Vooruit: socialistisch dagblad

1005 0
22 oktober 1915
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1915, 22 Oktober. Vooruit: socialistisch dagblad. Geraadpleegd op 13 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/3t9d50gx8h/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Drukster-U itgeefster jain; Maatschappij H ET UCHT bestunrder t p. DE VISCH. l-edOerg-Oeni . . REDACTIE . . ADMINiSTRATIE HOOQPOORT. 29. GENT VOORUIT ûr^aan der Belgisohe Werkliedenpartij," ~ Verschjjnende aile da^en. ...ji ABONNEMENTSPRUS 6ELQIE Drie maanden. ► , , . fr. 3.24 Zes maanden « . , , . fr. 6.5® Een jaar. ...... fr. 12.501 Meo abonneert zich op aile postbureele» DEN VREEMDE Brie maanden tdagclijH» verzondeo). « .... te 0.19 ONZE STRIJD Sommige voorgangers van het Socialisme) h,ielden er de eigenschap op na, voorspellingen te doen over den toe-komststaat.Zelfs wisten zij tôt in de kleinste bij-jonderheden den vorm te bepalen, welke ie maatschappij op een zeker tijdstip zou aannemen. Het vernuft en de wetenschappelijke begaafdheden dier mannen waren buiten kijf. Daarom moet men de profetiëen welke uit hunne werken en schriften doorstra-len aanzien als een hun eigen opvoe-dingssysteem om de massa te onderwij-zen en voor te bereiden tôt het Socialisme.Deze groote verdienste moet hen vrij-waren tegen elke onheusche of onkiesche beoordeeling, integendeel volstaat zij om hunne nagedachtenis door elken socialist in eere te doen houden daar zij kennis en geestesgaven ten nutte 3telden voor het welzijn des volks. Desniettegenstaande moet men het als ongerijmd aanzien, een toekomst-staat in al zijne onderdeelen, in beeld yooraf te willen opbouwen en voorbe-stemmen om na een zeker tijdverloop in werking te treden. Ook sommige medewerkers aan on» blad i Vooruit » — onze lezers van over een tiental jaren en meer zullen het zich herinneren — waren van deze zonde niet vrij te pîeiten. Natuurlijk ter goeder trouw voorge-steld, zijn nochtans die profetiëen niet ernstig op te nemen. Zij zijn allerminst nutteloos, en in ze-keren zin onwaar omdat zij berusten op feronderstellingen zonder vasten grond. Op dit gebied kan men alleenlijk in çroote lijnen aanwijzen waar de tegen-voordige kapitalistische samenleving laartoe voert. Wij weten dat het Socialisme geboren ferd' uit de wantoestanden zelf der hui-dige maatschappij, dat het met deze ver-der opgroeit, en als gevolg van dit ont-wikkelingsproces voorbestemd is in de :oekomst de wereld te regeeren en te beheerschen. Wij weten dat na de volledige samen-trekking van allen handel en nijverheid ioor het Groot-Kapitalisme de onteige-ning der voortbrengstmiddelen komen lal, en dat alsdan de gemeenschap voor let algemeen welzijn zal werken en iedereen recht op welstand zal .verzeke-:en.Dit ailes weet men met diezelfde zeker-heid als men weet dat de opkomende lageraad de duisternis van den nacht langzaam doet verdwijnen en plaats ma-<en voor het zonnelicht. Het wordt bewezen door de leer van het wetenschappelijk Socialisme, het be-rust op vaste grondstellingen en op de onwrikbare natuurwetten. Dit is voldoende, en aile verdere ver- nderstellingen daaromtrent moet men als onzeker en gewaagd verwerpen. * * * Daar het nu vaststaat dat op den ka-pitalistischen vorm der maatschappij on-vermijdelijk dien van het collectivisme volgen moet, en de evolutie der maatschappij aldus het Socialistische idee in de hand werkt, zou men kunnen denken dat daardoor onzen strijd min hevig en min volhardend mag zijn. « Vermits die dingen toch komen moe-ten, kan men zich de moeite besparen erom te strijden » zou men zeggen. O, zulks ware glad verkeerd. Dat men zich daar geen illusiëen over make. Dit zou kunnen waar wezen indien de bezittende klasse zich maar ailes liet welgevallen, en gereedelijk van hare voorrechten afstand wilde doen. Maar onze dagelijksche strijd leert ons dat zij zich steeds krachtdadig ver-zet tegen de geringste onzer eischen, en dat men iedere brok hervorming als 't ware aan hare klauwen moet ontwrin-gen.En dit is zeer natuurlijk. Het kapitalisme is in zijn vollen bloei en oppermachtig — de huidige we-reldoorlog bewijst het. Het kan nog ettelijken tijd de wereld beheerschen, vooraleer het door de ge-organiseerde arbeidersmacht zal over-wonnen worden. Zekerlijk zal het ten slotte moeten wij-ken, maar hoemeer het daarvan bewust zal worden des te nijdiger en verbitter-der zal het ons voet voor voet het terrein betwisten. Om zijne meesterschap gevestigd te houden, en om zijn bestaan zoolang mo-gelijk te rekken zal het met de razernij der wanhoop kampen zoolang het door het overmachtig geworden Socialisme niet teenemaal en voor altijd verzwonden wordt. Daaruit blijkt dat onze strijd hoe langer hoe heftiger en krachtiger zal moeten gevoerd worden, en dat het van onze volharding en aanhoudendheid afhangt om den vooruitgang van het Socialisme te bespoedigen, en den tijd in te korten die ons van den eindzegepraal scheidt. * * * De akker moet bewerkt en vrucht-baar gemaakt worden eer hij het zaad ontvangt. De vrucht moet tijdens haren groei en bloei verzorgd worden, het veld gezui- verd worden van onkruid, kortom men moet door arbeid en krachtsinspanning de teelt vergemakkelijken wil men eene overvloedige en volwassen opbrengst verkrijgen. Zoo is het ook met de socialistische vrucht op den socialistischen akker. Wij, werklieden volvoeren den wasdom en vermenigvuldigen de teelt van de socialistische vrucht naarmate wij punt voor punt uit ons programma doen door-voeren.Ieder punt op zich zelf is een stap vooruit op de baan onzer vrijmaking. Verder komt het er op aan, te zien wat den eenen dag na den anderen me-debrengt in noodwendigheid voor onzen strijd en deze er naar te regelen. Dit heeft de ondervinding ons geleerd en zoo volmaakt langzamerhand de wer-kersklasse hare eigen opvoeding, door ich v6or te bereiden voor de taak welke haar is weggelegd, namelijk : het be-heer der maatschappelijke samenleving. Galo. Onze gesneuveldea De ©ntsgravlmfgeit Isi ses g*ond Mechelen • Ruim een jaar is au verloopen sinds de gevechten in en rond Mechelen, en zooals het gebruik het medebrengt werden dade-lijk na elken geleverden slag de gesneuvel-de soldaten ter plaatse, waar ae vielen, be" graven. Stilaan begint men nu overal tôt ontgravingen over te gaan om de gesneu-veJden, in gemeenschappelijke rustplaat-sen, ieder in bijzondere kisten, te begiraveo Dit werk is in en rond Mechelen op zijn einde, en wij willen ook hier enkele oogen-blikken bij stil blijven. Wij brachten een bezoek aan den heer H. Haesen, gemeenteonderwijzer, die sinds het begin van dit werk gelast is met den dieost van expert, de ver&lageti opstelde om de persoonlijkheid der gesneuveldea vast te stellen. Wij bekennen rechtrinnig dat deze heer allen lof verdient voor de edele dienetea die hij reeds en zoo belangloos bewees. Den heer Haesen zegde ons dat men voor vele moeilijkheden heeft gestaan, voor het vaststeilen der identiteit, om reden dat, bij de tijdelijke begravingen, en ook in bijzondere omstandigheden de lijken ontdaan waren van hunne erkenning&medaliën en bijzondere kenteefcens. Yoor 't initiatief van 't werk, verdienem allen lof. de heeren Desoain, burgemeesfcer, en Dr Lamborelle, gemeenteraadsJid. Op den oogenblik gingen wij reeds over tôt ontgravingen te Mechelen, Cathelijne-Waver, Waelhem, Eumpst, Duffel, Wa«r-loos, Oontich, Hofstade, Muysen, Leest, Heffen, Sempst, Bo'nheyden, Elzenstraat. Onze gezamentlijke opgravingen waren bot heden 507 Belgische en 18 Duitsche militairen, 66 burgers. Voorts deden wij 50 bijzondere ontgravingen, 't zij bij verzoe-ken, 't zij voor vertransporteering. Dankbaar zouden wij zijn moesten perso-nen in de opgegeven omschrijving ons nog plaatsen kunnen aanduiden waar ze vei-moeden dat nog gesneuvelden begraven hg-gen. Ona doel is nu al de gevonden artikels zorgvuldig te verzamelen, in te schrijven en aan de familieleden te overhandigen. Wij volgen dan den heer Haesen in eene spéciale plaats, waar bij 't bmnenkomen, alhoewel goed ontsmet, ona eenen st-erken lijkengeur te gemoet komt. Hier hangen meer dan 400 pakjes met, aan ieder een etiket, pijpen, uurwerken, kleedingstukken, geldbeugels, brieven, portretten, enz. Dauk aan deze eenvoudige voorwerpen herkendsn vele familieleden hunne gesn&uvelde braven. 't Bezoek aan deze tragische tentoon-stelling is zeer indrukwekkend. En, zooals de pers in vele gevallen de gids tôt aller-bande opzoekingen was, zoo willen wij onze lezers wekelijks één of twee lijsten mededeelen der gesneuvelden, of der op hen gevonden voorwerpen, zoodoende zullen er waarschijnlijk nog verschillende her" kenningen gebeuren, wat voor de familie' ledan van oneindig boiang is, daar ieder die iemand aan 't front heeft het lot der zijnen wil kennen. Wij zullen dan in ons eerstkomend supplément beginneo met de opgravingen ge daan te Duffel, dit door 't Comiteit van Mechelen ; en zij die desaangaande onze op" sommingen meerdere uitleggingen verlan-gen, kunnen zich persoonlijk of schriftelijk wenden tôt het gemeentebestuur van Mechelen of tôt den heer H. Haesen, Ade-çhemstraat.25, Mechelen, waar men verder allen uitleg kan bekomen. H. Holemans. Het Gentscb disblail "Oa Gsofensar,, en leoiiiip]es file iastecaars siit ?i KeïeB-v@sf je durvssi gesie opeti-baar déliât siaivaas'iâis Het «Gentenaarke» van heden Woensdag 20 Oktober antwoordt op ons artikel «Neus-knipjes» met het volgende : Maar, indien, in plaats van ailes opzet-telijk ten la&te te leggen van hen die niet denken gelijk hij en, in plaats van haat en nijd te zaaien in het hart van den min-deren, behoeftigen mensch, door te zeggen : maar vergeet vooral niet wie er schuld draagt dat er zooveel honger en el-lende geleden wordt, zou «Vooruit» niet èerlijker zijn.vaderlandslievender en voor. al niet meer menschelijke gcvoelens aan den dag leggen, indien hij erkende en bekende wat is en bestaat en indien hij de hand reikte aan aile menschen van goeda$ wil om de misbruiken, indien er bestaan, te doen verdwijnen en den vrede onder menschen terug brengen 1 «Zweep». , Is zulks niet om omver te vallen ? «Vooruit» is nu sedert het begin van d®h-oorlog aile dagen aan het strijden om dai misbruiken aan te klagen welke op de bui-tens heertschen. Die misbruiken worden be-gaan door de mannen behoorende tôt da' partij van 't Gentenaarke en Cie. En wat zien wij 1 Het Gentenaarke heeft nog geen pen inkt fabruikt om mede te helpen die misbruiken uit te roeien. Welnu. Gentenaarke, wie is de achuld van die onrechtvaardigheden die op de buitens' bestaan 1 Zoudt gij den moed durven hebben het te, bekennen en te erkennen. Neen ! Dat zult gij niet durven doen. De socialisten zaaien geen haat of nijd on" der het volk. Zij werken en strijden tôt opi beuring der arme menschen ; zij zwoegen ona voor de kleinen een behoorlijk bestaan to bekomen. Deze strijd voeren zij reeds jaren en wie waren de bekampers der socialisten ? Gij Gentenaarke en uwe kliek i En nu durft gij komen zeggen dat wij du hand zouden moeten reiken aan aile men-, schen van goeden wil om de misbruiken t« doen verdwijnen. Maar het is hetgeen de sooiaJistÎBehe par. tij doet, gedaan heeft en zal doen. En wie weigert de misbruiken te doen verdwijnen 1 Gij Gentenaarke en Oie 1 Zoudt gij durven ontkennen Gentenaarke dat er geene misbruiken bestaan op de buitens 1 Neen, niet waar ? Welnu, waarom maakt gij ze niet befeond in uw blad ? Waarom spijkert gij de schandaligo on^ reohtvaardigheden die op de buitens heer* schen niet aan den schandpaal t Waarom verzwijgt gij dit ailes ? Waarom f Omdat gij, Gentenaarke en Oie, nog nieti gedaan hebt voor de werkende klasse. Omdat gij ze ten allen tijde bestreden en bcvochten hebt. Omdat gij de woorden van Krietue hie| nageleefd hebt waarmede gij op sehâjnheû lige wijze zoo hoog wilt troonen. En nu, Gentenaarke, als gij eens wilt too^ nen dat èr nog een zkrken eergeroel ei^ liefde in uw binnenste zit dan zuk giihet openbaar débat aanvaarden welke P. H. vit m «Vooruit» voorstelde. Maar dat voorstel verzwijgt gij in uw aum-mer van heden. Waarom t Als «Vooruit» polemikeert dan haalt hif altijd de bijaonderste gegevens aan uit d door U en uwe Kliek geschrevene artikels.Maar gij, Gentenaarke en Oie, verew^gl tet bijzonderste van wat «Vooruit» tJ antwoordt I Niet noodig, hé I Gentenaarke. PEOLO. Leest en verspreidt VOORUIT Een keerpunt in ons Lager Cnderwijs door FE. DE C0STEB Bestunrder der Om- en Naschoolsche Werken van de Stad Gent De nieuwe Schoolwet van 1914 voert leerylicht in tôt den ouderdom van 14 jaar. Vele kinderen, zelfs in groote steden, verlaten de lagere school vôor dien leef-tijd.In normale voorwaarden kunnen de kinderen op twaalfjarigen ouderdom tôt ™ 't zesde studiejaar komen en hebben jusdan de 3 graden van de lagere school Mer van twee studiejaren) doorloopen. Indien, na dien tijd, de kinderen voort °P school blijven, dan kunnen ze in 't zesde studiejaar slechts herhalen wat ^eds onderwezen werd, hetgeen toch — a' ons zulks er bijvoegen — niet heele-nadeelig is voor de leerlingen, daar Ze alsdan de leerstof beter zullen door-?rondsn en, verstandelijk méer ontwik-een an<^er beroep kunnen kiezen. Maar voor velen bestaat zelfs die her-nS niet ; ze gaan naar het werkhuis, 3r 'abriek, waar ze meestal op zeer om ' ge w^ze hun ambacht leeren, 0',m meeste gevallen tôt een weinig tt> vTezen ,werkman. een onvolmaakte rester, midden den engen sieur, op te of n'erL ^'oor degenen, die naar beroeps-^-ii^y^nsidssehQlën gaan, komt onmid-iVoldl i Weniliseering, zonder dat er _ïfirsien,.e voorbereiding ofwel alzijdige anoiae ontwikkeling VQorafKftât... _. Tusschen den leeftijd, waarop men den S™ graad der lagere school bijwoont en het oogenblik, dat men met goed gevolg een beroep zou kunnen kiezen, kan er, beter dan het herhalingsonderwijs, dat het hoogste studiejaar kan aanbieden, iets anders in de plaats treden, om de hooger aangeduide leemte aan te vullen. De wet op leerplicht voorziet er in door het invoeren van 2 nieuwe studiejaren, volmakings- of volledigingsleergangen, den zoogenaamden vierden graad. Na de leervakken te hebben opgesomd, welke noodzakelijk in 't lager onderwijs-programma moeten neergeschreven worden, zegt art. 17 van de nieuwe Onder-wijswet : « Dit leerplan zal trapsgewijze volle-» digd worden door het onderwijs in » vakken met practische strekking, welke » een aanvullenden studiegraad zullen » uitmaken als voorbereiding tôt de tech-»nische en beroepsvorming der jonge » lieden. » De groote lijnen van het leerplan van » den vierden graad worden bij Konink-» lijk Besluit vastgesteld. Zij worden (of » liever: « het leerplan wordt ») aan de » plaatselijke noodwendigheden aange-» past door bijzondere reglementen, wel-» ke de gemeenten en de besturen der » aanneembare en aangenomen scholen » zullen mogen uitvaardigen. » De eerste alinéa van art. 18 luidt aldus: « De vierde graad of de volmakings-» leergangen met beroepsstrekking, door »vorig artikel voorzien, zullen, binnen »eene tijdsruimte van vijf jaar, te reke-» nen van de afkondiging der huidige » wet, in aile gemeenten des rijks inge-» richt worden... » ♦ m iâar worden dus gesuitô oro deze. nieuwe inrichting tôt stand te brengen. Ten einde een ernstigen uitslag te bekomen, is 't noodzakelijk zonder tijdverlies de handen aan 't werk te slaan. * ♦ » De memorie van toelichting der nieuwe wet hecht zeer veel belang aan deze hervorming en wijdt zeer gegronde ge-dachten aan het invoeren, het verdedi-gen, de juiste bepaling van den vierden graad, zooals die reeds in verscheidene gemeenten van België bestaat. Alpmtim Butlnvliin In de allereerste plaats mag de vierde graad niet ontaarden in eene technische of beroepsschool ; zijn eenig doel is en blijft het verhoogen van het onlwikke-lingspeil der leerlingen. Geen bepaald beroep mag er aangeleerd worden, van geene specialiseering mag er sprake zijn, wil men het karakter ervan zuiver bewa-ren, dat is, door de opvoeding van hand en geest, vooral in practischen zin, de voorbereiding tôt al de beroepen of am-bachten bevorderen. « Zijn doel, lezen wij in de uiteenzet-ting der beweegredenen van de nieuwe Onderwijswet,is dus gedurende twee jaar langer de kinderen van de werkers- en landbouwersklasse te houden in de reine atmosfeer der school ; de voorbereidende technische opvoeding en den handenar-heid méer te binden aan het algemeen en wetenschappelijk onderwijs ; aan den na-tuurlijken aanleg en de roeping gelegen-heid te geven zich te openbaren en te bevestigen ; den onvergang tusschen school en werkhuis of tusschen lagere ^&cbo.ok.eQ beroecs- of niiverheidsscEoo! te vergemakkelijken ; eindelijk, het ver-lengen van den schooltijd ten voordeele van eene meer alzijdige vorming van den mensch en den werkman aan te wenden. » Het invoeren van den vierden graad wil dus bepaald het leerplan een uitslui-telijk practisch karakter geven ; het is er niet om te doen veel nieuwe vakken aan te leeren, maar wel het aangeleerde meer overeen te brengen met ailes wat onmid-dellijk nuttig kan wezen bij het aanlee-ren van een of ander beroep. En vermits nu het aantal beroepen of ambachten zoo veelvuldig is, kan daar hoegenaamd geen sprake wezen een of ander bedrijf voorrang te geven, of in een enge richting te sturen. Toch — en daarover spreekt ook de nieuwe wet — is het van groot belang den vierden graad te beschouwen volgens de streken, waar hij tôt stand komt, wil men juist het voordeel niet verliezen, dat men er mee op het oog heeft. Het spreekt van zelf, dat in eene nij-verheidsstreek een ander richtsnoer dient te worden gevolgd, dan in een landbouw-gebied. Het wetsontwerp beschouwde de verwezenlijking van den vierden graad voor jongens uit drieledig oogpunt : de technisch nijverheids-type, de handels-type en de landbouw-type. In de meeste gevallen echter zullen de twee eerste typen, in vele groote steden althans, beide van evenveel belang zijn en behoeven dus ook niet afzonderlijk te staan, zoodat de vierde graad, breed overschouwd, tôt twee groote groepen is te brengen : die voor de nijverheidsstreek en die voor den buiten, of de groep van handel en nijverheid en die van den landbouw. De vierde graad voor meisjes beoogt in l't hiizonder da yjouweliike werken; huis-v. houdkunde, snij- en naaiwerken, ge« zondheidsleer ; in de steden wordt er da^ bloemkweek tôt vollediging aan toege-< voegd ; op den buiten de begrippen van hof- en tuinbouw. Aldus begrepen kan de vierde graad voor meisjes van bijzonder gewicht wor» den, als men ook in acht neemt, dat hier weer oneindig veel verscheidenheid ia in te voeren. Overigens, de nieuwe wet huldigt bi| voorbaat ruim initiatief en in 't belang van de ingezetenen hebben de gemeenten voor plicht daarvan ruimschoots gebruik te maken. De memorie van toelichting zegt : « Wij willen de plaatselijke en re-t gionale verscheidenheden niet uitsluiten. Wel integendeel. Gansch het wellukken van de hervorming zal afhangen van de groote lenigheid van aanpassing en toe* passing bij de noodwendigheden van he^ midden. De toegevoegde graad zal aan het strand niet zijn wat hij op de hoog-, vlakten of in de bosschen der Ardennen is ; de vierde graad op den buiten zal verschillend zijn in eene streek van kuU tuur op groote schaal en in een gebied* waar warmoezerij of hofbouw overheer* schend is ; de nijverheids- of technischa type zal dezelfde niet zijn in eene stree^ met kool- en metaalnijverheid eenerzijda* in een gebied van kleinnijverheid of tex4 tielnijverheid anderzijds. « In de groote centrums zullen de vert schillende opvattingen gelijktijdig kun» nen verwezenlijkt worden. Men zal, zooals te Brussel, eene school met technisché strekking naast eene school met handelsf» strekking aantreffen ; in de half-nijver-heids-, half-landbouwstreken, de nijver* heids-vierde-graad naast den laodbpuw<' vierden-graad. » LWorit venoteM * ..m i m, «uuumnjw m i iiii.ijiw i i éaai* — H. 294 : ?°orjMgi6^^tiomeii, vooi den vreemde5 eoatiemaa Telafoon ; HRdactie 24^-^d^Snistratie 2845 Vrijdiaq 22 QOTOBER 1915

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Vooruit: socialistisch dagblad behorende tot de categorie Socialistische pers. Uitgegeven in Gent van 1884 tot 1978.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Onderwerpen

Periodes