Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit

598 0
13 augustus 1916
close

Waarom wilt u dit item rapporteren?

Opmerkingen

Verzenden
s.n. 1916, 13 Augustus. Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit. Geraadpleegd op 28 mei 2024, op https://nieuwsvandegrooteoorlog.hetarchief.be/nl/pid/vm42r3sg0m/
Toon tekst

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

ZONDAQSBLAD Byblad van " YOORUIT „ ZONDAG 13 OOGST 1916 Tweede Jaargang — Nr 16 Prijs : 5 centlemen Eene Verzoening (Slot) Ik was deze gebeurtems geheel en al vergeten en zou er wellicht niet meer aan gedacht hebben, ware ik niet een paar maanden later, op een avond dat ik langs de binnen-wegen te voet van Baaigem kwam, de hoeve van Corijn voorbijgetrokken. De uitgestrekte boomgaard met zijn kromme, oude boomen, de lange reeks witte gebouwen met hun zwart vervallen stroodak, het hooge eikenbosch, het gansche ietwat somber uitzicht der pachthoeve, ailes too-verde mij terstond het bijgewoonde tafereel voor de oogen, en innerlijk vroeg ik mij af hoe die zaak nu wel mocht afge-loopen zijn, toen een onverwacht en zonderling schouwspel mij de wenkbrauwen deed fronsen, terwijl ik voor het hek van het erf bleef stilstaan. Een strooien kruis lag daar, met een rooden baksteen er op, half in den modderigen grond gedrukt, en toen ik het oog naar het woonhuis opsloeg bemerkte ik, dat twee der vensters, de twee links naast de straat, met hunne groene luiken waren gesloten. Een strooien kruis voor 't hek!... De vensters der slaap-kamer gesloten!... Er was dus een lijk op de hoeve!... Welk-lijk?... Na eene korte aarzeling stiet ik 't hek open, en stapte den boomgaard op. De hond sprong als naar gewoonte blaffend uit zijn hok, maar niemand kwam ditmaal op den drempel van het woonhuis of over de halve schuurdeur kijken. Daar voor den drempel lag een tweede strooien kruis. De hoenders, als hadden zij dien namiddag geen eten gekregen, stonden er beweegloos rondnm ; de groene voordeur stond half open. Ik klopte mijne schoenen af, vroeg halfluid « is er geen belet? » en stapte binnen. Een twaalfjarige knaap zat eenzaam in de keuken, aan een tafeltje te eten. Hij keek verwonderd op, toen hij mij zag en opende den mond, als wilde hij iets zeggen. « Wie is hier dood ? » fluisterde ik, in stilte hem nade-rend.Hij slikte haastig, spalkte wijd zijne oogen open, keek naar de kamerdeur en zei, even stil : « De boer. » « De boer!... Hoe zoo? » '( Hij heeft zich dezen morgen in den Ottersput ver-smoord.« Corijn versmoord !... Waarom? « Omdat zijne dochter vandaag getrouwd is, zegt men. Hij is gisteren avond nog te biecht en dezen morgen te communie geweest. Eefer Begijntje zegt dat hij vanzelf in 't water moet gedompeld zijn en dat hij toch in staat van zaligheid gestorven is. » Ik zag den knaap schier ongeloovig aan. Ik meende te droomen. En in het oogenblik volkomene stilte, door mijne verbazing teweegbracht, hoorde ik eensklaps in de kamer een dof gesnik, waarop eene lange weeklacht volgde. Ondervragend staarde ik den kleine aan. « Ze zijn daar, » fluisterde hij, mijn blik naar de kamerdeur volgend. « Wie, zij ? » . s< Coelina en Albin, met nog veel anderen. 't Is Rozen-krans. » Wellicht was iëts van onze korte samenspraak gehoord, want op dit oogenblik ging de kamerdeur als vanzelve open, en, terwijl het gerucht van een dof, maar wan-hopig snikken, thans duidelijk in mijne ooren klonk, ver-scheen een begijntje, steeds frisch en kalm onder haar witte doek, in de sombere keuken. Ik naderde tôt haar en wilde eenige woorden zeggen, doch bescheiden en, als om mij door te laten, trok zij zich achteruit, en alvorens ik mij van mijne daad kon rekenschap geven, stond ik in de kamer. Een indru.kwekkcnd tafereel trof er mijne oogen. In den versten hoek der duistere, door het weifelend licht eener op de tafel staande kaars, verlichte kamer, in een laag en breed bed, door een aantal op stoelen gekniel-de personen van beide geslachten omringd, lag als een wangedrocht het lijk van den verdronken boer. Hij scheen verkleind, ineengekrompen. De armen, met krampachtig gesloten handen, lagen boven de deken uitgestrekt ; de oogen waren toe ; 't gelaat paarsblauw, had nog dienzelf-den onbegrijpelijken lach behouden, dien spotachtigen grijnslach, waarmee de boer eertijds de lezing der wettige huwelijksaanvraag afgeluisterd had. Edoch roerender nog dan dit schouwspel was het gezicht eener nog jonge vrouw, die naast den voet van 't bed ineengezonken, aan eene luidruchtige, schier zinnelooze wanhoop lucht gaf. Het was Cœlina, de verfoeide, weggeloopen dochter, Cœlina, die eens zwoer, dat zij zonder ontroering haar vader op zijn sterfbed zou zien liggen. « O vader ! vader ! » snikte zij ; en hare schouders gingen, onder haar zwarten mantel, op en neer; «gij zijt voor mij gestorven ! ik heb u gedood ! — gedood ! » En met haar voor-hoofd viel' zij op de harde sponde; en als in een kramp van onuitstaanbare pijn kronkelde haar lichaam zich ineen; en met hare koortsige, bevende hand poogde zij boven de vochtige deken de ruwe ineengekrompen hand des drenke-lings te vatten. Hare moeder, halfdood van smart en wanhoop; haar echtgenoot, een schoon, jong man, met wakker oog en zwarten knevel, stonden over haar gebogen. En die moeder, die gezworen had, dat hare dochter nooit den voet over haren drempel meer zou zetten, vereenigde thans hare krachten met die van den man — des morgens nog haar aartsvijand — om Cœlina te troosten en tôt bedaren te brengen. Het was de verzoening, de groote verzoening, de verzoening zonder uitleggingen noch woorden, uit het be-wustzijn der ijdelheid van allen twist, bij die eenvoudige wreedheid van den ailes eindigenden dood ontstaa-n. Ontroerd staarde ik dat schouwspel aan. Enkele buur-vrouwen weenden ; men zag de oogen wrijven met zakdoe-ken, men hoorde neuzen snuiten, en het begijntje alleen bleef steeds kalm en schijnbaar onverschillig, ging in en uit de kamer, haalde stoelen aan of bracht nieuwe bezoe-kers binnen, juist als ware zij in een vreemd sterfhuis, tôt het volbrengen van dit werk verzocht geweest. Coelina nochtans was een weinig gestild en als vanzelf hadden zich al de geknielde aanwezigen godvruchtig voor-

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.

Over deze tekst

Onderstaande tekst is geautomatiseerd gemaakt met OCR (Optical Character Recognition). Deze techniek levert geen 100% correct resultaat op. Dit komt mede doordat oude drukken moeilijker te lezen zijn met software dan moderne. Dat betekent dat er onjuiste tekens in de tekst kunnen voorkomen. Er wordt gewerkt aan verbetering van de OCR software.

Er is geen OCR tekst voor deze krant.
Dit item is een uitgave in de reeks Zondagsblad: letterkundig bijblad van Vooruit behorende tot de categorie Culturele bladen. Uitgegeven in Gent van 1915 tot 1928.

Bekijk alle items in deze reeks >>

Toevoegen aan collectie

Locatie

Periodes