van den oorlog heenstuurt, zet Havelock Wilson, de leider der zeelieden daar zijne propa-ganda tegen eene internationale arbeiders-vredes-conferentie voort. In eene rede te Middlesborough sprak hij ook over het « ecorïomisch boycot » en zegde, volgens « Reuter » o. a. : « het volk en niet de polltiekers moet het boycot toepassen ». Havelock Wilson kan een goed vakvereehi-gingsleider zijn, een helderziend democraat, een ontleedkundige in zake maatschappelijke toestan-den is hij al zeker niet, dat bewijst den dwazeti onverantwoordelijken praat welke hij verteld. Dat de reactionairen, de mannen van jusqu'au bout zullen gesmuld hebben aan zijne onverant woordelijken rede, staat buiten kijf. Dat is het toch natuurlijk, wat zij willen. Niet de politiekers m >eten boycotten en haten, maar het volk.... En mi JdeleriAijl znllen de politiekers, hunne families, de industrielle en de fina^tleele onder-nemingen waarin zij betrokken .zijn, met den vroegeren vijand zaken doen en geld verdienen. ' Het volk echter moet de lasten dragen, moet de vaderlandsliefde, moet den haat tegen den nabuur levend houden en .aankweeken, opdat later, als de politiekers het weer eens noodig oordeelen, weer gemakkelijk de vlam tôt een verslindend oprlogsvuur kan aangeblazen worden. Wij bedanken feestelijk voor die rolverdeeling van Havelock Wilson, zij heeft zelfs de verdienste niet van iets nieuws te zijn. Het was tôt hiertoe immer zoo. als hij nu nog niet geleerd heeft, spijtig genoeg voor hem en die naar hem luisteren. * • * Er klinkt echter een andere toon, ook uit Engeland, ailes behalve dwaas, wat meer men-schelijk, verstandiger, democratischer. Zooais men weet wil de Engelsche regeering nog meer mannen hebben voor het leger. En zooais dat overal het geval is, moet natuurlijk de arbeidersklasse die leveren. Door hunne machtige organisaties hebben de Engelsche arbeiders daarin echter een woord mee te spreken, en nu hebben de Metaalbewerkers (bankwerkers) te Woolwick vrijwel eenstemmig dienaangaande he» hier volgende besluit genomen: « Dc-ze vergadering», zoo luidde de resolutie, « eischt, dat de Britsche regeering onmiddelijk oriderhandelirigen zal openen met de oorlog-voerende mogendheden op den grondslag van zelfbeschikking van aile naties, geen ialijWngen en geen schadevergoedingen. Mocht uit zulk een optreden blijken, dat Duitsch impérialisme het eenig beletsel is voor vrede, dan geven wij ons besluit te kennen om mee te werken aan het voortzetten van den oorlog, tôt deze oog-merken zijn bereikt. Blijft zulk optreden van de regeering uit, dan... geen mannen voor het leger. Dat is tenminste andere taa! dan het aanzettep tôt hetnationalistisch chauvi, istische knechtschap der arbeiders, den eeuwigen haat ondrrli g. De bankwerkers van Woolwich ?ijn gtreed zich voor hun vaderland naar de slacntbarik te laten zenden. Maar zij willen eerst weten of het wel degelijk voor het belang van hun vaderland is en niet voor sommige spéciale belangen of bedoelingen. Zij vertrouwen niet blindelings op het oordeel der diplomaten, willen zelve mede oordeelen. Nu, wie zal zeggen dat zij ongelijk hebben ? Het gaat toch over leven en dood ; over het bestaan van vrouw en kind. Waren de arbeiders, met hoofd en hand, maar al overal zoo verstandig en beslist, dan zouden de volkeren ten minste al weten waarvoor zij nog steeds hunne fliukste telgen offeren moeten, nog langer de h mgerkuur ondergaan. Dan kon elk die offêreri moet ook mede oordeelen of er weikehjk riog geene mogelijkheid tôt vrede bestaat. Want tôt hiertoe weten al die millioenen, wier kranige jongens gesneuvdd, wier familles gedund / zijn, door schroot, honger en ziekte, tôt hiertoe weten die in werkelijkheid nog niet waar het om gaat. Overal paait men de-volkeren met groote moole redevoeringen, met veel groote woorden maar vage omschrijvingen der bedoelingen. Men leert er niets anders uit dan dat aile vaderlanden in gevaar zijn ; zij allen niets van den tegent/ander willen ; dat Ood met allen is en aller wapenen zegent. Maar dat kan natuurlijk toch nfet ailes zijn wat men wil. Want dan was men immers 't akkoord, dan boefde men met elken dag geen duizende nieuwe lijken, hoefde men Europa niet nog verder ten gronde te richten. Er moet dus nog iets anders zijn dat de groote heeren — die ongelukkiglijk nog overal de regee-ringsmacht in handen hebben — dat die bereiken willen. Endatjuistis het wat de bankwerkers van Woolwich weten wilien, voor zij er toe beslulten, hunne zonen, zichzelve naar de loopgraven te laten sturen. Nog eens, wie zal zeggen dat zij ongelijk hebben ? Het is toch wel het minste wat men vragen kan : te weten waarom men sterven moet. L V. B. Weest Vooruitziende Onder dien titel vinden wij in « Ons Volk » het orgaan der « Christene Vakbonden » een artikel de arbeiders voorhoudende dat de plichten jegens zichzelve en hun gezin hen voorschrijven zich te organiseeren. « Qedenkt dat alleenstaande de werkman zwak is, maar dat vereenigd hij sterk is » zegt o.a. dit artikel, waaronder als slot staat : « Eendracht maakt macht ». Wij zijn het'tot daartoe volkomen eens met « Ons Volk » : die eensgezindheid houdt echter op waar men aanraad îid te worden van een « Christen Vakbond ». Dien laatsten raad toch vloekt formeel tegen het « Eeftdracht maakt macht » waarmede het artikel in kwestie sluit. Dat is juist naar verdeeldheid drîjven. Want als men tegen de arbeiders zegt lid van een Christen, dus een politieken vakbond te worden, dan wil dat zeggen dat liberalen in liberale vakbonden, sicialisten in socialistische treden moeten. Verdeeldheid in drie groepen dus ; geene eendracht dus. Erger nog ondermijni 'g der macht van de vak-genoten welke zich in een onafhankelijk syndicat georganiseerd hebben. Waar blijft dan de Eendracht die volgens « O is Volk » toch de m;<cht maakt ? Nog eens dat is juist verdeeldheid aanraden, Want als men werkelijk de belangen der arbeiders en niets anders voorop zet, dan raad men hefi juist aan lid te worden van.een vakbond welke de kiespolitiek uit zijne ra^gen houdt : van een onafhankelijken vakbond. Dan raad men ben aan zich te organiseeren in beroepsyndicaten welke uitsluitend voor doel hebben den stoffelijken toestand hu mer leden te verbeteren en hunne vak- en algemeene kennissen tôt een steeds hooger peil op te voeren. Want om dat zoo snel en goed als het maar mogelijk is te doen heeft men eensgezindheid, volkomen overeenstemming noodig. En die eensgezindheid is wel te bekomen op het economische terrein, omdat het loon dat men verhoogen wil, den werktijd dien men moet ver-korten, geene politieke kleur hebben. Zoodra men er echter een politieken naam bij haald is die eensgezindheid weg, dan komt de verdeeldheid. En « O.is Volk » zegt toch zelve dat enkel « Eendracht macht maakt ». Daarbij komt dan nog dat door een vakbond bij en dus Onder hét bevel eener politieke groep te plaatsen, men zijne economischen sirijd onder geschikt en afhankelijk maakt der politieke worsteling. Erger nog dat men met zijne vakbelangen on- - u» " c * ■ - i ' der het gezag komt staan der groote kapitalisten en de politiekers, hunne trouwe metgezellen. Dat kan toch het voordeel der arbeiders niet beteekenen. Het is toch juist tegen die groot-kapitalisten met hunne geweldige macht dat zij zich organiseeren, dat zij strijden moeten, om een korter werktijd, een beter loon te bekomen. En men wil hen juist ondèr het gezag, in de macht dier heeren brengen. De leiders der « Christene Vakbonden » weten dat toch bij droeve ondervinding. • Wat hebben hunne bonden bijvoorbeeld in de steunregeling — die toch van zoo groote betee-kenis is nu — te vertellen ? Niets I Hunne herhaaldelijke klachten bewijzen het toch. En toch heeft de katholieke partij, waarvan zij een onderdeel vormen in die steunregeling de meerderheid. Daar hebben wij het natuurlijk 1 De katholieke partij wordt geregeerd door den adel, de groot-kapitalisten en de geestelijkheid. Die allen hebben totaal andere belangen dan de arbeiders. En daar zij baas zijn in de partij en de Christene Vakbonden maar een onderdeel daarvan, worden dezer laatste belangen geslacht-offert ten voordeele der groote heeren. Dat is dus geen macht — dat 1s georganiseerde onmacht. Macht spruit voort uit eenheid. En eenheid is mogelijk als de politieke en godsdienstkwesties uit den vakbond geweerd worden. Wanneer men die twee verzend naar de politieke groepen en de kerk waar zij elgenlijk t'huis hooren. Dan wordt ter verovering van betere werk-voorwaarden, van zedelijke verheffing der arbeiders de eendracht mogelijk ; in een enkele onafhankelijke vakbond. En dan komt de macht. L. V. B. De Uitbuiting Het houdt niet op met de berichten aangaande de ergerlijkste uitbuiterij der werklieden die ons toekomen. En voor welker juistheid wij verant-woorden kunnen. De steuncomiteiten zijn op den buiien vooral in handen der boeren en grondeigenaars ; die ook in dt gemeentebestaren de baas zijn. Van dit meesterschap nu wordt gewoonweg misbruik gemaakt om de arbeiders onbeschaamd uit te plunderen. Wanneer bijvoorbeeld een gemeentebestuur door de Duitsche overheid aangezegd wordt op haar grondgebied zekere werken te laten nitvoe-ren dan werdt deze zich tôt het Comiteit en daar dwingt men gewoonweg een deel gesteunden dat werk zonder vergoeding te doen. Zoo komt het dat men daar soms heel wat denkt over de inkomsten van zekere menschen, om rede men hen onder toezicht van een militair ziet werken en op de plakbrieven der Duitsche overheid hooge loonen vermeld staan maar der gewonen toeschouwer weet dan niet dat die menschen eige> lijk voor de gemeente werken en geen centi'-m vergoeding ontvangen. Erger nog : dat zij verplicht worden dat kosteloos te doen, zelve voor de gereedschappen te zorgen zelfs, of dat anders het Comiteit hun den steun, het eten dus van het gezin ontneemt. ■En in dezen tijd kan men niet elders om eten gaan natuurlijk. De Comiteiten hebben het reclit niet om tôt zoo iets te dwingen ; zij werden, door het Provinciaal Comiteit, reeds dikwijls tôt de orde geroepen Maar de Comiteiten nemen dat recht ; kasteelheer, boer en pastoor zijn er oppermachtig in ; socia-listen wil men er niet — alhoewel het « Nationaal Comiteit dat voorschrijft — en wee hem dien zich tegen die almachtige heeren verzetten durft. Een ander voorbeeld. Een deel burgemeesters uit de Kempen houden op den oogenblik vergaderingen om er toe te komen de gemeentebesturen zoo weinig mogelijk bij den steun te doen bijpassen. Waarom ? Wat is de eigenlijke bedoeling daarmee ? Het antwoord is heel'eenvoudig. Grondeigenaars, boeren, nijveraars doen het onmogelijke om de loonen te drukken. Er zijn er die een tôt twee frank per dagdurven aanbieden. Als nu, door bijpassing der gemeente, den steun wat groot wordt, weigeren de werklieden zooveel te eerder voor zoo'n hongerloon een heelen dag te gaan wroeten in aile weer. Daarom moet dus den bijleg der gemeenten er af of verminderd. Daarom maken de burgemeesters propaganda tegen den toeslag der gereeenten. Boer, kasteelheer en industrieel verdienen nu schatten, hunne arbeiders verhongeren. En nog zijn ze niet tevreden 1 Nog willen ze de loonen lager drukken. Zij hebben nu de kans. Door de Comiteiten be-schikken zij over den steun, over leven en dood dus der arbeiders. Zij nemen die kans waar. Wij verwittigen echter aile betrokkenen dat, volgens een besluit van het Provinciaal Comiteit, een werkman niet verplicht kan worden te blijven werken als men hem niet minstens 3 fr. per dag betaald voor den landbouw en minsten9 4 fr. per dag voor de nijverheid. Als men een werkman mlnder betaald dan die 8ommen en hij weigert te werken mag het Comiteit hem zijnen steun niet onthouden. Dat geld ook voor gemeentewerken. Beneden de drie frank voor den landbouw en vier frank voor de nijverheid moet dus nlemand werken als hij niet wil. L. V. B. De Vakbeweging na den oorlog m Het als voorbeeld stellen der Internationale van Diamantbewerkers is niet alleen nuttig, maar tevens noodzakelijk. Hoe dikwijls liet men ons niet verstaan. Gij Bestuurders van den A. D. B. hebt schoon te praten over den achturigen arbeldsdag. In de Diamantnijverheid ging dit gemakkelijk genoeg, maar bij ons is dit een ander paar mouwen. Wij hebben met zoovele bezwaren rekening te houden, dat op eene onmlddelijke Invoering van eenen geregelden arbeidsduur, schier niet te rekenen valt. Het is op deze zienswijze dat ik nog wat nadet wensch in te gaan. Wat kunnen nu de ernstige beletsels wezen, die het bestuur eener organisatle er doet van af-zien, tôt eene poging voor vermindering van arbeidstijd over te gaan ? Ik veronderstel bijvoorbeeld daar, waar de huislndustrie eenen overwe-genden roi vervult en elke kontrool op werktijd en loonen schier onmogelijk maakt. Is dit nu het geval met de Havenwerkers ? Neen niet waar ! Met de Mijn- Metaal- en Bouwwerkers, om er nu maar enkele te noemen ? Ook niet : gezien dit allen bedrijven zijn, waar den huisarbeid niet uitgeoefend wordt en een toezicht op de arbeids voorwaarden zeer doenlijk is.. Waren de Diamantbewerkers daar nu van be-vrijd toen zij hunne actie begonnen ? Zeker niet. Integendeel leent die nijverheid zich uitste-kend tôt het huiswerk, wat hen toch niet heeft kunnen weerhouden, geheel hunne kracht samen te trekken op het gebied der urenregeling. En dan de mogelijkheid voor verplaatsing van een deel der industrie naar de voor het patronaat meer geschikte plaatsen, daar waar de werklieden voor de vakvereeniging nog zoo slecht te vinden zijn. Bestaat dit gevaar nu ook voor de Haven- Mijn- en Bouwwerkers ? Heelemaal niet. Zij hebben enkel te zorgen dat zij zich internatio-naal voldoende verstaan, zooais ik dit verleden week aantoonde, om te voorkomen dat het eene land ten nadeele van het andere begunstigd wordt. Maar vooral onder dit oogpunt bestond er voor de Diamantbewerkers eene overwegende bekom-mernis. Ondanks hunne internationale samenwer-king, bleef de kans voor verplaatsing in eigen land bestaan. Wat dan ook is geschiedt, en nog al op groote schaal. Wat hen nochtans niet heeft kunnen beletten dit gevaar opaieuw te adftterha-

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Syndikaal mededeelingsblad: van de Algemeene Federatie der Vakbonden van Antwerpen behorende tot de categorie Oorlogspers. Uitgegeven in Antwerpen van 1915 tot 1918.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes